Overheidsorganisaties maken steeds meer data beschikbaar voor onderzoekers, zoals data over criminaliteit, werkgelegenheid, verkeer en onderwijs. Ze verzuimen vaak het faciliteren van open datagebruik, waardoor het hergebruik van data in de praktijk nog tegenvalt. Onderzoekster Anneke Zuiderwijk-Van Eijk bepleit daarom een infrastructuur voor open overheidsdata met het doel om de coördinatie van open datagebruik te verbeteren.
Anneke Zuiderwijk-Van Eijk promoveert vandaag aan de TU Delft (Faculteit Technology, Policy & Management, sectie ICT) op haar onderzoek ‘Open Data Infrastructures. The design of an infrastructure to enhance the coordination of open data use’ (Uitgeverij BoxPress, ISBN 978-94-6295-351-2).
Haar onderzoek biedt zelf een infrastructuur voor open overheidsdata. De belangrijkste componenten zijn een innovatief metadatamodel, interactiemechanismen en data kwaliteitsindicatoren. Zo’n infastructuur maakt overheidsdata toegankelijker voor onderzoekers en gemakkelijker te gebruiken, en draagt zo bij aan het realiseren van de voordelen van open data, aldus de promovenda.
Tegenvallend
Onderzoekers kunnen deze open data hergebruiken door ze te analyseren, visualiseren, bediscussiëren en door ze te combineren met andere datasets. Hierdoor kunnen nieuwe inzichten worden verkregen die zonder open data niet verkregen konden worden. Maar, kaart Zuiderwijk-Van Eijk in haar proefschrift aan, ondanks de grote verwachtingen van het openen van overheidsdata geeft de realiteit een teleurstellend beeld.
Overheden richten zich traditioneel vooral op het openstellen van de data en verzuimen vaak het faciliteren van open datagebruik. Daardoor worden de voordelen van open data weer teniet gedaan. Om open data goed te kunnen gebruiken zijn onderzoekers en overheidsorganisaties afhankelijk van elkaars data, activiteiten en hulpmiddelen.
Volgens Zuiderwijk-Van Eijk kan het optuigen van een infrastructuur voor open overheidsdata met het doel om de coördinatie van open datagebruik te verbeteren, uitkomst bieden.