Software testen is geen dankbaar werk. Tegenwoordig staat het constateren van fouten en bugs centraal en door bezuinigingen is een testteam met een testmanager en fulltime testers voor een project verleden tijd. Flexwerkplekken, deeltijd werken en crossfunctionele teams zijn de huidige werknormen. Deze veranderingen hebben invloed op de testmanager, hij heeft te maken met meer werkdruk, een onstabiel team, en lastigere dagelijkse afstemming. Het is belangrijk de testmanager gelukkig te houden, maar de vraag is ‘hoe’?
Psycholoog Jonathan Freedman beweert in zijn boek ‘Happy People’ dat mensen in het algemeen gelukkiger zijn wanneer ze vertrouwen hebben in hun eigen richtlijnen, geloven dat er in het leven doelstellingen zijn, en gevoel hebben dat ze dingen onder controle hebben. Verder geeft professor Martin Seligman van de Universiteit van Pennsylvania aan dat mensen die hun zegeningen letterlijk tellen, gelukkiger zijn dan mensen die dit niet doen.
-
Wees avontuurlijk
De rol van een testmanager is omvangrijk. Het is een uitdaging om nieuwe vaardigheden te blijven (her)ontdekken en leren, en creativiteit kan helpen dagelijkse werkzaamheden interessanter te maken. Dit helpt de testmanager ook scherp te blijven op de veranderingen om hem heen. Naar mijn mening is de testmanager met een avontuurlijke instelling in het algemeen gelukkiger, omdat hij weet wat hij doet en niet bang is om fouten te maken.
-
Accepteer dat je als testmanager ook af en toe moet testen
De testmanager is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de uitgevoerde tests. Het is voor de testmanager aan te raden om af en toe mee te testen, in de eerste plaats vooral omdat het leuk is om te doen. Om effectief te zijn, richt hij zich op de testwerkzaamheden die nog niet uitgevoerd zijn door de tester, bijvoorbeeld de testactiviteiten die buiten het Scrum team vallen, zoals de ketentest. Hij voert de test uit in samenwerking met eindgebruikers op basis van de business eisen op hoog niveau. De erkenning dat de testmanager over deze testkennis beschikt geeft een energie boost. Dit geeft ook aan dat het testwerk een belangrijk deel van het veranderingsproces in de organisatie is. Deze erkenning leidt tot een gelukkig en plezierig gevoel.
-
Creëer een buddy-systeem
Een buddy is een vriend die ‘vrijwillig’ een ander helpt. Het woord ‘vrijwillig’ duidt op de praktische ondersteuning die indirect in relatie staat tot het testproject, maar toch van belang is voor het succes van het testproject. De testmanager bouwt zijn netwerk binnen de organisatie volgens een buddy-systeem. Buddies willen hun kostbare tijd inzetten voor de testmanager om het testtraject succesvol te maken. Een netwerk binnen de organisatie dat gebouwd is op buddies is een laagdrempelig netwerk waar de testmanager op eenvoudige wijze de benodigde resources kan krijgen.
-
Leg concrete en meetbare doelstellingen vast
De rol van een testmanager is in de loop der jaren veranderd en zal bij iedere organisatie een andere invulling hebben. Maar het doel van de inzet van een testmanager blijft hetzelfde, namelijk de kwaliteit van testmanagement- en testprocessen regisseren.
De testmanager legt concrete en meetbare doelstellingen vast, ongeacht het managementniveau waarbij hij betrokken is. Op het scrumteam niveau, het laagste managementniveau, is een stabiel en soepel testproces het voornaamste doel. Hier is de relatie tussen requirements en testuitvoering vastgesteld. Op projectniveau, waar meerdere scrumteams tegelijk actief kunnen zijn, is een robuust testbeleid een ‘must-have’ om dezelfde testaanpak te hebben en de testactiviteiten die buiten de scrumteams vallen op te vangen. Hierdoor zijn de productrisico’s overzichtelijk voor de projectstakeholders.
Voor een testmanager op het programmaniveau, het hoogste managementniveau, is de continuïteit en goede kwaliteit van het business proces een strategisch doel waar bedrijfsrisico’s en maatregelen voor alle business stakeholders duidelijk zijn.
Een testmanager die werkt met duidelijke doelstellingen op verschillende niveaus is in het algemeen gelukkiger op het werk, omdat hij – samen met zijn team – de uitdaging aangaat. Daarnaast geven behaalde doelstellingen munitie om draagvlak te krijgen voor de volgende opdracht of het groeien naar de volgende niveaus binnen de organisatie.
-
Heb controle
Met een concreet en meetbare doelstelling is de testmanager altijd in staat zijn om elk moment antwoord te geven op vragen, zoals waar we naartoe gaan, waar we nu staan en wat we nog moeten doen om het doel te bereiken. Dit is het fundament van de planning en control, de hoofdtaak van een testmanager.
Een testmanager die controle heeft over zijn teams en de werkzaamheden is in het algemeen gelukkiger én presteert beter. De controle verliezen levert stress op, en dit zorgt automatisch voor een ongelukkig gevoel.
-
Vier je succesmomenten
Iedereen kent de uitspraak ’tel je zegeningen’, waarbij je kijkt naar wat je allemaal hebt in het leven om gelukkig te zijn. Meestal wordt er alleen maar gekeken naar wat er misgaat, terwijl er altijd goede dingen zijn waar men trots op kan zijn. Tel elke dag je succesmomenten. Het gaat niet altijd om groot resultaat, belangrijk is erkenning voor de positieve dingen die het team heeft gemaakt. In een sprint review vier je letterlijk de succesmomenten met bijvoorbeeld kleine traktaties, zoals gevulde koeken of cakejes. Daarna maak je de viering compleet door het sturen van een e-mail naar het managementteam om het goede nieuws over te brengen. Door dagelijks drie positieve gebeurtenissen te noteren wordt je enthousiaster over je werkzaamheden.
Tot slot
Mijn testmanagercarrière begon vijftien jaar geleden en ik ben nu, net als toen, gelukkig in het vak omdat ik een belangrijke bijdrage lever aan het proces van softwareontwikkeling. Wanneer mijn vrienden vragen ‘kan iedereen een softwaresysteem testen?’ antwoord ik dat een Formule 1-autocoureur ook niet hetzelfde is als een ‘gewone’ automobilist. Net als een autocoureur werkt een professionele tester systematischer en sneller. Bovendien is er steeds meer wetenschappelijk bewijs dat een gelukkiger mens, en dus ook een gelukkige testmanager, beter presteert.
Okto Wahjuwibowo, testconsultant bij Bartosz
Okto is gelukkig.
Dat moet wel, dan presteert hij beter. Jarenlang ervaring met stresstesting, komt van pas, want het moet allemaal sneller af voor lager tarief.
En zeg eens eerlijk. Monkeytesten doen de eindgebruikers wel en zijn vak is al zo saai, er is ook maar 1 uitweg.
Gewoon gek worden. Out of the box.
Het gaat er tenslotte om wat je gelooft, bijv de beweringen van psychologen en professoren, ver weg. Niemand wil testen..
Bijkomend voordeel is dat je je concrete meetbare controle zegeningen kunt vieren met de avontuurlijke buddies, die nog niet wegbezuinigd zijn. Iemand nog een koekje?
Misschien mag ik er op wijzen dat de vergelijking tussen de Formule 1-coureur en automobilist behoorlijk mank gaat?
Er zit tenslotte dus nogal een verschil tussen racen op een afgesloten circuit waarin iedereen dezelfde kant op gaat en het dagelijkse verkeer van de praktijk. Gezien het verhoudingsgewijs grote aantal opinies uit de stal van Bartosz welke zich met name richten op de aanname ontstaat bij mij de indruk dat alle veranderingen in de dragende infrastructuur van de afgelopen 15 jaar nog niet helemaal door gekomen zijn. Mogelijk is auteur bekend met het fenomeen van cognitieve dissonantie, gedragswetenschap is nogal manipulatief als we kijken naar de miljoenen kostende systemen die struikelen op een kleinigheidje zoals patches.
De onnaangename spanning die ontstaat bij het kennis nemen van feiten of opvattingen die strijdig zijn met eigen overtuiging zorgt er namelijk voor dat testen niet om het (OODA-loop) trainen op het onverwachte gaat maar juist het tegenovergestelde om zo te komen tot het verwachte. Jos van Rooyen had het over de bevinding die zwerft door het bedrijfsproces, de workarounds welke dus ook bekend zijn als ‘olifantenpaadjes’ en in het kader van functionele eisen in 9 van de 10 gevallen ten koste gaan van de veiligheid. Natuurlijk is een ‘security by design’ strategie dus ontzettend lastig in de huidige wedloop maar Fokker 3-dekker van het beheermodel van Looijen mist nog teveel aansluiting op de praktijk.
De continuïteit van een bedrijf wordt namelijk niet bepaald door de strategie om van mach 0 naar 1 te gaan, maar omgekeerd. Tussen het geloof in foutloos werkende systemen van de zichzelf zalig verklarende testmanagers en gefrustreerde klanten zit dan ook nog een schaduw wereld die telkens voor duur voortschrijdend inzicht zorgt als de RfC weer eens via de krant ingediend wordt.
@Ewout. Met alle respect, maar de vergelijking is prima. Testen doe je tenslotte ook in een afgeschermde omgeving. En dat een coureur geen goede chauffeur in het dagelijks verkeer hoeft te zijn is net zo evident als dat een test(manag)er geen super user hoeft te zijn om het gewenste gedrag van het systeem te (laten) testen.
@hk
Met alle respect, tussen super user en wat basale kennis van de dragende infrastructuur zit een gevaarlijke aanname want klopt idee van testen wel met de praktijk?
Nogmaals de roll-back vraag over van mach 0 naar 1 gaan of vice versa als we kijken naar nog wat onder de hamer liggende voorbeelden van geloof in foutloze systemen, met testen haal je tenslotte nog steeds niet de verrassing uit het spel en het is om die reden dat rijlessen niet op een afgesloten circuit gegeven worden. Kun je de meltdown in 2012 van RBS nog herinneren? Want testen in een afgeschermde omgeving wordt steeds lastiger door 15 jaar interconnected evolutie.
Nav je artikelen heb ik toch nog wat vragen:
1. Hoe kun je als testmanager (direct) verantwoordelijk zijn en nemen voor de kwaliteit van testen in scrumteams?
2. Je hebt het in je artikel over “De testmanager legt concrete en meetbare doelstellingen vast, ongeacht het managementniveau waarbij hij betrokken is. ”
Kun je voorbeelden van met welke doelstelling je dan werkt?
3. Vervolgens zeg je “Op het scrumteam niveau, het laagste managementniveau, is een stabiel en soepel testproces het voornaamste doel.”
Wat versta je onder een testproces op een scrumteam niveau?