De laatste tijd horen we steeds vaker van Neelie Kroes dat ze in 2014 één Europese digitale markt wil hebben. De meest merkbare tekenen hiervoor zijn dat de roamingtarieven de afgelopen jaren behoorlijk aan het dalen zijn. Voor zowel de zakelijke als individuele gebruikers bijzonder interessant, maar hoe interessant is deze ontwikkeling voor de telecom providers. Moeten zij blij zijn met deze ontwikkeling of betekent deze ontwikkeling de nekslag
Kroes heeft geconstateerd dat binnen Europa geopereerd wordt op 28 verschillende markten. Binnen die markten zijn diverse providers actief en is er geen één die in alle markten vertegenwoordigd is. Dit zorgt ervoor dat indertijd roamingtarieven zijn ingesteld waarbij de provider zelf het tarief kon bepalen. De kopzorg van menig beller, omdat in het verleden vaak door weinig inzicht te hebben in de kosten die roaming met zich meebracht, behoorlijk hoge rekeningen gepresenteerd werden aan de eindgebruiker.
De afgelopen jaren is onder wetgeving vanuit de Europese commissie hier een halt aan geroepen. Nu gaat de commissie de laatste stap in dit proces nemen: Kroes wil dat in juli volgend jaar alle Europese telecom aanbieders een zogenaamd ‘Europa-Pakket’ gaan aanbieden. Hiermee moet het mogelijk worden om grensoverschrijdend bellen mogelijk te maken zonder met roaming kosten geconfronteerd te worden. Voor dit ‘Europa-Pakket’ worden dan wel extra kosten berekend, maar die vallen naar verwachting lager uit dan wat men kwijt zou zijn geweest als van roaming gebruik gemaakt zou worden.
Indien een telecombedrijf niet aan de voorwaarden kan voldoen, wordt het verplicht een (sms) bericht naar de gebruiker te sturen zodra deze de grens overgaat met de mededeling dat de provider niet goedkoop internet kan aanbieden en daarbij een overzicht biedt van lokale netwerkbedrijven die dit wel kunnen, met behoud van het eigen telefoonnummer(!). Leiders van grotere telecombedrijven hebben laten weten dat ook zij zich realiseren dat roaming weliswaar geld opleverde, maar dat ook zij baat hebben bij een Europese’ één gemaakte’ markt.
Kroes heeft in de persconferentie in Brussel op 12 september aangegeven dat het creëren van een ‘European single digital market’ niet alleen over telecom, roaming en tarieven gaat. Uiteindelijk gaat het volgens haar om een sterke, gecombineerde Europese markt die niet afhankelijk hoeft te zijn van andere intercontinentale cloud aanbieders en waarbij de banen in Europa gecreëerd worden. Deze ontwikkeling moet de Europese economie een boost geven. Daarnaast heeft de commissie aangegeven de t6elecombedrijven hiermee te willen helpen door middel van vereenvoudigde regelgeving. Uiteindelijk moeten we ons ook realiseren dat deze regelgeving uitsluitend geldt voor leden van de Europese Unie. Daarbuiten zullen waarschijnlijk weinig veranderingen plaatsvinden.
De hordes die voor deze ‘één gemaakte’ markt genomen moeten worden, zijn geen eenvoudige. De infrastructuur van de landen binnen de Europese Unie zijn bijzonder verschillend en men moet maar afwachten welke kwaliteit internet men zal krijgen zodra de grens overgegaan wordt. Kroes wil dit tegengaan door voor te stellen om ‘netneutraliteit’ verplicht te stellen. Hiermee mogen verbindingen niet afgeknepen worden, afhankelijk van de dienst die men gebruikt. Dit kan echter niet verhullen dat de infrastructuur en de dekking van die infrastructuur per land enorm verschillend is. Zonder investeringen vanuit de telecom-sector zal men dit niet snel op kunnen lossen. De commissie spreekt weliswaar over een pakket van maatregelen om de ontwikkelingen te steunen, maar nergens wordt gemeld of de commissie ook de bereidheid heeft om de portemonnee te trekken of dat men dit aan de providers en/of lokale overheden overlaat.
De telecom operators staan met deze ontwikkelingen voor de uitdaging hun verdienmodellen op de schop te doen. Alle providers zullen hun netwerken open moeten stellen voor anderen en de gehele sector zal afspraken met elkaar moeten maken. Voor de grotere providers kan dit inhouden dat zij de regels kunnen opstellen waar de kleinere zich maar aan hebben te houden. Hoe die inspraak voor met name de kleinere, regionale providers geregeld moet worden, is nog nergens besproken. Daarnaast, als ‘netneutraliteit’ en de ‘ééngemaakte’ Europese telecommarkt in 2014 doorgang vinden, zullen we als Europese eindgebruikers geconfronteerd worden met nieuwe diensten, andere pakketten en vooral ook, andere prijzen.
Het zal een zegen zijn voor de grote telecomspelers en een vloek voor de kleinere en de klanten. Het aanbod voor klanten zal verschralen en de prijzen zullen door gebrek aan concurrentie op lange termijn hoger uitpakken.
Dit staat natuurlijk pal tegenover de argumentatie waarom deze veranderingen doorgevoerd zou moeten worden. Maar het zal niet de eerste keer zijn dat dit soort plannen het tegenovergestelde resultaat opleveren.
Een markt zonder belemmeringen en dus ook voor telecom is prima. Logisch dat providers gaan schuiven met tarieven om rendabel te zijn en te blijven. Het is alleen jammer dat de EU zich drukt maakt om de providers. Er is nog een andere markt die ook een belangrijk aandeel kan hebben in de communicatie, en dat is bijvoorbeeld Wi-Fi, en vergelijkbare mogelijkheden. In het frequentie spectrum hebben dat soort technieken ruimte nodig. De huidige ruimte die er beschikbaar is in dus vrije frequentiebanden is al jaren en jaren gelden vastgesteld. Er is daarna vrijwel niets bijgekomen. Wel hebben de providers continue meer frequentie spectrum ter beschikking gekregen.
Voor vele toepassingen is Wi-Fi echter een directe concurrent van de provider.