Het bedrijf Data Protectors, dat onder andere de voormalige atoombunker in Kloetinge als datacenter exploiteerde, is failliet. Het bedrijf opende de bunker in mei 2014 en nam eind dat jaar een Haagse bunker uit de Tweede Wereldoorlog over van het Rijk. Het doel was om ook die bunker om te bouwen tot een datacenter. Data Protectors had daarnaast nog een aantal (cyber)bunkers in binnen- en buitenland in gebruik.
Op 9 mei 2014 werd het datacenter in de atoombunker te Kloetinge feestelijk heropend nadat Data Protectors de locatie had overgenomen van de vorige eigenaar en opnieuw had ingericht. Bij deze gelegenheid was een groot deel van de Nederlandse cyberbeveiliging uit het bedrijfsleven en de overheid (met name Defensie) aanwezig.
Naar verluidt zou ook een aantal Rijksonderdelen gebruik gaan maken van deze cyberbunker, maar is dit niet gebeurd. Dit zou een belangrijke reden zijn geweest voor een gebrek aan inkomsten en uiteindelijk het faillissement dat 9 juni 2015 is uitgesproken.
Het advocatenkantoor Huisman is Goes is benoemd tot curator. Noch de curator noch medewerkers van Data Protectors hebben gereageerd op aanvullende vragen.
3,5 ton voor bunker
Het Rijk verkocht in 2014 nog een bunker aan de Van Ouwenlaan in Den Haag voor 350.000 euro aan Data Protectors, de hoogste bieder. De ict-dienstverlener had toen het plan de opslagbunker uit de Tweede Wereldoorlog te willen verbouwen en gebruiken als datacenter. Of deze bunker daadwerkelijk is verkocht en opgeknapt, is vooralsnog onduidelijk.
Naast Kloetinge en Den Haag beschikt Data Protectors nog over andere bunkers in binnen- en buitenland, die al dan niet al zijn heringericht als datacenter: het betreft locaties in Oegstgeest, Duitsland en Engeland.
Whitepaper
Cloudleveranciers zijn er in overvloed. Veel partijen schermen met flexibele, schaalbare oplossingen die weinig kosten en hoge serviceniveaus bieden. Dat klinkt erg aantrekkelijk. Toch zijn er de nodige valkuilen bij het kiezen van de juiste cloudpartner. Dit whitepaper bevat een checklist met de vijf belangrijkste op een rij.
Hopelijk dat bestaande klanten toegang blijven houden tot hun data zonder al te verrassende interventie van een curator. In die tussentijd werk aan de winkel voor die klanten zou ik zeggen.