Europese werknemers bij overheidsinstellingen voorspellen dat hun werkplek binnen twintig jaar wordt gedomineerd door geavanceerde technologieën die werkwijzen drastisch zullen veranderen. Wel verwachten zij dat deze invoering de komende vijf tot tien jaar langzamer zal gaan dan in de sectoren onderwijs, financiële dienstverlening en zorg. Dit blijkt uit onderzoek naar de toekomstige werkplek door Coleman Parkes, in opdracht van Ricoh.
De werknemers bij de overheidsinstellingen kijken uit naar een hightech werkomgeving waarbij gebruik wordt gemaakt van augmented reality (70 procent), kantoorrobots (62 procent) en drones (62 procent). Zij geloven sterk dat het in de toekomst gemeengoed wordt om gebruik te maken van vooruitstrevende innovaties in hun directe werkomgeving. Een voorbeeld hiervan zijn carrier nodes (56 procent), die ervoor zorgen dat informatie rechtstreeks via elektronische signalen naar het brein van de werknemer worden verstuurd. Zo kunnen bijvoorbeeld belangrijke gegevens met betrekking tot kerndienstverlening voor burgers, interne initiatieven en landelijke, regionale en EU-brede wetgeving snel naar de werknemer in de overheid worden verstuurd, net voordat een belangrijke vergadering plaatsvindt.
De voordelen van een technologisch ontwikkelde werkomgeving zijn volgens de respondenten dat informatie en communicatie beter kunnen worden gestroomlijnd. Meer dan de helft van de respondenten gelooft daarnaast dat dit zorgt voor een betere toegang tot de informatie die zij nodig hebben bij het uitvoeren van hun werkzaamheden (59 procent). 55 procent denkt dat het hen zal helpen taken sneller af te ronden en 51 procent denkt dat het de samenwerking tussen medewerkers verbetert.
Bestuurders bij overheid
Door geavanceerde technologie zo te implementeren dat het kernprocessen ondersteunt, kunnen organisaties tijd besparen en hun middelen en personeel zo inzetten dat de dienstverlening aan burgers verbetert. Toch dienen bestuurders bij de overheid een aantal zaken in overweging te nemen.
Of het nu gaat om het ontwikkelende economische klimaat of de druk om bedrijfsprocessen te stroomlijnen, overheidsbestuurders staan voortdurend voor de uitdaging meer te doen met minder. Uit het onderzoek blijkt dat behalve de kosten (56 procent) en veiligheid (46 procent), ook nationale regelgeving (43 procent) in de weg staan bij het omarmen van nieuwe technologieën. Obstakels bij het implementeren van nieuwe technologie die genoemd worden zijn weerstand van werknemers (33 procent), terughoudendheid als het gaat om invoering van nieuwe werkwijzen/interne processen (27 procent) en de mogelijkheid om op oudere technologische systemen aan te sluiten (27 procent).
De drang van de overheid om een technologische aanpak te hanteren bij het stroomlijnen van activiteiten wordt ondersteund door de doelstelling van de Europese Commissie, om het gebruik van e-overheidsdiensten in 2015 bij burgers met 50 procent en bij bedrijven met 80 procent te laten toenemen.
Ik denk dat het tempo niet zozeer het probleem is. Veel belangrijker en ook nijpender is de mate waarin de verschillende technologische oplossingen worden geïntegreerd in de bedrijfsprocessen en ten opzicht van elkaar interoperabel zijn. Veel overheidsdiensten hebben inmiddels een respectabele verzameling aan spullen, maar vaak werken die naast elkaar en niet in combinatie met elkaar. Dat probleem groeit alleen maar naarmate er steeds meer ‘oplossingen’ worden aangedragen. Het verzwakt ook het effect van de technologische ontwikkeling.
Een aardig voorbeeld is de manier waarop bij Nederlandse gemeenten zaakgericht werken wordt uitgevoerd. Vrijwel iedere zichzelf respecterende gemeente geeft daar een eigen invulling aan met specifiek ingerichte (software)tools. Alleen al het onderhouden van die (maatwerk) tools kost op jaarbasis vele tientallen miljoenen euro’s, terwijl het netto effect vaak beperkt is. Door te standaardiseren en te stroomlijnen in de manier, waarop processen zijn ingericht en met technologie worden ondersteund, kunnen forse besparingen worden gerealiseerd en neemt de kwaliteit van de dienstverlening toe. Dat is niet alleen voordelig voor de overheid, maar ook voor burgers en bedrijven en zelfs voor leveranciers als Ricoh.
Ja, ja de suikerberg….
Even kijkend naar de realiteit van overheid en ICT zijn die kantoorrobots er al lang, we noemen ze gewoon ambtenaren die verkeerd geprogrammeerd zijn. Een overheid die niet in dienst van de burger werkt is een roverheid. Doelstellingen van Brussels politburo lijken dan ook steeds meer op verhaal van George Orwell. Lissabon-strategie, in 2010 van Europa de sterkste economie van de wereld te maken, is in zijn geheel niet behaald. Ene helft van Europa hangt aan een financieel transfuus van de andere helft. In mijn laatste opinie had ik een mooie quote van Garrison Keiller:
‘It was luxuries like air conditioning that brought down the Roman empire. With air conditioning the windows were shut, they couldn’t hear the barbarians coming.’
Als werknemers bij overheidsinstellingen uitkijken naar een high-tech werkomgeving dan moeten ze maar gaan werken in de kassen ofzo. Vind het nogal frappant dat die kantoorrobots denken dat gras groener is bij de buren terwijl ze over het algemeen een heel wat betere werkomgeving hebben dan de gemiddelde werknemer in de private sector. Maar goed het stuk maakt duidelijk waar het heen gaat, meer technologie om de burger te controleren zodat de kantoorrobots niet meer uit het raam hoeven te staren om te dromen over de toekomst.
@Ewout,
Ricoh is een bedrijf die doet in printing…. dat is old school… en laat dan een onderzoek betalen….
Dit lijkt me een typisch marketing gedreven onderzoek. Er wordt veel gesproken over het gebruik van techniek (in de periode 2024 – 2034), maar niet of nauwelijks over de nieuwe manier van werken. Dit had een leuk onderzoek kunnen zijn, maar dan had men het moeten hebben over de werkwijze van overheid 3.0, banken 4.0, et cetera. Methodisch is dit dan ook een flutonderzoek.
Bijvoorbeeld; men heeft toekomstgerichte mensen (forward-thinking workers) als respondenten gekozen. Maar hun ideeën worden representatief voor de rest genoemd. In de praktijk blijkt dat managers en hun werknemers gemiddeld jaren nodig hebben om de bestaande techniek optimaal te benutten. Dat wordt overigens beaamd door de respondenten..
En hoe reëel zijn de gedachten? Zelfs technisch onderlegde futurologen weten amper welke technische mogelijkheden straks normaal zullen zijn. Volgens futurologen van de jaren zestig zouden we thans massaal naar het werk vliegen met een privé helikopter om niet in de file te hoeven staan, zouden we langere afstanden afleggen met de opvolgers van de Concorde, zouden we niet op energiegebruik hoeven te letten omdat stroom van kerncentrales vrijwel niks meer zou kosten. Het is net iets anders gelopen.
Dus zal ik in 2036 mijn commentaar voor Computable door een hologram in een virtuele werkplek kunnen laten produceren, terwijl ik aan het strand zit en de elektronische versie Computable zelf nog niet heb gelezen?
N.b. redactie, dit onderzoek is niet alleen bij de overheid gehouden.