Je hoort het mensen dagelijks roepen: ‘dat staat in de cloud!’ Wat ze dan natuurlijk bedoelen – al beseffen ze dat meestal niet – is: dat bevindt zich in een of ander datacenter. Het datacenter van een SaaS-leverancier bijvoorbeeld, of desnoods het datacenter van het bedrijf waar ze zelf werkzaam zijn. Ze bevinden zich dus met hun hoofd in de wolken, maar met hun voeten staan ze in het datacenter op de grond.
Clouddienstverlening staat en valt met betrouwbare en snelle internet verbindingen, gegarandeerde en solide stroomvoorzieningen, en goed en energie-efficiënt gekoelde ruimtes, die ook nog eens fysiek adequaat beveiligd en brandwerend zijn. Eenieder die een cloudinfrastructuur wil exploiteren, zal dus eerst óf die facilitaire voorzieningen zelf moeten bouwen (alleen voor grote kapitaalkrachtige organisaties weggelegd), óf op zoek moeten naar een betrouwbare specialist die dat al voor hem heeft gedaan.
Het gros van de partijen die clouddiensten willen leveren, zal dus in eerste instantie op zoek moeten naar een professionele colocatie-leverancier. Een leverancier die precies die ondersteuning en sla’s kan bieden, die hij nodig heeft om aan de vereiste serviceniveaus van zijn eigen klanten te kunnen voldoen. Waar op te letten in dat zoekproces?
Allereerst: kijk naar de flexibiliteit die geboden wordt. ‘Carrier-neutraal’ is daarbij het sleutelwoord. Een carrier-neutrale colocatie verschaft de cloudleverancier een ruime keus aan carriers. Dat is gunstig voor de sla’s die hij kan bieden en verhoogt zijn prestaties in latency-gevoelige omgevingen.
Challenge en beoordeel het kwaliteitsniveau van het operationeel management van het datacenter. Er worden geen ‘slechte’ datacenters meer gebouwd, maar er is een wereld van verschil in hoe de datacenters gemanaged worden. Is er een strikt beleid ten aanzien van onderhoud, ondersteund met procedures om impact op de operatie te voorkomen? Is er bereidheid om te investeren in vervanging van verouderde infrastructuur? Is security meer dan een mannetje achter de balie en weet men écht wat er omgaat in en rond het datacenter?, et cetera, et cetera.
Kijk verder naar het niveau van de energie-efficiëntie dat wordt gehaald en hoe duurzaam de bronnen zijn waaruit het betreffende datacenter zijn energie betrekt. En ‘last but not least’: let op de schaalbaarheid die geboden wordt, want in een groeimarkt als cloud is beschikbaarheid van capaciteit om uit te kunnen breiden essentieel!
Voor wie is dit artikel bedoeld? Voor bedrijven die cloud provider willen worden?
In mijn ogen is dit nog echt cloud 1.0 denken om het populair te schrijven.
De lat wordt gelegd door Amazon, Google en Microsoft met hun cloud diensten, zij zijn de lat waartegen de rest moet worden aangelegd.
energie-efficiëntie en dergelijke zijn alleen interessant voor als je cloud provider wil worden of wat ijzer bij een datacenter onder wil brengen.
Een goed datacenter zou je niet moeten kunnen bezoeken (als onderdeel van de certificering).
Disclaimer: Ik propageer het gebruik van grote cloud dienstverleners en ik ben niet de doelgroep van dit artikel. Maar buiten dat vind ik dit een erg open deuren gehalte hebben.
@Henri
Als eerste betreffende je opmerking: “Een goed datacenter zou je niet moeten kunnen bezoeken (als onderdeel van de certificering)” wil ik je herinneren aan wat je zei tijdens expert panel een jaar geleden, vertrouwen is goed maar controle is beter.
Ik vermoed dat er heel wat klanten van Nirvanix, sommigen met meer dan een petabyte aan opslag zich nog eens achter de oren krabben. Je moet dus een flinke connectie hebben om dat in 2 weken te migreren. En natuurlijk bepalen olifanten als Google, Amazon of Microsoft hier de maat maar soms lopen ze ook gewoon uit de pas waardoor een kleinere speler beter past.
Nu is het wel jammer dat dit verhaal vooral over colocatie gaat en ik ben dus vooral benieuwd of de 3 testlabs nog gebruikt worden en welke ervaringen daaruit komen:
1. Amsterdam -> Microsoft’s DDC toolkit.
2. Londen -> Flexiant’s Extility.
3. Frankfurt -> Eucalyptus.
Want zoals jij altijd de olifanten propageert roep ik dat hybride de oplossing is, al was het maar voor de exit strategie.
Ewout, controle. Right. En hoe voer je die controle uit? Met een bezoek op locatie? Zoals je weet kijk je bij de grote jongens naar zeecontainers. Hoe minder je mensen in een datacenter lopen hoe beter.
IJzer is zo 2010 🙂
Henri,
Het bezit van ijzer is een juridisch detail maar ook in de cloud heb je het nodig, zonder resources doen al die mooie applicaties het namelijk niet. Betreffende controle had je trouwens zelf een link naar Cloudcontrols onder mijn laatste opinie gezet waar uitgegaan wordt van verifieren en niet alles maar aannemen maar ik weet het, je heilige 3-eenheid…..
Nu kunnen sommige organisaties geen afscheid nemen van hun ijzer om allerlei redenen waardoor colocatie, het basale IaaS model van rackspace met stroom en netwerk nog niet eens zo gek is. En voordat je begint over ‘cloud washing’ en schaalbaarheid bedenk even dat ambities soms groter zijn dan budget en verstand. Zo hadden we ooit een credit card company die ook inzette op schaalbaarheid maar toen we workload vastgesteld hadden en geinterpoleerd bleek dat ze driemaal wereldwijde transacties wilden doen. Ze waren een lokale speler met een marktaandeel van 10% en mondiaal haalden ze nog geen 1% dus konden we die ambities downsizen en bespaarden ze miljoenen.
Betreffende capaciteitsmanagement – de efficiente inzet van resources – heb ik trouwens nog wel enige vraagtekens aangaande de grote 3. Je weet wat ze zeggen over Amerikanen, als ieder land zo leefde hadden we nog zes planeten nodig.
Maar zou het niet mooi zijn als auteur ook eens reageerde, bijvoorbeeld op mijn vraag hoe het zit met genoemde testlabs?
Ewout, ik heb al teveel dit topic gekaapt. Je moet het juiste controleren. Daarnaast gebruik je wederom redenaties waar ik allergisch van word: “heb ik trouwens nog wel enige vraagtekens aangaande de grote 3. Je weet wat ze zeggen over Amerikanen, als ieder land zo leefde hadden we nog zes planeten nodig. ” Dit is werkelijk niet relevant, slaat niet op cloud computing. Dat staat los van andere dingen die je schrijft waaruit blijkt dat je meer dan ervaren bent, scherp, inzicht hebt, et cetera. Die argumenten zijn sterk zat, dus dan hoef je er niet allemaal dingen bij te slepen. En wat betreft het stelen van data… als je er echt zo over denkt en tegen bent, waarom heb jij dan een smartphone met allemaal apps?
Terug on-topic:
“Je hoort het mensen dagelijks roepen: ‘dat staat in de cloud!’ Wat ze dan natuurlijk bedoelen – al beseffen ze dat meestal niet – is: dat bevindt zich in een of ander datacenter.”
Grappig genoeg gebruik ik bijna dezelfde uitspraak (als mensen zeggen ‘dat staat in de cloud’, alleen zeg ik daarna, ze bedoelen dat ze het ergens via een dienst op het internet opslaan. Want ja, de meeste data niet op jouw computer staan vaak in datacentra, let vooral op de meervoud. Vaak staat je data niet in één, maar in meerdere centra en regelmatig ook nog van meerdere partijen.
Als we echt over cloud computing praten is het praten over een datacentrum al te detaillistisch.
Ik vind het wel verhelderend dat Michel dit eens over het voetlicht brengt. Want ik denk ook zeker dat SaaS voor heel veel toepassingen vanuit een relatief klein datacenter kan worden geboden. Veel toepassingen zijn voor het MKB of organisaties van die grootte nogal specifiek of regio-gebonden, denk maar eens aan taal.
Cloud denken beperkt zich niet tot infrastructuur halen bij de grote supermarkten Amazon en Google…
@Henri
Het is altijd grappig om met jouw in discussie te gaan, je leest dingen die ik niet schrijf. Ik heb in mijn reacties onder dit artikel niks gezegd over stelen van data. Wat ik wel zeg is dat – en dat refereert weer aan artikel – een stukje capaciteitsmanagement in de cloud mis. Dat jij je niet druk maakt om achterliggende business model liet je al merken bij mijn voorgaande opinie want ik vermoed dat het voor providers zoals Microsoft, Google en Amazon niet rendabel is om te sturen op consuminderen:
http://www.extremetech.com/extreme/161772-microsoft-now-has-one-million-servers-less-than-google-but-more-than-amazon-says-ballmer
P.S.
Betreffende die smartphone en apps moet ik nog weleens mail uit 36 applicaties consolideren;-)