De Nederlandse ict-markt staat bol van de trends en ontwikkelingen. In deze gids komen zaken als software defined, outsourcing, securit, big data, cloud computing en mobile computing uitgebreid aan bod, maar er spelen meer zaken volgens de Computable-experts. Hieronder een opsomming van trends waarmee we de komende zes maanden rekening moeten houden.
Customer experience management
‘Bedrijven zullen hard moeten gaan werken aan een strategie om een unieke klantbeleving neer te zetten, ongeacht het contactkanaal waar de klant gebruik van maakt’, meent Kees Wolter, oprichter van Mopinion. ‘Klanten komen steeds meer via verschillende manieren in aanraking met een bedrijf. Er zijn simpelweg veel meer contactkanalen bij gekomen de laatste jaren. Veel bedrijven zijn daarom de afgelopen tijd druk in de weer geweest met het optuigen van nieuwe kanalen zoals de aanwezigheid op social media en oplossingen voor mobile zoals nieuwe apps en responsive en adaptive webdesigns. Je merkt dat deze aanpak vaak nog gefragmenteerd heeft plaats gevonden.’
Nu dient volgens Wolter de slag gemaakt te worden dat uitstraling, content en beleving altijd en overal gelijk zijn. ‘Alleen zo bouw je een trouw klantenbestand op. Wil de klant een online bestelling afhalen in een winkel? Dat kan. Wil de klant die in je winkel staat een artikel dat alleen online beschikbaar is? Ook dat is mogelijk. Directe feedback van klanten op deze toepassingen zal een steeds belangrijkere metric worden. Waarom haken klanten af? Ligt het aan het product? Ligt het aan de geboden service? Als een bedrijf dit continu in kaart brengt, dan kan men de klantbeleving over alle kanalen optimaliseren.’
Chief data officer
Jeroen Verberg, ceo van Hippo signaleert ook de trend van (online) customer experience en pleit ervoor om een functie als chief dgital officer in het leven te roepen. ‘Een aantal jaar geleden deed Forrester Research de voorspelling dat een steeds groter deel van het ict-budget door de marketingafdeling zou worden uitgegeven. Als de marketingafdeling dit echter uitgeeft zonder samen te werken met de ict-afdeling en er allemaal verschillende oplossingen worden gekocht, dan komt waardevolle data in silo’s terecht. Voor het begrijpen van wat de klant zoekt en wil, moet juist al die data samenwerken.’
Sterker nog, volgens Verberg realiseren steeds meer organisaties dat it weer een bijdrage kan leveren aan omzetgroei en niet slechts een kostenpost is. ‘It als utility gaat naar de cloud, de interne it kan met innovatie, en de samenwerking met de marketingafdeling, zorgen voor betere customer experience en groei. De benodigde vaardigheden van in-house it krijgen daarom meer begrip van de business en data scientist en integratie zal in samenwerking met de cloudinfrastructuur bewegen.’
Supply chain-risico’s
Minne van der Sluis, senior business consultant bij Imtech ICT, denkt dat in de tweede helft van 2014 big data de supply chain nieuwe mogelijkheden gaat bieden. Organisaties die data over scheepvaart en transportmiddelen weten te verkrijgen, zijn in staat klanten en partners meer inzicht te bieden. De vraag naar meer inzicht in de supply chain zal immers blijven toenemen. Er wordt echter wel verwacht dat er toegevoegde waarde uit deze data wordt gehaald, zodat business intelligence wordt gegenereerd in plaats van alleen operationele rapportages. Dit blijft de komende tijd een grote uitdaging.’
Daarnaast komen de supply chain-risico’s volgens hem hoger op de agenda. ‘Gartner voorspelt dat de complexiteit en risico’s van de supply chain groeien, maar weinig supply chain-organisaties zijn hier op voorbereid en hebben ook zelden een chief risk officer in dienst. Deze rol wordt steeds belangrijker omdat nieuwe wereldwijde regelgeving het inzichtelijk maken van risicomanagement erg belangrijk maakt voor corporate governance.’
Data science
De term viel al even en wordt door meer Computable-experts genoemd: data science. Volgens Nico Verwer, software architect bij Rakensi, is dit een ontwikkeling die al langer bestaat, maar die snel steeds belangrijk wordt. ‘Het verzamelen van grote hoeveelheden gegevens, bekend als big data, is inmiddels gemeengoed, maar het extraheren van informatie en kennis hieruit is lastig. Dit is waar data science zich mee bezig houdt. Het gaat verder dan data mining en business intelligence, en vereist kennis van statistiek, signaalverwerking, patroonherkenning en visualisatie.’
Volgens Verwer bestaat deze ontwikkeling al lang. ‘De programmeertaal en -omgeving R bestaat al sinds 1993, en staat de laatste tijd sterk in de belangstelling, wat te merken is aan nieuwe boeken hierover die recent zijn verschenen. Andere softwarepakketten voor data zoals SAS en SPSS (1968!) bestaan nog veel langer. Een trend binnen de software engineering die hiermee samenhangt is ‘reactive programming’. Deze software-architectuurstijl is een radicale breuk met wat, zeker in Nederland, nu gangbaar is, en is event-driven, schaalbaar, fouttolerant en responsive.’
Offshore development
Roy Wasse, manager midden-Nederland bij Quintor, herkent dit en is onder de indruk van de snelheid waarmee nieuwe technologieën, tools en processen de software-ontwikkeling efficiënter, goedkoper en robuuster maken. ‘De afgelopen twee, drie jaar is Scrum breed geadopteerd, is testautomatisering een gewoonte geworden en heeft Javascript de front end heroverd. Het optimaal toepassen hiervan vraagt wel veel van ontwikkelteams.’
Hij meent dat nauwe samenwerking, korte lijntjes met de business en vakmanschap dat zich continu ontwikkeld de sleutels zijn tot succes. ‘Mijn inziens krijgen offshore teams het hierbij moeilijk, omdat het nu eenmaal meer aandacht vergt om optimaal te communiceren. Ik verwacht dat het ontwikkelen van complexe, moderne software daarom steeds minder offshore gebeurt en zie dit op korte termijn plaatsvinden.’
Refactoring
Als softwareontwikkelaar ziet Erik Seveke van Globalorange de trend dat veel bedrijven bezig zijn met het uitbreiden van hun online dienstverlening. ‘In dat proces lopen ze vaak tegen problemen aan, zoals een verouderde applicatiestructuur of andere beperkingen die een eerder gekozen platform met zich meebrengt. Dit remt deze bedrijven in hun groeiambities. Je kunt bijvoorbeeld denken aan een bedrijfskritische applicatie die al jaren gebruikt wordt en op zich prima functioneert, maar doordat een exotische programmeertaal is gebruikt of doordat de broncode niet beschikbaar is, kan een het bedrijf dan niet de volgende stap maken.’
In zo’n geval is refactoring noodzakelijk, meent Seveke. ‘Dit betekent het herbouwen van de applicatie naar moderne en open standaarden. Dat moet snel en efficiënt gebeuren, omdat een organisatie dan pas weer in staat is om snel in te spelen op nieuwe ontwikkelingen en zijn online dienstverlening kan verbeteren. De noodzaak hiervoor is groot, omdat veel gevestigde bedrijven tegenwoordig links en rechts worden ingehaald door start-ups, die geen last hebben van dit soort erfenissen uit het verleden. Een belangrijke ontwikkeling dus, die van levensbelang is voor bedrijven.’
DevOps
DevOps wordt vaak aangeduid als de brug tussen development en beheer. Anko Tijman, thoughtleader Agile bij Ordina, wil DevOps samen met Agile-development en Agile-beheer inzetten. ‘Zo wordt de volledige it-waardeketen op elkaar afgestemd, zonder hokjes en vakjes. DevOps staat op dit moment nog in zijn kinderschoenen en ik zie dan ook kinderziektes optreden. Zo zijn definities niet helder, is ontwikkeling vaak leidend ten opzichte van beheer en zijn implementaties vaak niet meer dan een druppel op een gloeiende plaat doordat men zich focust op tools of rollen.’
Het is daarom volgens hem van belang om ons daartegen te vaccineren om DevOps net zo succesvol te maken als Agile-development. ‘Het ‘vaccin’ bestaat uit een holistische aanpak met als kern de verandering van de heersende mindset in de organisatie naar synergetisch denken en werken. Het puur alleen systeemdenken met het taakgericht werken binnen silo’s en z’n bureaucratische controlemechanismes maakt plaats voor samenwerking op basis van vertrouwen. Dit resulteert in het bereiken van de gemeenschappelijke doelen, waarbij het verkorten van de time to market, verhogen van de wendbaarheid en de kwaliteit belangrijke elementen zijn.’
Automatisering van processen
Kees Kranenburg, cto bij Atos, is het hier roerend mee eens en wil door middel van integratie van development en operations, DevOps dus, de time to market verkorten om snel in te kunnen spelen op veranderingen in (social) beleving van eindgebruikers of markten. ‘In plaats van releasematig één of twee keer per jaar nieuwe functionaliteit beschikbaar te brengen, worden nu dagelijks, wekelijks of tweewekelijks (kleine) functionaliteiten beschikbaar gesteld aan eindgebruikers. Snelheid van oplevering wordt met name gerealiseerd door een hoge mate van automatisering van processen, zoals automated testing, automated quality control en automated deployment.’
Deze trend staat dus bekend als DevOps. Kranenburg: ‘DevOps slaat een brug tussen ontwikkelaars (die van Mars komen) en beheerders (die van Venus komen). Door elkaars werelden beter te begrijpen en samen te werken, worden onnodige vertragingen in het uitbrengen van softwarereleases en softwareproductie voorkomen.’
Provisioning
Robbrecht van Amerongen, manger development bij Amis Services, ziet voor de komende tijd provisioning als trend. ‘De techniek is nu zover om complete software-infrastructuuromgevingen volledig geautomatiseerd uit te rollen, gecontroleerd plus getest. Dit wordt vanuit de business ook verwacht, zeker als dit vergeleken wordt met huidige clouddiensten. Er is een sterke vraag naar efficiëntie, snelheid en kostenbesparing op beheer van infrastructuur. De omgevingen moeten betrouwbaar, beheersbaar en voorspelbaar zijn en daarnaast voldoen aan een hoge flexibiliteit en een hoge update/mutatie-frequentie. Dit legt een zware druk op beheerders, met de traditioneel handmatige wijze van omgevingsbeheer redden ze het dan ook niet meer.’
Maar er is volgens hem een oplossing. ‘Want het inrichten, uitrollen, updaten en beheren van Oracle Database- en Middleware-omgevingen is een taak die zoveel mogelijk geautomatiseerd kan en moet worden. Met provisioning tools kan de doorlooptijd van realisatie en mutatie verlaagd worden terwijl er een hogere kwaliteit en voorspelbaarheid is. Met provisioning tooling kan hier een enorme besparing en verhoging van kwaliteit worden bereikt. Vroeger duurde de uitrol soms wel veertig dagen, tegenwoordig moet dit al in twee uur mogelijk zijn. De toekomst van it-beheer ligt in provisioning.’
Single sign-on
Volgens John Verwaaijen, country manager bij Magic Software Benelux, ligt bij bedrijfs-it de focus van oorsprong vrijwel helemaal op de (backoffice)-systemen en technologie. ‘Het lijkt erop dat dit eindelijk gaat veranderen. It verruilt aarzelend zijn technische kokervisie voor een bredere aanpak die primair is gericht op de businessgebruiker. Alles wat met techniek te maken heeft, blijft daarbij uit het zicht van de gebruikers.’
Single sign-on moet er volgens hem voor zorgen dat de gebruiker bij verschillende applicaties niet telkens opnieuw hoeft in te loggen. ‘Saaie en onpraktische interfaces worden intuïtiever en praktischer. De gebruiker hoeft minder vaak verschillende applicaties handmatig te synchroniseren of te integreren. It-afdelingen zijn op weg de gebruiker een keuzepalet aan functionaliteiten aan te bieden, die intuïtief en dus eenvoudig te gebruiken zijn, op de desktop, tablet of smartphone. Net als in hun privéwereld.’
User centric computing
Er ontwikkelen zich momenteel nieuwe standaarden op het gebied van publicatie van gegevens op internet of op een intranet. Dit maakt het volgens Joep Creusen, solution architect bij Ordina, mogelijk om de ontwikkeling van gebruikersfunctionaliteit volledig los te koppelen van het beheer van de daarbij gebruikte gegevens. ‘Snel en goedkoop kunnen gebruikersvriendelijke (web-)apps worden gemaakt die bestaande gegevens van organisaties ontsluiten. Voor nieuwe wensen kunnen nieuwe apps worden geregeld. Zo voorkom je dure datamigratietrajecten.’
Dit alles kun je volgens Creusen user centric computing noemen en is volgens hem een volgend it-inrichtingsparadigma na system centric computing, zoals mainframes, silo-systemen en ‘alt-tab’-architecturen, en enterprise centric computing, zoals eai, soa, esb en bpm. ‘User centric computing raakt consumerization en byod en kent dezelfde uitdagingen op het gebied van device management. Door user centric computing wordt data weer first class citizen in it. Door implementatiespecifieke tabelstructuren van pakketsoftware stond direct koppelen van gegevens jarenlang gelijk aan een spaghetti-architectuur. Nu wordt het, meer nog dan bedrijfsprocessen en services, de kern van flexibele systeemontwikkeling.’
Digitalisering
Digitalisering wordt volgen Simon Kornblum, manager bij Intradata, de komende tijd massaal omarmt. ‘Nederland loopt in vergelijking tot de ons omringende landen ver vooruit in het gebruik van internet. Wij hebben een internetadoptie van 98 procent, ongeacht leeftijd en opleiding. Daarbij hebben inmiddels zo’n 60 tot 70 procent van de Nederlanders een smartphone of tablet waar ze het liefst alles mee willen doen. We vertrouwen het internet en het is niet meer weg te denken uit ons dagelijkse doen en laten. Was het tot enkele jaren terug nog heel spannend om online een banktransactie te doen, nu is dit een handeling van alledag.’
Ook de overheid voert volgens Kornblum een proactieve beleid als het gaat om digitaliseren. ‘Zo is het al sinds 2010 toegestaan een digitaal document te voorzien van digitale ondertekening in plaats op papier met een handgeschreven handtekening. Papier is daarmee geen vereiste meer en biedt ontzettend veel voordelen. Zo heeft Minister Plasterk aangekondigd te streven naar een papiervrije overheid per 2017. Men ziet dus blijkbaar wel in dat digitaal leidend is geworden. Lagere kosten, hogere effectiviteit, hoge duurzaamheid en hogere efficiency zijn maar een paar elementen die de drijvende krachten vormen achter deze innovatiegolf.’
Met de uitzondering van DevOps zijn alle andere termen echt al tien jaar standaard, om al helemaal niet te spreken over innovatief.
Quote: “In zo’n geval is refactoring noodzakelijk, meent Seveke. ‘Dit betekent het herbouwen van de applicatie naar moderne en open standaarden.”
Dit is een veel voorkomend misverstand, refactoring is dus niet het herbouwen van applicaties, maar het continue verbeteren van het design van de code gedurende de hele development cyclus.
Herbouwen doe je dus als er helemaal geen gebruik gemaakt is van refactoring en er een puinhoop ontstaan is die niet meer te redden is.