De vraag naar en aanbod van clouddiensten versnelt. Amsterdam en Nederland kunnen een leidende rol nemen binnen Europa, mits providers van datacenterdiensten inzien dat er een neutrale partner nodig is om alle clouds, service providers en bedrijven met elkaar te verbinden, ongeacht bij welk datacenter ze fysiek staan met hun infrastructuur.
Er wordt veel geschreven over de opkomst van cloud computing, de vroege adoptie ervan door midden- en kleinbedrijf en hoe cloud computing zijn intrede begint de vinden binnen grotere bedrijven en organisaties. Mijn werkgever ziet een opmerkelijke stijging in het aantal private en publieke clouds in zijn datacenters, gemeten in afgenomen stroom en ruimte als wel in glasvezelverbindingen tussen klanten.
Drie soorten cloud
Publieke cloud, private cloud en hybride cloud zijn grofweg de drie categorieën waarin cloud valt in te delen. De voordelen van elk zijn duidelijk omlijnd. Publieke cloud is ideaal voor doeleinden waar lage tco, snelheid van provisioning en lage data compliancy eisen gelden. Private cloud leent zich beter voor applicaties en data die latency-gevoelig zijn en waarvoor strengere eisen gelden ten aanzien van compliancy of privacy regelgeving. Hybride cloud tot slot is een oplossing die publieke cloud en private cloud verenigt. De applicaties of data zit in één van de twee type clouds, en kan gebruikt worden door applicaties, of kan data gebruiken die in een andere type cloud zitten. Het voordeel is dat de organisatie van beide kanten de vruchten kan plukken en zo met de beste mix van performance, TCO en compliancy kan bouwen.
Wat is de beste plek voor een bedrijf om een hybride cloud fysiek neer te zetten? Er zijn meerdere antwoorden, maar als het doel is een cloudomgeving te bouwen die op termijn uitgebouwd moet kunnen worden met meerdere type clouds, of waarbij de ene cloud provider snel moet kunnen worden vervangen door een andere (denk aan de prijzenoorlog tussen de grote publieke cloud providers), dan komt een provider van ‘carrier-neutrale’ datacenterdiensten al snel naar voren.
Carrier neutrale datacenters
De rol van ‘neutrale’ datacenters is aan flinke evolutie onderhevig. Historisch gezien waren het de datacenters ‘aan de rand van het internet’, waar grote content providers hun netwerken verbinden met lokale Internet service providers. Hoe dichter content bij de eindgebruikers staat, verenigd in de isp-netwerken, hoe beter de ervaring in het bekijken van bijvoorbeeld Youtube-videos. Omdat de datacenters zelf geen connectiviteit van en naar het datacenter aanboden, waren het ideale plekken voor netwerk service providers om hun diensten aan te bieden. Zo is de term ‘carrier-neutraal’ ontstaan.
Die interactie tussen internet-gerelateerde netwerken, aan de content- en aan de isp-kant, was lange tijd de focus van carrier-neutrale datacenters over de hele wereld waar het internet doordrong. Maar er was een ander soort partij die ervoor zorgde dat de relatie tussen datacenter en internetbedrijven sterk de nadruk kreeg in de afgelopen vijftien jaar: de neutrale internet exchanges, die verspreid over heel Europa in de grote (hoofd)steden, waar internationale telecomnetwerken samenkwamen, hun netwerken uitrolden over een aantal met elkaar concurrerende datacenters. Zij verbonden alle partijen in een virtuele laag bovenop de onderliggende datacenters.
Zonder deze internet exchanges had de groei beslist anders geweest, en had Amsterdam een kleinere rol op het internet gehad dan nu het geval is. In Nederland is de Amsterdam Internet Exchange (AMS-IX) als aanjager van het aantrekken van internetbedrijven naar Amsterdam zelfs uitgegroeid tot de grootste internet exchange ter wereld.
Doordat met elkaar concurrerende datacenters een rol gaven aan internet exchanges, werden steden als Amsterdam aantrekkelijk voor grote content providers en andere Internetbedrijven om hun netwerken te bouwen. Doordat de internet exchange alle datacenters met elkaar verbond, ontstond er keus voor internetbedrijven waar zich te vestigen, omdat men onafhankelijk van de fysieke locatie, zich kon verbinden met alle andere aanwezige netwerken. Daarmee kreeg de concurrentie tussen de datacenters een impuls, die zich over de jaren vertaalde in een toonaangevende rol voor Amsterdam in de wereld als vestigingsplaats voor Internetbedrijven. Dit heeft op zijn beurt weer een indirect positief effect op de economische ontwikkeling van Amsterdam binnen Europa als ‘digital mainport’.
Waarom is dit belangrijk te weten? Welnu, een segment dat voor deze carrier-neutrale datacenters lange tijd op de achtergrond lag, was enterprise. Immers, de vraag naar datacenterruimte werd ruimschoots opgepikt door Internetbedrijven, die bovendien een ecosysteem vormden met elkaar binnen het datacenter, wat voor een aanzuigende werking zorgde op dat segment. Het bedrijfsleven buiten het internet lag tot aan de de doorbraak van cloud bij de meeste datacenters veel minder in het vizier.
Het wiel opnieuw uitvinden?
Hybride cloud maakt van het enterprise segment een speler in een cloud ecosysteem, waarbij cloud providers, managed service providers, system integrators en bedrijven samenkomen en cloudoplossingen bouwen. Vanuit een neutraal datacenter, waar netwerk providers hen kunnen transporteren naar clouds van Microsoft, Amazon en Google, of binnen het datacenter zelf via glasvezelverbindingen naar lokale dependances van deze clouds of ‘nationale’ clouds.
Wat opvalt aan de datacenter kant is dat het succesvolle model van een neutrale internet exchange die klanten van alle datacenters met elkaar verbindt, nu lijkt te worden losgelaten in het opkomende cloud ecosysteem. Waar vroeger het besef heerste dat het afstaan van een specialistische rol rond interconnectie (en gerelateerde omzet) aan een partner die neutraal en expert is, heerst er nu bij de meeste datacenterexploitanten bij het opbouwen van cloud ecosystemen dat men zelf alle kennis en aantrekkingskracht bezit om een cloud ‘exchange’ te bouwen, en alle cloud providers en enterprise klanten naar hun datacenters te trekken.
Het resultaat is dat, in tegenstelling tot het ecosysteem rond internet dat in Amsterdam gedeeld wordt door alle datacenters met een AMS-IX knooppunt, men nu versnipperd en in concurrentie alles naar zich toe willen trekken. Het resultaat van deze beweging zal zijn dat één of twee aanbieders van datacenterdiensten zich straks ‘winnaar’ noemen, maar dat lang niet alle cloud providers ook daadwerkelijk daar fysiek gehuisvest staan.
Dit betekent voor enterprise klanten dat men straks, om flexibel hybride clouds te bouwen, niet in één, maar mogelijk in twee of drie datacenters moet staan, om zich met alle partijen waarmee men de hybride cloud wil bouwen, daadwerkelijk te verbinden. Dit brengt natuurlijk hogere kosten met zich mee.
Voor de cloud providers betekent het dat, door succes van één of twee aanbieders van datacenterdiensten rond clouddiensten, de keus voor een vestigingsplaats beperkt wordt. Immers, soortgelijke bedrijven zoeken elkaar het liefst op wanneer interconnectie een rol speelt. Dat zal op termijn mogelijk een effect hebben op de tco voor colocatie van publieke clouds en managed service providers in deze datacenters.
Amsterdam als mainport voor cloud
Maar een ander, belangrijker effect hiervan is dat het Amsterdam en Nederland als vestigingsplaats voor de grotere internationale publieke clouds en managed service providers, minder aantrekkelijk maakt. Als alle aanbieders van datacenterdiensten een ‘lock-in’ proberen te creeëren en een hoge muur trekken rond hun datacenters, werkt dat fragmenterend en verhoogt het onnodig de kosten van alle spelers in het ecosysteem.
Hier ligt een rol voor een neutrale partij, specialist in interconnectie tussen datacenters, zodat cloud providers, system integrators, managed service providers en enterprises elkaar kunnen vinden en met elkaar kunnen verbinden, ongeacht waar deze partijen in Amsterdam in een datacenter staan.
De meest voor de hand liggende partij is AMS-IX zelf, die na het bewezen succes rond internet interconnectie binnen alle grote neutrale datacenters in Amsterdam, over de infrastructuur beschikt, de expertise in huis heeft en tot slot een wereldwijde reputatie heeft voor het verlagen van interconnectiekosten. De AMS-IX bewijst Amsterdam al twintig jaar een grote dienst op de achtergrond in het bouwen aan onze internetinfrastructuur. AMS-IX kan in de komende twintig jaar eenzelfde rol vervullen rond cloud, waarbij iedereen wint. Immers meer cloudpartijen, meer flexibele keus en meer omzet voor alle datacenterexploitanten.
Amsterdam en Nederland kunnen enorm succesvol zijn in het aantrekken van belangrijke spelers rond cloud vanuit de hele wereld. Naast de relatief lage stroomprijzen, hoog opgeleide work force en bestaande interconnectie-infrastructuur is een open interconnect model voor cloud, waarbij een neutrale partij klanten van datacenters door heel Amsterdam met elkaar verbindt, een belangrijke missende schakel.
Ik vind het een leuk idee, misschien in een apart VLAN met Jumbo frames.
Dan moet er ook een centrale database voor VXLAN Network Identifiers komen, als VXLAN hier tenminste geschikt voor is.
De basis van een interconnected cloud is gebruikmaken van OpenStack, Hiermee wordt het platform vendor agnostic en is er geen vendor lock-in. Het is dus van belang een leverancier te kiezen die hier aan voldoet.
Vincent, eens met je verhaal. Wellicht goed om Cisco’s visie en strategie om de InterCloud te realiseren te bestuderen. Vanuit Cisco zijn we al enorm goede stappen aan het maken als bruggenbouwer tussen de Clouds om mobiliteit, keuzevrijheid, security, data soevereiniteit etc te optimaliseren voor de IoT economy.