Een aantal jaren geleden was ik betrokken bij de bouw van een gloednieuw datacenter. Dat is een grote luxe voor een datacenterbeheerder, omdat ik het gebouw hierdoor echt volledig volgens de nieuwste technologie kon inrichten. Maar tegelijk was het ook uitdagend, want een blauwdruk voor het perfecte datacenter bestaat niet. Ik wil jullie deelgenoot maken van mijn keuzes en afwegingen. Na de afleveringen over koeling en beveiliing, n aandacht voor de locat.
Over de locatie van een datacenter wordt vaak niet goed nagedacht. Meestal komt die keuze voort uit de historische context. Men is bijvoorbeeld begonnen op een zolder en breidt het serverpark in de loop der jaren steeds verder uit. Naarmate de tijd vordert wordt er vervolgens nauwelijks nog overwogen om het datacenter elders neer te zetten. Vooral in de randstad zijn er veel van dit soort datacenters gevestigd. Een zelfde honkvastheid zie je bij bedrijven. Die willen ook graag hun gegevens zo dicht mogelijk in de buurt hebben. Zo’n gevoelselement moet je echter naar mijn idee loslaten. De locatie van een datacenter is namelijk erg belangrijk. In feite bepaalt de locatie in hoge mate welke proposities je als dienstverlener kunt aanbieden en welke performance je kunt garanderen.
Boven NAP
Er zijn een aantal criteria op basis waarvan je een datacenterlocatie kiest. Een eerste belangrijke factor is het risicogehalte van de locatie. Risico’s moet je hier breed zien. In mijn blog over de beveiliging van ons datacenter gaf ik al aan dat een datacenter op een drukke plek een risico betekent in verband met diefstal. Anderzijds moet je bij risico’s ook denken aan rampen.
Wat is de kans op een overstroming? Zijn er chemische fabrieken in de buurt? Dat soort zaken zijn heel belangrijk. Vanwege de vele overstromingen in Nederland was voor ons een keuze van een datacenter boven NAP van belang. Aardig om een keer te raadplegen is de risicokaart van Nederland. Dit is een objectieve bron die de risico’s van alle locaties in Nederland in kaart brengt.
Waarde van de AMS-IX
Een tweede belangrijke factor om in ogenschouw te nemen bij het kiezen van een datacenterlocatie is de connectiviteit. Als datacenter moet je aansluiten op het wereldwijde glasvezelnetwerk en hoe dichter je bij grote internetknooppunten zit, des te beter ben je als datacenter ontsloten. Het is om die reden dat veel bedrijven graag ook in de buurt van de AMS-IX willen zitten. Vanuit deze internet exchange is er een connectie mogelijk met providers die netwerken hebben over de hele wereld. Data hoeft hierdoor maar een korte afstand af te leggen en dat zie je terug in de prestaties van het datacenter.
Toch is het te simpel om te zeggen dat je altijd maar dichtbij de AMS-IX moet zitten. Op de eerste plaats is een locatie dichtbij een knooppunt vooral een voordeel op het gebied van latency, ofwel de reactietijd van een verbinding. Latency is echter maar voor bepaalde toepassingen van cruciaal belang. Denk bijvoorbeeld aan betalingsverkeer of udp-verkeer (zoals ook wel bij telefoongesprekken gebruikelijk is). Wanneer je dit soort applicaties niet in je datacenter gebruikt is latency minder een factor en een locatie dichtbij AMS-IX eigenlijk niet nodig. Daarnaast is de AMS-IX natuurlijk niet het enige internetknooppunt ter wereld. Google heeft bijvoorbeeld een groot datacenter gebouwd in Eemshaven vanwege de ligging van een belangrijk internetknooppunt op die plek. En in Duitsland zit de DE-CIX, een vergelijkbaar groot knooppunt dat ook vanuit Nederland goed te bereiken is.
Wij hebben er zelf voor gekozen om tussen de AMS-IX en DE-CIX in te gaan zitten. Dat heeft als voordeel dat je niet geheel van AMS-IX afhankelijk bent voor je connectiviteit. We hebben bovendien infrastructuur gebouwd bij de AMS-IX en de DE-CIX, zodat we een directe, vrijwel ononderbroken verbinding hebben naar de exchanges toe. We kunnen daardoor eenzelfde performance garanderen als de partijen die hun datacenter zeer dichtbij AMS-IX hebben zitten.
Subtropisch zwemparadijs
Een derde punt om bij een locatiekeuze rekening mee te houden is een goede stroomvoorziening. Datacenters gebruiken bijzonder veel stroom, zeker wanneer je dat vergelijkt met andere industrietakken. Bovendien hebben ze een betrekkelijk gelijkmatig verbruik. De energieleverancier moet dat wel aankunnen en dat kan niet overal even goed. Sommige apparatuur in het stroomnet is relatief oud en moet vervangen worden om levering mogelijk te maken. Vooral in het westen van het land komt dat nogal eens voor. TenneT moet dan investeringen doen in zijn netwerk en dat wordt doorberekend in de energieprijs van de energieleverancier. In zijn algemeenheid kan je stellen dat in het oosten en noorden van Nederland de transportprijs lager is dan in de randstad.
Een ander punt rond energievoorziening is de restwarmte. Waar laat je die? Het mooiste is als je je restwarmte kunt hergebruiken en dat gebeurt ook steeds vaker. Wij gebruiken onze restwarmte bijvoorbeeld om ons eigen bedrijfspand te verwarmen. Het mooiste zou eigenlijk zijn om een datacenter te bouwen naast een subtropisch zwemparadijs. De afgevoerde warmte heeft daar precies de juiste temperatuur voor.
Naast stroom zijn ook de grondkosten een factor, en die zijn vooral bij de grote steden erg hoog. Deze prijs bepaalt ook weer deels de propositie die je als dienstverlener kunt neerleggen. De goedkope stroomvoorziening en de lage grondprijs waren voor onze datacenters in elk geval belangrijke redenen om voor Hengelo te kiezen als locatie van ons datacenter.
Wij gebruiken onze restwarmte bijvoorbeeld om ons eigen bedrijfspand te verwarmen. Het mooiste zou eigenlijk zijn om een datacenter te bouwen naast een subtropisch zwemparadijs. De afgevoerde warmte heeft daar precies de juiste temperatuur voor.
Met dat idee loop ik nu ook al jaren, de combinatie van een datacenter met een zwemparadijs. Gebruik voor bedrijfspand is ook nuttig, maar hoe doe je dat in de zomer, dan heb je meer te koelen en minder warmte nodig.