De Ondernemingskamer in Amsterdam heeft de ondernemingsraad van IBM Global Business Services (GBS) in het gelijk gesteld. De or had positief geadviseerd over een plan van IBM om een lokaal servicecentrum in te richten waar jonge ict'ers tijdelijk aan het werk gezet worden. Daarna bleek echter dat het lokale management van IBM GBS toch geen pensioenvoorziening voor deze personeelsleden wilde treffen. De or klaagde bij de Ondernemingskamer dat zij daarover niet opnieuw om advies was gevraagd. Een terechte klacht, luidt het oordeel, omdat hiermee op onaanvaardbare wijze afbreuk is gedaan aan het recht op medezeggenschap.
De Ondernemingskamer verbiedt IBM Nederland dan ook het huidige besluit over de arbeidsvoorwaarden van de servicecentrum-werknemers door te voeren. Het management van IBM GBS zal zijn huiswerk over moeten doen en de or netjes om advies moeten vragen. IBM had als verweer gesteld dat de pensioenvoorziening als onderwerp maar zijdelings in het adviestraject aan de orde was gekomen, maar dat vonden de dienstdoende rechters nergens uit blijken.
Te weinig doorstroming
Begin dit jaar diende IBM bij de ondernemingsraad van GBS een conceptadviesaanvraag in met betrekking tot het project Vilis. Het doel hiervan is het aanpassen van het wereldwijde aflevermodel middels het inrichten van zogeheten Domestic Delivery Centers (DDC’s). Dat zijn lokale servicecentra, bemand door jonge, goedkope krachten, die de lokale GBS-organisatie ondersteunen.
Volgens IBM kenmerkt de GBS-divisie zich door hoge kosten, vooral als gevolg van een te geringe doorstroming in de organisatie. Door samen te werken met zo’n DDC kan IBM klanten lokaal een goedkopere dienstverlening aanbieden, is de gedachte erachter. IBM streeft naar een kostenstructuur die bij een DDC 40 procent lager ligt dan het IBM GBS-gemiddelde.
IBM wil in Nederland ook met een DDC, als zelfstandige juridische entiteit, aan de slag. Het management van IBM GBS meldde dat personeel in hoofdzaak wordt geworven onder starters op de arbeidsmarkt. Die krijgen een kort dienstverband van maximaal drie jaar aangeboden en kunnen ook ervaring opdoen. Qua arbeidsvoorwaardenpakket kijkt IBM – dus niet ‘past toe’- naar het niveau van het pakket van de ICK CAO, luidde de boodschap.
Toch geen pensioen
Begin april diende IBM een definitieve adviesvraag in. Een van de vragen die de or daarna stelde, was hoe het zat met de pensioenregeling: ‘Vallen onder dit begrip ‘Ouderdomspensioen, Nabestaandenpensioen en Invaliditeitspensioen?’ IBM meldde hierop ‘ja’. De ondernemingsraad gaf uiteindelijk een positief advies. Op 17 mei 2013 berichtte IBM aan de or dat het project Vilis doorging.
Na overleg met de afdeling personeelszaken besloot IBM eind mei geen pensioentoezegging te doen aan de DCC-medewerkers. De or kreeg hier pas medio juni weet van. Op 25 juni liet het management aan de ondernemingsraad weten dat het afzien van een pensioenvoorziening een besparing van 180.000 tot 250.000 euro op jaarbasis oplevert, uitgaande van een organisatie van 350 medewerkers. In plaats daarvan krijgen de DCC-medewerkers een (iets) hoger nettoloon dan oorspronkelijk was beoogd.
OR niet blij
De or was ‘not amused’ en stelde dat haar positief advies mede was gebaseerd op de aanname dat er een fatsoenlijke pensioenvoorziening zou worden geregeld. Nadat het management samen met personeelszaken had besloten dat er toch geen pensioenregeling voor de DCC-medewerkers zou komen, had er opnieuw een adviesaanvraag moeten worden ingediend, vond de or.
IBM stond echter op het standpunt dat het pensioen geen onderdeel uitmaakte van de adviesaanvraag en dat mededelingen hierover slechts een informatief karakter hadden. De or stapte uiteindelijk naar de ondernemingskamer, waar medio oktober de partijen tegenover elkaar stonden.
Gespannen relatie
Saillant detail: een jaar daarvoor, in oktober 2012, stonden een ondernemingsraad en het management van IBM ook al tegenover elkaar in de Ondernemingskamer. Daarbij ging het om de or van IBM Global Technology Services (GTS). Die vond dat zij onvoldoende was geïnformeerd over de onderbouwing van een reorganisatie en achtte het ontbreken van een sociaal plan in strijd met de Wet op de ondernemingsraden (WOR), in het bijzonder artikel 25, lid 3. De ondernemingskamer stelde IBM toen in het gelijk.
Huug Brinkers, bestuurder ICT bij de vakbond De Unie, noemt het typerend voor de moeizame relatie tussen de ondernemingsraden en IBM dat dit soort zaken bij de Ondernemingskamer moeten worden uitgevochten. Hij is blij met de uitspraak van de rechter. ‘Als vakorganisatie vinden wij dat iedereen bij een gerespecteerd bedrijf als IBM in aanmerking moet komen voor een pensioenregeling. Bij welk onderdeel of op welke afdeling je ook werkt. Onderscheid in arbeidsvoorwaarden kan mogelijk zijn, maar om pensioen helemaal buiten beschouwing te laten vind ik niet gepast! ‘