Drie jaar geleden al werd Henri Rauch, cloudexpert, gevraagd om een cloudstrategie voor het Rijk te schrijven. Deze strategie werd door de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Piet Hein Donner op 20 april 2011 aan de Tweede Kamer aangeboden. Een Rijksbrede implementatie van die strategie is nog geen gerealiseerd feit, maar inmiddels wel heel concreet. 'Het is een strategie die een heel lange tijd nodig heeft voordat er echt de vruchten van worden geplukt', zegt Rauch nu.
Doelstellingen met de Rijks-cloud zijn naast gebruikersgemak hogere prestaties en hogere kwaliteit tegen lagere beheerkosten. De opzet is in eigen beheer en het concept is een gesloten cloud. Dat laatste is om erin te kunnen voorzien dat de overheid zijn verplichtingen als ‘goed huisvader’ de privacy van zijn burgers kan borgen. De Rijks-cloud zal worden ingericht als een voorziening die meer generieke diensten levert, daarmee inspelend op de één concerngedachte van het Rijk. En aan meer genericiteit zit nadrukkelijk ook een verplichting van de verschillende departementen en uitvoeringsorganisaties om geen individuele initiatieven te ontwikkelen, maar te kiezen voor horizontale samenwerking. Daarin schuilt de kracht en het grote voordeel volgens Rauch.
Profijt en voordelen
‘Het was vroeg om met zo’n strategie te komen, die zich richt op de komende vijf, misschien zelfs wel tien jaar’, erkent Rauch. Maar hij voegt eraan toe dat het ook de opmaat was naar de succesvolle I-strategie van het Rijk, ‘dus zeker van belang’. Met de consolidatie van het aantal datacenters waarvan de overheid gebruik maakt, wordt ook de Rijks-cloud meer realiteit. Van de vier beoogde datacenters zijn er nu drie operationeel, de vierde staat op de rol voor eind 2014. Met de koppeling onderling en aansluitend de applicatieconsolidatie en het gemeenschappelijk gebruik van de infrastructuur vormen de datacenters de backbone van de Rijks-cloud.
‘De koers die is gekozen, met eerst de datacenterconsolidatie, is een heel gelimiteerde: eerst housen en wennen aan het idee dat je gezamenlijk een ruimte benut. Zowel binnen de industrie als binnen de overheid wordt in deze fase geroepen om een volgende stap. Maar nogmaals, het is niet alleen een technologisch proces, er is ook een proces van wennen aan het feit dat je met elkaar dingen gaat delen. Daarmee geef je vorm en inhoud aan het dichter bij elkaar staan en bereid zijn te delen. Want met housing alleen heb je nauwelijks profijt. Profijt haal je op het moment dat je al gezamenlijk een klein stukje data benut.’ En als je dat doortrekt naar één van de vier datacenters, die bijvoorbeeld een stack van servers, storage, netwerk en databases/applicaties levert als een service, dan moeten die voordelen volgens Rauch nog voor het grootste gedeelte worden gehaald.
Alternatief voor fragmentatie
Volgens Rauch stimuleert de cloud het vrije marktmodel en zal ondernemerschap de drijfveer worden. Er zullen nieuwe ideeën voor businessmodellen ontstaan en ook kleinere partners, die in het algemeen de focus hebben op innovatie, zullen kansen krijgen. Grote, internationale ondernemingen moeten volgens Rauch durven in te zetten op cloudoplossingen over de grenzen heen en de bestaande, individuele belangen per land terzijde schuiven. Rauch is tegenwoordig als adviseur verbonden aan King (Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten) en de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) en werkt vanuit die functie aan een cloudstrategie voor gemeenten. ‘Er moet een alternatief komen voor de fragmentatie waar we nu in zitten’, zegt Rauch, duidend op veel van de huidige contracten tussen gemeenten en marktpartijen die veelal langdurig en gesloten zijn.
Rauch spreekt in dat laatste verband over monolieten die weinig ruimte laten om individuele contracten collectief te maken. ‘Dat moet worden doorbroken en dat kan bijvoorbeeld via een shared service senter (ssc). Een ssc kan de vraag bundelen, deze uitzetten bij de markt en aansluitend collectief aanbieden aan de gemeentelijke deelnemers in het ssc.’ Dimpact is zo’n voorbeeld dat kan uitgroeien tot een ssc dat vorm en inhoud geeft aan de gemeente-cloud. Rauch pleit voor open standaarden, open modules, meer hergebruik en meer collectiviteit. ‘Alles kan anders. Leveranciers moeten beseffen dat hun huidige, individuele contractvormen geen stand houden in een community cloud context. Een applicatie met een internetontsluiting benoemen als cloud is zeker geen oplossing’, aldus Rauch, die benadrukt dat dit nog vaak voorkomt. ‘Het probleem is dat sommige, veelal kleinere, gemeenten denken dat ze het goed doen terwijl het individuele, langdurige contract gewoon in stand blijft. Ze realiseren zich niet dat ze zichzelf te kort doen.’
Andere aanpak
De cloudstrategie voor gemeenten vraagt een geheel andere aanpak dan die voor het Rijk, stelt Rauch. Het gaat hierbij expliciet om bundeling van de vraag, ofwel defragmentatie. Dat betekent niet zelf de kennis in huis halen, maar kiezen voor een ander businessmodel: een meer servicegerichte benadering, met het eigendom bij meerdere gemeenten, vormgegeven in een ssc. ‘Gidsen’, noemt Rauch zijn rol. ‘Geen instructie van je moet en je zal. Het is een handreiking die je geeft aan de markt en als kwaliteitsinstituut ook aan de gemeenten. Het is anders dan een strategie die de minister naar de kamer stuurt, en vervolgens bij wet kan worden afgedwongen. In de context van de gemeenten kun je in dit geval veel beter handreikingen doen, aangeven wat werkt en niet werkt. Begeleiden, voordelen laten zien. Stimuleren dat grote gemeenten die kleine meenemen. Een heel ander mechanisme. Vandaar ook dat de cloudstrategie gemeenten op een heel andere manier tot stand gaat komen dan voor het Rijk.’
Over wat bottomline de voordelen van cloud voor de gemeenten zijn, is Rauch duidelijk. ‘Dat is evident, één, je ziet de prijs zakken, twee, cloud betekent dat je snel op- en af kunt schalen en drie, je ziet dat de termijn van contracten afneemt, waardoor je flexibeler bent. Het gaat om het stellen van eisen. Wat belet jou om die eisen te stellen die jij nodig acht om je niveau van kwaliteit te halen? Daarin zit de sleutel.’
Dit artikel is ook te lezen in GOV magazine nummer 6.
Rijk en gemeenten zijn inderdaad in veel opzichten verschillend. Maar ik ben wel benieuwd op grond waarvan wordt geconcludeerd dat “De cloudstrategie voor gemeenten vraagt een geheel andere aanpak dan die voor het Rijk”?
Ad, ik zal twee argumenten noemen, maar er zijn er meer.
Eerst de invulling: De Rijkscloud wordt nu gevormd door gespecialiseerde Shared Service Organisaties die -voor het het hele Rijk- één component leveren, bijvoorbeeld de Desktop voor het Rijk (DWR) of de Rekenkracht & Geheugen (Datacenter Consolidatie Rijk). Dit model is niet geschikt voor gemeenten, die willen immers iets te kiezen hebben…
Ten tweede: Bij het Rijk is een brief aan de Tweede Kamer eigenlijk al genoeg, al de rest volgt vanzelf. Dat ligt bij gemeenten heel anders…
Willem,
Niets ten nadele van je artikel, maar mij wordt het nog niet echt veel duidelijker.
Vanaf de buitenkant lijkt iRijk niet te leven, ik ben benieuwd of dit intern anders is.
Wat ik denk dat heel belangrijk is voor een succesvolle “cloud computing” strategie is dat men intern het afnemen van capaciteit -of dit nu desktops, servers of applicaties zijn- makkelijk maakt en kijkt naar lopende projecten en stakeholders helpt deze makkelijke afname te consumeren. Daarna gaat het vanzelf.
Men zou dit moeten zien als een soort overheid-appstore. Externe aanbieders zouden hun diensten moeten verpakken in een voorgedefinieerd formaat waarin veiligheid, privacy, overdraagbaarheid (exit strategie) en dergelijke geregeld is. Voordeel is dat je transaparante kwaliteit krijgt, vendor lock-in zo klein mogelijk maakt en dat er veel minder met aanbestedingen gewerkt hoeft te worden. De goede aanbieders hebben hun propositie immers in de “store” zitten. Blijft er meteen wat te kiezen over 🙂
Identity en Access Management zijn ook hier weer key. Overheidscloud zo dus een IAM moeten ontwikkelen die samengaat met de “store” dit kan meteen als requirement gelden om toegelaten te worden.
Ik heb een passie hiervoor en zou graag betrokken worden, juist als onafhankelijk adviseur zonder banden met betrokken partijen.
@Henri: bedankt voor je toelichting. Toch hou ik nog steeds wat twijfels over de noodzaak van die ’totaal andere aanpak’. Ook ministeries willen/wilden wat te kiezen hebben en zijn/waren van nature ook niet geneigd alles hetzelfde te gaan doen. Het aantal gemeenten is inderdaad groter (en daarmee een deel van de uitdaging), maar het moet nog blijken hoe effectief de ssc-strategie op termijn is. Time will tell.
Dag Willem,
Ik vraag mij af waarom de desktop voor het rijk niet in een gemeente kan werken, volgens mij gaat het voor 60-70% om microsoft producten. Daarnaast denk ik dat gemeenten 70-80% dezelfde producten hebben. Er is zelfs een generieke architectuur GEMMA, dus waarom moet een gemeente wat te kiezen hebben? Het gaat om generieke processen en slechts gedeeltelijk om specifieke processen die te maken hebben met de omvang of missie van van een gemeente.
Ik verbaas mij erover dat gemeenten allemaal een eigen telefooncentrale moeten hebben, allemaal een eigen server omgeving voor websites en eigen servers voor centric of pink applicaties?? Met bergen aan overtollige oracle en sap licenties.
Door consolidatie zijn hier miljoenen te verdienen en als aanbieder in de markt verlies je die miljoenen aan omzet, dus zal dit het issue zijn.