Netapp is al enige tijd bezig met Project Shift, een tool waarmee het mogelijk is om virtuele machines van de ene naar de andere hypervisor te verplaatsen.
Dat is mogelijk door een tool op het besturingssysteem van de opslagapparaat dat VMware’s vmdk virtuele diskformaat converteert naar het formaat voor Microsofts vhdx. Daarnaast maakt Project Shift gebruik van een andere tool (snapshotting) om te verwijzen naar recente snapshots van virtuele disken voordat een virtuele machine wordt overgezet naar een tweede hypervisor. Dat overzetten gebeurt door bepaalde blokken in de virtual disk file te wijzigen, zodat hij kan worden opgenomen door de tweede hypervisor.
Onze experts van het virtualisatietopic leggen uit wat deze ontwikkeling betekent voor de markt en welke voor- en nadelen een multi-hypervisor-strategie biedt.
Huib Klaassens, regional director data center, Westcon
‘Ik vind dit een goede ontwikkeling. Laten we eerlijk zijn: VMware is de leverancier die servervirtualisatie op de markt heeft gezet en groot heeft gemaakt, maar met de groeiende markt zijn er meerdere oplossingen op de markt gekomen. Vandaag de dag bieden de verschillende oplossingen vergelijkbare functionaliteit. Dan komt ook prijsvergelijking om de hoek kijken en op dat moment wil je de flexibiliteit om van de ene servervirtualisatieleverancier naar de andere over te kunnen stappen. Een open benadering voor servervirtualisatie juich ik dan ook van harte toe, want het levert gebruikers een keuzemogelijkheid.
Ik zie meer en meer organisaties kiezen voor een multi-hypervisor-strategie, de keuzevrijheid is fantastisch en biedt mogelijkheden om de infrastructuur op een nog hoger platform te optimaliseren. Denk bijvoorbeeld aan Cisco’s Application Centric Infrastructure (ACI) die optimalisaties voor applicaties realiseert en alle gangbare hypervisors ondersteunt.
Een open hypervisormarkt zorgt uiteindelijk voor lagere licentieprijzen en een hogere graad van servervirtualisatie-adoptie. Multi-hypervisor-infrastructuur is straks de standaard en de pijlen zullen meer gericht worden op de volgende lagen in de software defined datacenter aanpak.’
Jan Heijdra, strategic product sales specialist, Cisco
‘Veel klanten draaien al jaren op VMware. Deze Netapp-tool kan klanten helpen om eenvoudig over te stappen naar een goed (soms zelfs gratis) alternatief hypervisorplatform. De drempel om over te stappen op een andere hypervisorleverancier wordt veel lager. Veel organisaties zien de meerwaarde van andere leveranciers, maar stappen niet over, omdat ze op zien tegen het migratietraject van vele honderden virtuele machines. Project Shift zal het leven van systeembeheerders een stuk eenvoudiger maken. Voorheen moest je virtuele machine voor virtuele machine verhuizen, maar met de Netapp-tool kan dat in een volledig geautomatiseerde omgeving plaatsvinden. Dat betekent dat deze ontwikkeling een grote impact heeft op VMware, omdat zij hun marktaandeel terug zullen zien lopen en druk op zoek zijn naar nieuwe gebieden in de markt. De winnaars in deze zijn Microsoft en Red Hat.’
Ron Evers, senior manager, Accenture
‘Het switchen van hypervisor is niet echt nieuw. In 2010 was er al een product beschikbaar als Cloudswitch dat vergelijkbare functies biedt, inclusief de mogelijkheid om virtuele machines naar de public cloud en terug te migreren. Interne it-organisaties zouden zich bij voorkeur moeten richten op standaardisatie van de technologie-stack en dus ook maar één hypervisor. De kosten zitten met name in het opbouwen van kennis in de organisatie. Dus hoe minder technologieën, hoe lager de tco. De mogelijkheid om eenvoudig (tijdelijke) capaciteit te kunnen benutten door middel van externe cloudproviders voegt hierbij meer toe omdat dit flexibiliteit tegen pay-per-use levert en hiermeee de interne dienstverlening significant kan verbeteren (sneller leveren tegen lagere kosten) zonder hoge voorinvesteringen.’
Gerald van Grootheest, zelfstandig it-consultant, Innecto
‘Een besturingssysteem is meestal niet ontworpen om te draaien op een hypervisor en gebruikt daarom een aantal programma’s en drivers om optimaal te profiteren van de onderliggende hypervisor. Met deze tools kan de virtuele machine wel 200 procent sneller zijn. Door te switchen van hypervisor zie ik een risico in het verwijderen van de leveranciergebonden tools, hardwaredrivers en de implementatie van andere tools. Dat zou ik als systeembeheerder nauwkeurig willen monitoren bij het overzetten.
Doordat wijzigen van hypervisor nu wel eenvoudig mogelijk is, kun je als systeembeheerder bijvoorbeeld snel je infrastructuur in de cloud zetten of overstappen op een andere (goedkopere) hypervisor in je eigen datacenter. Met alleen de tools ben je er niet, ook de randvoorwaarden zullen van tevoren goed moeten zijn ingevuld, zodat er geen afhankelijkheden in het ontwerp zitten. Dus een robuust ontwerp met de juiste uitgangsprincipes en beschrijving van afhankelijkheden is zeer belangrijk.
Het verschil in licenties tussen de hypervisors van VMware en Microsoft is groot, maar ook prijzen tussen IaaS cloudproviders kunnen enorm uiteenlopen. Goede tooling en er van tevoren goed over nadenken kan de onafhankelijkheid van de keuze enorm vergroten en een flexibele oplossing bieden voor opschalen of inkrimpen.’
Jerry Rozeman, cto datacenter solutions, PQR
‘Vooralsnog lijkt het erop dat een multi-hypervisor-strategie meer een gevolg is dan een bewuste keuze van organisaties. De strategische voordelen van zo’n beleid zijn (nog) niet echt duidelijk. De markt begint te kijken naar alternatieven, waarbij de grootste driver kostenbesparing is. Certificering van een omgeving ten behoeve van ondersteuning of licentiestructuur kan ook een reden zijn voor het voeren van een multi-hypervisor-beleid. En natuurlijk zien we ook dat bijvoorbeeld overnames leiden tot zo’n beleid.
Het gaat echter niet meer alleen om de hypervisor. Die is tegenwoordig nauw verbonden met een geheel ecosysteem aan applicaties. Een migratie van de hypervisor heeft direct impact op dit ecosysteem, wat vaak een omvangrijk en duur migratieproject tot gevolg heeft. Daarnaast zien we dat steeds meer functionaliteiten in de hypervisor worden gebouwd, waarvan bij een overstap naar een andere hypervisor afscheid moet worden genomen.
Project Shift is een mooie oplossing waarbij met een druk op de knop een image omgezet kan worden van het ene formaat naar het andere. Dat scheelt vooral tijd, aangezien traditionele tools een complexe en tijdrovende manier van migreren hanteren. Shift is vooral geschikt voor on premise migraties en in de toekomst voor bijvoorbeeld uitwijk naar de cloud. Maar Shift converteert alleen het formaat, meer niet. Registratie van vm’s of het verwijderen van tooling is geen onderdeel van Shift. Het houdt ook geen rekening met het omliggende ecosysteem van applicaties of specifieke hypervisorfunctionaliteit. Microsoft heeft daarom Project Shift gekoppeld aan hun Automation Toolkit MAT waarbij een hoop migratiezaken automatisch worden uitgevoerd. Op die manier wordt vooral de migratie van VMware naar Hyper-V eenvoudiger. De roadmap van Project Shift is evenwel veelbelovend. Zo belooft het een any-to-any migratie van alle bekende hypervisors. Ik ben vooral benieuwd of de functionaliteit van Project Shift beperkt blijft tot een toolkit of zal evolueren tot een commercieel product.’
Vraag me af of je via project MAT ook van Hyper-V naar VMware zou kunnen migreren. Microsoft kennende zal dat in de praktijk niet of moeilijker blijken te zijn als van VMware naar Hyper-V.
Wat mij opviel is dat niemand van deze experts eerst de vraag stelt, “wanneer ga je van hypervisor veranderen?” om vervolgens de waarde van deze oplossing te beoordelen!
Het antwoord op deze simpele vraag kan bepalen of deze oplossing van NetApp voor jouw bedrijf of situatie nut of toegevoegde waarde heeft of niet.
Situatie kunnen zijn:
1- Je bedrijf zit bij (cloud)leverancier A en je gaat naar (cloud)leverancier B verhuizen.
De vraag is, moet je bij dit (vernieuwings)traject de oude zooi meenemen of is het nu de tijd om de huidige diensten en vervuilde OS te vervangen door een schoon OS en dienst(op de nieuwe hypervisor)?
Voordeel van deze aanpak is dat je gefaseerd kan overgaan (geen Big-Bang)
2- Je beheert je eigen DC en je gaat van hypervisor veranderen:
Let op! Dit is een major change. Wat gebeurt er als je na een big bang migratie rare dingen in je virtuele dienst tegenkomt (bijvoorbeeld je mailomgeving) waarna je leverancier aangeeft “tja dit heb je met conversie van je virtuele machine!”
Of kies je toch voor een schone installatie en gefaseerde migratie?
3- In je OTAP omgeving, je hebt je OTA gebouwd op hypervisor A en P-omgeving op hypervisor B.
De vraag is of je goed en wijs bezig bent 🙂
Er zijn zeker nog andere situaties die ik niet benoemd heb.
Deze oplossing zou naar mijn mening wat nut hebben voor (cloud)leveranciers maar ik zie er persoonlijk geen nut in voor eind klanten.
Huib Klaassen ziet meer en meer bedrijven overschakelen op een multi-hypervisor strategie, met daarbij de opmerking dat de infrastructuur daardoor wordt geoptimaliseerd.
Stel:
Je hebt als bedrijf bedrijfsauto’s van het merk Opel. Een garage, monteurs, apparatuur en ecosysteem om de auto’s in bedrijf te houden.
Nu besluit het bedrijf dat het strategisch beter is om naar 2 merken te gaan, en ze gaan Ford ernaast voeren.
En waarachtig, het hele bedrijf werkt opeens een stuk efficiënter. Medewerkers kunnen kiezen tussen Opel en Ford en zijn een stuk gelukkiger. Door de concurrentie zijn de prijzen van de auto’s nog enkele procenten gedaald.
Het onderhoud en beheer van 2 merken is meer dan verdubbeld, maar dat kwam uit een ander budget:-), tellen we maar niet mee.
De analogie naar 2 hypervisor zal ik maar niet vermelden.
Willem,
Wat een stelling! Met 2 hypervisor raak je je ict diensten dus je bedrijf en werkprocessen. Lees situatie 2 (hierboven) dan zou je zien wat ik bedoel.
Met 2 automerken of dat soort voordelen raak je de beschikbaarheid van je bedrijfsprocessen niet. In jouw geval heb je ook niet met conversie van je product of diensten te maken. De twee merken zijn los van elkaar en jij als afnemer heb je er misschien maar voordeel aan.
Je voorbeeld komt dicht bij mijn punt als je de medewerker van je Ford garage moet inzetten bij Opel garage. Dan hebben we het over conversie van medewerkers(kennis)iets wat niet lekker gaat werken.