In mijn werk als trainer bij vooral kleinere ondernemingen komt het vaak voor dat de werkgevers moeite hebben met het nemen van het besluit om een training voor werknemers te organiseren. Het grootste dilemma bestaat er in dat het bedrijf niet alleen de cursuskosten moet betalen, maar dat de medewerkers tijdens de opleiding geen 'productie' draaien, waardoor dus omzetverlies ontstaat.
In mijn werk als trainer bij vooral kleinere ondernemingen komt het vaak voor dat de werkgevers moeite hebben met het nemen van het besluit om een training voor werknemers te organiseren. Vooral bij zzp’ers is het dilemma groot: tijdens een opdracht werk je voor je geld, als je studeert krijg je geen geld en als je niet in een opdracht zit, dan heb je geen geld voor de cursus. Als je echter jezelf niet zichtbaar verbetert (met certificaten en diploma’s) dan heb je na je opdracht minder kans om een nieuwe opdracht binnen te halen.
eLearning
De oplossing wordt vaak gezocht in eLearning. Dit lijkt een zeer goede oplossing voor individuele personen die in hun eigen tijd en in hun eigen tempo een bepaald trainingsprogramma willen/moeten doorlopen. Ideaal voor de kleine ondernemer dus, immers de medewerker doet het in eigen tijd en tijdens de gehele cursus is geen trainer nodig, dus dit spaart ook kosten uit.
Ik heb het nodige aan deskresearch gedaan naar cijfers die het succes van eLearning onderbouwen. Bij de grote aanbieders in Nederland staat heel veel positieve informatie, echter er zijn geen cijfers te vinden over effectiviteit van de training, slagingspercentage, afvalpercentage et cetera. Ik denk dat bij de grote aanbieders absoluut gegevens bekend zijn, echter het feit dat deze cijfers niet gepubliceerd worden is waarschijnlijk al een eerste indicatie over de efficiency en effectiviteit.
Onderzoek onder mijn eigen netwerk leert, dat velen van mijn collega’s wel eens gestart zijn met een eLearning-module. Vanuit hun ervaring krijg ik het volgende terug:
– Je hebt veel discipline nodig om een eLearning te volgen
– 60% van de ondervraagden hebben de eLearning niet afgerond
– Van de overige 40% heeft het merendeel examen gedaan, maar 70% daarvan slaagde voor het examen
– Het is zwaar om eLearning alleen te doen, zeker na een werkdag
Wellicht is dit niet echt een representatief onderzoek, maar het bevestigt wel mijn vermoeden over de effectiviteit van eLearning.
Overigens betrof een groot deel van de ondervraagden zzp’ers, die dus alle belang hadden bij het goed doorlopen van de training en het behalen van de certificaten.
Klassikaal les
Van trainingen in een groep en klassikaal is bekend wat de cijfers zijn en deze worden ook vaak bij de trainende organisatie vermeld. Logisch want gemiddeld gezien is bij goede trainingsorganisaties het percentage afvallers zeer klein en het slagingspercentage heel hoog. Om deze percentages te bereiken worden echter forse kosten per cursist gemaakt: een trainer, ondersteuning bij vragen tijdens de studie, langere trainingsduur.
Voor de werknemer is dit de meest optimale vorm, echter voor de werkgever is dit een veel kostbaarder oplossing dan eLearning.
Tussenweg
Sinds een aantal jaren bestaat er ook een tussenweg: Blended Learning. Deze methodiek combineert een deel van eLearning met klassikale behandeling van de stof c.q. vragen van de studenten. Veelal worden de sessies (klassikaal) dan ook in de avonduren gehouden, of via videoconferencing met de cursusbegeleider.
Voordelen zijn duidelijk: kortere trainingsduur, lagere kosten, interactie tussen studenten onderling en cursusbegeleider (leren van elkaar), zicht op de voortgang door feedback en geen/veel minder omzetverlies.
Ondanks dat er een grotere discipline nodig is om de training af te ronden dan bij een volledig klassikale training, lijkt het er op dat het percentage deelnemers dat stopt met de training veel lager is dan bij volledige eLearning. Het slagingspercentage bij blended learning is nagenoeg gelijk aan die van klassikale trainingen.
Afrondend
Ikzelf ben nog steeds van mening dat een cursist het meeste baat heeft bij een klassikale training waarbij de cursist volledig wordt ondergedompeld in de stof en zich met behulp van medecursisten de benodigde vaardigheden meester maakt. Het is echter in tijden van schaarste en in een ‘buyers market’ voor kleinere bedrijven van het grootste belang om zo weinig mogelijk omzet te verliezen. Blended learning is daarvoor in mijn ogen dan ook een zeer acceptabel alternatief.
Ik ben zeer geïnteresseerd in jouw ervaringen met eLearning of blended learning. Ik hoop dat je deze ervaringen met mij wilt delen. Ik zie reacties graag tegemoet.
Wijnand,
Ik heb zelf wisselende ervaringen met E-learning. Ik vind het een groot voordeel dat ik zelf kan bepalen waar en wanneer ik het doe.
De nadelen van E-learning zijn het gebrek aan onderlinge interactie en discussie. Het feit dat je het of vanuit huis of je kantoor doet, betekent vaak dat je nog steeds gestoord of afgeleid kan worden.
Voor bepaalde zaken zoals reguliere certificeringen is E-learning in mijn optiek geschikt. Voor de zwaardere en specialistische trainingen ben ik nog steeds een voorstander van face to face. Een combinatie tussen die 2 zou in mijn optiek ideaal zijn. Dan heb je best of both worlds en alle flexibiliteit die er in mijn optiek moet zijn.
Beste Wijnand,
Allereerst een reactie op resultaten van e-learning t.o.v klassikaal leren: Twee jaar geleden heeft een commerciele opleider Wft trainingen bij een Nederlandse bank via een e-learning methodiek en klassikaal getraind. De eindresultaten (slagingspercentages) waren nagenoeg gelijk, grote verschil was de tijdsinvestering van de deelnemers. De e-learning deelnemers hadden 60% minder tijd besteed aan het leren dan de deelnemers van de klassikale lessen.
Persoonlijk ben ik groot voorstander van Blended leren, maar er zijn een paar regels:
1. Kies de juiste werkvorm bij de lesinhoud. e-learning is een goede werkvorm voor feitenkennis, regels, kenmerken, bewustwording en begrijpen van concepten. Focus je e-learning daarop en gebruik je klassikale bijeenkomsten voor toepassingen, opdrachten, rollenspellen, scenario’s, etc.
2.Stop met het verspeiden van kennis in een klassikale setting, focus op aanleren en oefenen van vaardigheden.
3. Laat e-learning en klassikaal op elkaar aansluiten. Zorg voor duidelijke samenhang, meerwaarde en context.
4. Gebruik resultaten uit e-learning om de klassikale les persoonlijker te maken. Laat deelnemers merken dat je hun e-learning resultaten meeneemt in de les. Bijvoorbeeld door onderwerpen waarop ze slecht scoorden in e-learning in de les extra aandacht geven.
ALs opleidingsmanager bij een softwarebedrijf ben ik verantwoordelijk voor het opleiden van gebruikers en functioneel beheerders bij onze klanten. Ik worstel dagelijks met het dilemma tussen kosten, verlies van operationele tijd (omzet) en efficient leren. Blended leren heeft voor ons geleid tot een optimalisatie en balans tussen studietijd, werktijd en het momentum.
Bij de nadelen van e-learning zou ik er graag nog eentje aan toevoegen (uiteraard afhankelijk van het te trainen onderwerp): het niet kunnen leren van vragen/fouten van anderen.
Overigens heb ik ook wat moeite met het vermeende dilemma van de werkgevers. Investeren in je werknemers kost nu eenmaal geld. Je zou daarbij een onderscheid kunnen maken tussen het soort cursus. Is het een cursus om een nieuw pakket te leren omdat de organisatie overschakelt op nieuwe software, dan heeft de werknemer er weinig voordeel aan.
Is het een cursus waardoor de werknemer promotie kan gaan maken en/of beter inzetbaar wordt op de arbeidsmarkt dan mag wat meer eigen investering van de werknemer verwacht worden.
Dit moet uiteraard wel gezien worden in het totaalplaatje van afspraken, zoals hoe je om gaat met reis- en verblijfskosten.
Fijn artikel om te lezen en relevant onderwerp.
Aardige quote :
“CFO asks CEO : What happens if we invest in developing our people and then they leave us?
CEO : What happens if we don’t and they stay?”
Zelf ben ik groot fan van e-learning, maar ik loop ook tegen eerder genoemde tekortkomingen op. In de klas leer je dingen die je niet leert vanuit een scherm of boekje. Het is net als online-daten. Je kunt elkaar leuk vinden op de foto, en een goede mailwisseling hebben… maar de eerste keer dat je elkaar live ziet… binnen een seconden weet je of het niets is. Iemands loopje, grote, gezichtmimiek. Het zijn allemaal dingen die je niet uit e-learning haalt.
Blended klinkt inderdaad als een goede middenweg.
Laatst hoorde ik managers klagen over het feit dat gebruikers geen fatsoenlijke cursus meer krijgen in het gebruik van Office, er wordt verwacht dat iedereen dit thuis leert. Een trend die zijn intrede heeft gedaan met pc-privé projecten maar waarvan het succes ondertussen erg bedenkelijk van is geworden.
Verder is er ook een wildgroei aan cursussen en certificeringen die weinig tot niets bijdragen aan de ‘productie’ maar vooral voor een goede cashflow bij de leveranciers zorgen. Veel certificaten zijn niet meer dan een verklaring van goed gedrag, ze leren je alleen bedieningsvaardigheden. Op de ladder van Bloom is dit de laagste vorm van training.
Kennen vraagt nog geen begrijpen waardoor het toepassen alleen kan binnen de door de leveranciers bepaalde omgevingen. Veranderd die omgeving een beetje dan kan hele circus weer herhaald worden. Het ‘bij blijven’ kost hierdoor inderdaad onnodig veel tijd, zeker als training 90% herhaling is met een andere GUI.
Klassikaal, e-learning of blended maakt dus niet zoveel uit als de stof niet past bij de vraag. Wat ik dus een beetje mis in het verhaal is de ‘nul-meting’ waarbij gekeken wordt naar wat cursist al weet.
Beste Wijnand,
ik heb bijna 20 jaar ervaring met diverse vormen van elearning. De ene moderner dan de andere. Met klassikaal onderwijs heb ik ook veel ervaring. Qua vorm is blended learning inderdaad mooi. Maar zoals ook uit diverse reacties blijkt: als je de drie vormen slim inzet heb je er meer aan. Blended learning vereist een inzet van de trainer buiten de ‘klas’. Als trainer en opdrachtgever dat meenemen in de opdrachtbepaling is dat goed, anders wordt het alleen een kostenbesparing, en zal het geheel minder waard zijn!
@Ewout: Vwb je laatste opmerking: in 2003 werd ik verantwoordelijk voor een grote kennisgerichte opleider. Toen bedacht ik me dat een nulmeting, zeker voor kennis, maar ook voor gedrag en attitude, erg handig zou zijn. Ook om te kijken of de deelnemer de juiste training gaat volgen. Nu, ruim 10 jaar later, ben ik in staat dat te doen door een aantal testen af te nemen. En ook dat helpt weer. Waar vroeger een hele afdeling 1 trainingsserie volgde kun je nu beter inspelen op wat elke deelnemer echt nodig heeft. Goedkoper (EN effectiever!) voor de opdrachtgever. En voor de trainer weliswaar iets lastiger, maar veel motiverender! Want iedereen leert alleen wat diegene echt nodig heeft.
@martin
Nog belangrijker hier is motivatie, de wil om iets te leren. De zoveelste opgelegde training doorklikken of aanluisteren als onderdeel van de welbekende CV building verminderd niet alleen de effectiviteit maar ook het rendement.
Ook ik heb enige ervaringen met e-learning, heel wat self-paced trainingskits doorgewerkt om aan de certificeringsrace mee te doen. Opvallend gemis hier was altijd de diepgang.
Ewout ik deel je visie.
Ik heb dan ook altijd ernstige bedenkingen bij al dat soort wassen neus certificaatjes.
De zaken die ik mij in mijn leven eigen heb gemaakt worden niet eens gecertificeerd, daarvoor zijn ze kenlijk te niche of vinden afnemers van die kennis dat niet nodig.
Ik blijf erbij, wil je in ons vakgebied blijven werken, dan zul je vrije tijd moeten opofferen om kennis eigen te maken.
Daarnaast zul je je kwa kennis moeten onderscheiden. Dat doe je niet door een gemakkelijk twaalf in een dozijn cursus te volgen maar door zelf ’s avonds in de boeken (of internet) te duiken, en door zelf dingen uit te zoeken.
Dag Ewout. Mijn uitvoerige reactie vind je op e-learning.nl.
Er zijn talloze redenen waarom e-learning niet werkt maar de meest voor de hand liggende is dat het niet alleen een grote zelfdiscipline vergt van de cursist zelf maar ook van alle huisgenoten inclusief de hond die uitgelaten moet worden:)!
Daarbij komt dat tijd geen rekbaar begrip is in tegenstelling tot wat we graag willen denken: als je 1 uur (of meer) per dag moet besteden aan studie of het nu via e-learning is of via een ander kanaal, betekent dat 1 uur (of meer) inleveren. Wat lever je in? Werktijd, aandacht voor partner en kinderen, op de bank voor de TV, Facebooken, sporten, slaaptijd?
Liesbeth van Kerkhof, directeur EBC Taleninstituut