Nederlandse organisaties lopen wereldwijd voorop in het faciliteren van flexibel werken. En van die mogelijkheid wordt ook graag gebruikgemaakt door zowel ‘Generatie X’ als door de jongere ‘Generatie Y’. Dit is een van de uitkomsten van het nieuwe Cisco Connected World Technology Report 2014 (CCWTR). Het rapport laat tevens zien dat we, ondanks de populariteit van de smartphone, toch nog vooral werken op de desktop en/of laptop pc. En het blijkt dat oudere werknemers zichzelf eerder als een ‘supertasker’ beschouwen dan jongere werknemers.
Dit jaar heeft Cisco onderzoek laten doen in vijftien landen over de hele wereld, waaronder Nederland. Aan het onderzoek deden in totaal 1388 Gen Y-professionals (leeftijd van achttien tot dertig jaar) en 1524 Gen X-professionals (leeftijd van 31 tot vijftig jaar) mee.
Infrastructuur inrichten
‘De resultaten van dit nieuwe Cisco Connected World Technology Report bieden waardevolle inzichten in de voorkeuren en behoeften van werknemers’, zegt Michel Schaalje, technisch directeur van Cisco Nederland. ‘Organisaties zouden de resultaten goed moeten bekijken om te zien hoe zij zich moeten ontwikkelen om toptalent aan te trekken en hun bedrijfsmodellen te innoveren. Met iedere nieuwe generatie wordt de wereld meer internetgericht. Cio’s moeten nu nadenken over hoe zij hun infrastructuur kunnen inrichten om te voldoen aan de eisen van de volgende generatie werknemers op het gebied van beveiliging en mobiliteit. Tegelijkertijd biedt het rapport waardevolle informatie waarmee zij technologie binnen hun organisatie kunnen inzetten om ook in de toekomst succesvol te zijn.’
Het CCWTR-rapport laat zien hoe technologie leidt tot fundamentele veranderingen in de manier waarop we in de toekomst zullen werken. De mobiele toestellen, apps en oplossingen die de voorkeur hebben van Gen X en Gen Y zorgen ook voor nieuwe werkmodellen, zoals de ‘Supertasker’ die vier toestellen of meer gebruikt om productiever te zijn. Het onderzoek biedt tevens inzicht in de potentiële impact van nieuwe soorten apparaten, zoals wearables, op it en de it-strategie. Zeker nu het internet of everything (IoE) leidt tot nieuwe vormen van connectiviteit en ervoor zorgt dat de volgende generatie werknemers op andere manieren gaat communiceren.
Gen X versus Gen Y: de Supertaskers
In Nederland bestempelt 42 procent van de Gen X-professionals zichzelf als een ‘Supertasker’. Opvallend genoeg is dat percentage hoger dan de Gen Y-professionals (34 procent). Nederland is een van de weinige landen waar dit het geval is; in de meeste landen zien juist Gen Y-professionals zich eerder als een ‘Supertasker’.
Hoewel in de andere deelnemende landen een meerderheid van de respondenten van mening is dat ‘Supertasking’ leidt door hogere productiviteit, denkt in Nederland een meerderheid (Gen X: 57 procent; Gen Y: 67 procent) dat Supertasking juist leidt tot meer fouten. De meeste respondenten menen dat de smartphone het beste device is voor Supertasking.
Nederland wereldwijd koploper
Nederland is wereldwijd koploper als het gaat om de mogelijkheid voor werknemers om thuis en op afstand te werken op de tijden dat dit het beste uitkomt. 56 procent van de Gen X- en 45 procent van de Gen Y-respondenten in Nederland zegt thuis te kunnen werken. De behoefte aan flexibiliteit in werkplek en -tijd blijkt in Nederland ook hoger dan in andere landen: 74 procent van zowel de Gen X- als de Gen Y-respondenten geeft aan graag flexibel te willen werken, ongeacht locatie en tijd.
Toch is 46 procent van de Gen Y-respondenten van mening dat ze op kantoor geconcentreerder werken dan thuis. Onder de Gen X-respondenten zegt 39 procent juist dat ze zich thuis beter kunnen concentreren op hun werk. In beide leeftijdscategorieën is een meerderheid (Gen X: 70 procent; Gen Y: 66 procent) van mening dat organisaties die flexibel, op afstand werken mogelijk maken, een concurrentievoordeel hebben.
Trage invoer flexwerken
Relatief veel Nederlandse professionals zijn van mening dat ze in 2020 helemaal niet meer naar kantoor zullen gaan om te werken (Gen X: 24 procent; Gen Y: 29 procent). Deze percentages liggen aanzienlijk hoger dan in de meeste andere landen. Iets minder dan de helft van de Nederlandse respondenten is van mening dat de hr-afdeling van hun bedrijf zich aanpast om te voorzien in de behoefte van werknemers aan een mobiele, flexibele manier van werken. Toch denkt ruim een kwart dat dit proces niet snel genoeg gaat.
Maar ook de wearable is in opkomst. 28 procent van de Nederlandse respondenten denkt dat in 2020 de wearable, zoals smart watches, Google Glass, etc., het belangrijkste ‘connected device’ zal zijn. Hoewel het salaris voor de meeste professionals nog altijd de belangrijkste reden is om ergens te werken, is voor ongeveer 20 procent van de Nederlandse respondenten de mogelijkheid om thuis te werken de belangrijkste keuzefactor.
Pc nog lang niet dood
De pc blijkt nog altijd het belangrijkste apparaat te zijn om op te werken. Maar liefst 87 procent van de Nederlandse Gen X-respondenten zegt te werken op een desktop-pc, terwijl 35 procent (ook) een laptop gebruikt. 46 procent heeft daarnaast ook een smartphone, terwijl de tablet met slechts 17 procent achter blijft.
Bij Gen Y zijn de resultaten vergelijkbaar: 78 procent geeft aan op een desktop-pc te werken; 48 procent (ook) op een laptop. Daarnaast gebruikt 41 procent ook een smartphone om te werken en slechts 18 procent een tablet.
Smartphone verslaat tv
Toch zou 65 procent van de Nederlandse respondenten voor zowel persoonlijk gebruik als voor werk het liefst een ander apparaat kiezen dan een laptop. Als ze één apparaat mochten kiezen, zou 40 procent de voorkeur hebben voor een smartphone. Als er een keuze gemaakt moet worden tussen de tv of de smartphone, kiest een ruime meerderheid van de Nederlanders voor de smartphone.
Ongeveer 35 procent van de Nederlanders is van mening dat websites altijd een prominente rol zullen spelen in ons leven. Ongeveer een kwart geeft aan op sommige werkdagen alleen apps te gebruiken.
Verhuizen naar Mars?
Hoewel twee Nederlanders behoren tot oprichters van de stichting Mars One, die binnen afzienbare tijd een permanente kolonie op de planeet Mars wil stichten, blijken de meeste Nederlandse professionals daar niet echt voor te porren. Slechts één op de tien respondenten zou bereid zijn om naar Mars te ‘verhuizen’, als hun bedrijf daar een vestiging zou openen. Wereldwijd gezien is het animo voor een dergelijk avontuur groter: één op de vier zou deze stap wagen.