Het gebruik van ict binnen het onderwijs blijft stijgen. Alle leraren gebruiken ict en het aantal uren dat leraren ict inzetten is sterk gestegen. Maar het onderwijs zou nog meer uit de mogelijkheden kunnen halen. Zo kunnen ze met ict-toepassingen meer maatwerk bieden bij het geven van instructie en bij het oefenen. Dat concludeert Kennisnet in De Vier in balans-monitor die 23 juni 2015 tijdens de jaarlijkse onderzoeksconferentie 'Weten wat werkt met ict' in Den Haag is gepresenteerd.
‘Het onderwijs maakt inmiddels op grote schaal gebruik van ict. Dat is zichtbaar in het primair onderwijs (po), het voortgezet onderwijs (vo) en het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). De inzet van ict is een strategische keuze geworden’, stelt de kennisorganisatie.
Alfons ten Brummelhuis, expert onderzoek bij Kennisnet: ‘Ict kan een wezenlijke bijdrage leveren aan de opbrengsten van het onderwijs, al kennen we ook voorbeelden waarbij de inzet van ict niet het gewenste resultaat opleverde. Discussies gaan op dit moment niet meer over de vraag of ict moet worden ingezet, maar over hoe we zorgen dat het bijdraagt aan de onderwijskwaliteit.’
Uit het onderzoek komt naar voren dat 90 procent van de leraren uit het po, vo en mbo zichzelf vaardig vindt in ict-basisvaardigheden. 79 procent vindt zichzelf vaardig in het gebruik van ict als didactisch hulpmiddel.
Meer apparaten per leerling
Het percentage leraren dat digitaal materiaal gebruikt is de afgelopen jaren steeds verder gestegen, van 15 procent in 2007 naar 25 procent dit jaar bij het po en vo. In het mbo is het percentage gestegen van 35 procent naar ruim 55 procent.
Het aantal apparaten per leerling stijgt naar één op vier in het po en vo en één op drie in het mbo. Dit was jarenlang één op vijf. Hierbij vindt een verschuiving plaats naar draagbare apparaten zoals laptops en tablets.
Meer maatwerk met ict
Volgens de leraren kan ict het onderwijs helpen tegemoet te komen aan de verschillen in leerbehoeften die leerlingen hebben. ‘Leraren staan vaak in de klas voor zo’n 25 leerlingen. Het is voor hen ondoenlijk instructie, oefening en feedback af te stemmen op álle leerlingen. Er zijn altijd leerlingen die zich vervelen of voor wie het allemaal net te snel gaat. Veel leerlingen komen daardoor onvoldoende tot hun recht en presteren minder goed dan ze zouden kunnen’, aldus Toine Maes, algemeen directeur Kennisnet.
Maes: ‘Ict kan het onderwijs helpen beter tegemoet te komen aan die verschillen. Adaptieve programma’s zijn wél in staat de lesstof aan te passen op basis van de antwoorden van individuele leerlingen, en zo effectieve instructie en feedback te geven.’
Volgens Kennisnet levert dat tijd op die de leraar kan benutten om leerlingen bijvoorbeeld extra te begeleiden of om uitdagende en gevarieerde leersituaties te bieden.
Ervaringen delen
De komende maanden wil de organisatie op basis van de inzichten van De Vier in balans-monitor samen met het onderwijs concrete aanbevelingen formuleren. Aanbevelingen die antwoord geven op de vraag: hoe men met ict tot beter en slimmer leren kan komen. Kennisnet nodigt het onderwijs nadrukkelijk uit eigen ervaringen en aanbevelingen te delen via kn.nu/aanbevelingen. De resultaten van die raadpleging worden in november 2015 gepresenteerd tijdens Dé Onderwijsdagen.
De Vier in balans-monitor
De tweejaarlijkse monitor brengt de inzet en opbrengsten van ict in het Nederlandse onderwijs in beeld voor het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs (po, vo en mbo). Kennisnet combineert in de monitor kennis over de huidige stand van zaken met inzichten uit wetenschappelijk onderzoek. De Vier in balans-monitor is gratis te downloaden vanaf kennisnet.nl.
Ik heb grote moeite met het gebruik van het begrip ICT in dit artikel. Want het gaat in dit artikel helemaal niet om de technologie, maar om de toepassingen die met die technologie ingezet kunnen worden om de kwaliteit het onderwijs te verbeteren.
Als ik jullie hoofdredacteur was zou ik dit artikel laten herschrijven.