Over ict-buzzwords gesproken: Mobility is het nieuwe cloud. Iedereen heeft het er over, maar niet iedereen bedoeld hetzelfde. Of weet wat er bedoeld wordt. We willen allemaal onze organisatie mobiel maken. Maar wat is dat nu precies en waar moeten we op letten? Ik probeer daar in onderstaand artikel mijn visie op te geven.
Wanneer we een organisatie mobiel maken betekent dit in de regel dat we de organisatie niet mobiel maken. We zorgen er juist voor dat de ict-voorzieningen van de organisatie gecentraliseerd worden en dat de werknemers van de organisatie mobiel worden. De medewerkers kunnen de ict-middelen altijd en overal gebruiken en dus mobiel werken. Dit is helemaal niet nieuw of bijzonder. Dit deden we meer dan tien jaar geleden ook al. Herinnert u zich Citrix WinFrame nog? Hiermee was het in 1995 al mogelijk om applicaties en desktops vanaf iedere locatie te gebruiken. Indien je over een modem of huurlijn beschikte tenminste. Wat er de laatste jaren wel nieuw is, is dat de gebruikerservaring beter is geworden, dat toegang laagdrempeliger én veiliger is geworden en dat we meer met mobiele apparaten werken.
Mobility-trajecten
Wat betekenen deze punten nou voor ‘Mobility-trajecten’? De eindgebruiker stelt aan de mobiele werkplek dezelfde hoge eisen als aan de vaste werkplek. Dit betekent dat dezelfde applicaties die ‘binnen’ gebruikt worden ook mobiel gebruikt moeten kunnen worden. Hier spelen vooral de grafische en multimediale applicaties een belangrijke rol. Waar we in 1995 niet te snel konden typen omdat dat grafisch te belastend was, willen we nu ook 3D-, cad- en hd-video-applicaties kunnen gebruiken.
Daarnaast is veiligheid een belangrijk aandachtspunt geworden. In 1995 gebruikten we onze eigen lijnen om te verbinden naar onze applicaties en data. Nu verbinden we over publieke netwerken naar onze gevoelige data. Dat is een groot verschil en dit betekent dat beveiliging het belangrijkste aandachtspunt in Mobility-trajecten is.
Het gebruik van allerlei apparaten om te verbinden naar onze applicatie en data is zeker beheerstechnisch een uitdaging. Waar we in 1995 een ‘pc van de zaak’ gebruikten om te verbinden, willen we nu hetzelfde, en meer, vanaf onze eigen telefoon of tablet. En dat in een meer beveiligde context. Dat is nogal wat.
Bij Mobility-trajecten is het eerst zaak na te denken over functies. Dit is dus niet anders dan andere trajecten. Wat wel anders is, is dat de functies sterk gebonden zijn aan wat de gebruiker wil. De gebruiker bepaalt de functies en de centrale it dient hier in te voorzien. Dit klinkt misschien als de wereld op z’n kop, maar als gebruikers iets willen en het kan niet op ‘de normale’ manier, dan gaat het anderszins. Stel: het is een gebruiker niet toegestaan om data op te slaan op de laptop omdat dit onveilig is. Als de gebruiker toch offline wil werken, dan gaat de gebruiker waarschijnlijk de data mailen of op een usb-stick kopiëren.
Op deze wijze wordt er een oncontroleerbare ‘schaduw it’ gecreëerd. Dit is onwenselijk. Het is beter er voor te zorgen dat de gebruiker op een veilige, gecontroleerde manier over de data kan beschikken wanneer gewenst. Dit binnen de eisen die de organisatie stelt. Veel eisen en wensen hebben een bedrijfsbrede impact. Mobility wordt vaak gekoppeld met byo of ‘het nieuwe werken’. En dit heeft voor ict overstijgende consequenties. En dat is waar het vaak mis gaat.
Niet denken vanuit de techniek
We zien nog steeds dat veel ict-ontwikkelingen in de organisatie door de ict-afdeling aangedreven worden. Er wordt te vaak vanuit de techniek gedacht. Zeker in eerste instantie. Een ict-beheerder wordt enthousiast over een bepaalde tool of applicatie en wil deze in de organisatie gaan gebruiken. Vaak is het zo dat de beheerder best goed in de gaten heeft wat er belangrijk is voor de organisatie, maar dat brede draagvlak en een goede implementatie ontbreekt. En dit maakt een bevredigend eindresultaat bijna onmogelijk.
Door de ict-afdeling wordt er bijvoorbeeld een prachtig platform uitgerold voor het beheer van mobiele apparaten, zonder dat dit is ingebed in de organisatie. Dit resulteert in muitende eindgebruikers die niet willen dat er ‘zomaar’ bepaalde policies op hun privé telefoon worden losgelaten. De gebruiker gaat vervolgens weer op zoek naar manieren om buiten de gereguleerde ict te werken, en er ontstaat weer een nieuwe schaduw ict-omgeving.
Pas wanneer alle onderdelen van de organisatie betrokken worden bij het bepalen van de functies en de manier waarop deze worden uitgevoerd is er kans op een succesvolle implementatie.
@redactie: dank 😉
@reza:. Ik vind het leuk om de discussie te starten en daar naar vermogen inhoud aan te geven. Ik vind het fantastisch om steeds weer te zien hoe de inhoud door al jullie reacties uitgebreid wordt.
Keep ‘m coming!
@ Remco Nijkamp
even los van het gegeven of de eindgebruiker de klant, een klant of gebruiker is, ontkom je feitelijk niet aan twee zaken.
De klant opvoeden hoe je met IT om moet gaan, gewoon omdat de wetmatigheden van IT zich niet laten aanpassen naar de ‘menselijke dynamiek’, en in tweede bevinden de ‘bekende bottlenecks’ zich vrijwel altijd in de technische kant van het verhaal.
Eens dat het een nuance zou betreffen waar vandaan je het zou willen insteken techniek/human je ontkomt soms niet helemaal aan het kip ei situatie.
En…. met je eens dat we nog steeds zien dat de IT manager na jaren een ding nog niet onder de knie heeft…. de vertaalslag maken van IT naar non IT. (The beginning of all evil….) ;O)
@Numoquest
komt mi grotendeels neer op goede communicatie. dat blijft lastig. Als ik het over ‘een desktop’ heb dan heb ik daar een heel ander beeld bij dan een ‘non-technische eindgebruiker’. en een andere eindgebruiker heeft daar weer een ander beeld bij. Ik zie dat veel problemen in allerlei veranderingstrajecten ontstaan door het niet begrijpen van elkaar of interpretatie verschillen.