Een groot deel van de gemeenten (88 procent) is druk op zoek naar samenwerkingspartners voor de ict-inrichting van de decentralisatieplannen binnen het sociale domein. Dat blijkt uit onderzoek van SIMgroep, e-dienstverlener voor gemeenten, waarin 57 gemeenten zijn ondervraagd over hun voorbereidingen op de komende decentralisaties.
Op het brede terrein van jeugdzorg, werk en zorg aan langdurig zieken en ouderen heeft het kabinet gekozen voor decentralisatie van steeds meer taken en verantwoordelijkheden naar gemeenten. Gemeenten moeten zich, onder andere met samenwerkingsverbanden, voorbereiden op hun nieuwe rol. De inrichting van de nieuwe frontoffice is een taak waar veel gemeenten op dit moment mee bezig zijn.
Digitalisering decentralisatie
Een belangrijke reden waarom gemeenten elkaar opzoeken is om samen te beslissen wat slim is bij het oppakken van de digitalisering van de decentralisatie. Veel backoffices van gemeenten zijn reeds geclusterd, waardoor er mogelijkheden bestaan om ook de nieuwe ontwikkelingen gezamenlijk op te pakken.
Een goede optie is het opzetten van een regiosamenwerking op infrastructuur- of applicatieniveau. Het is bijvoorbeeld mogelijk om een digitaal klantcontactcentrum (kcc) of loket in te richten voor meerdere gemeenten, waarbij vraag- en zaakgericht samengewerkt kan worden. De eigen gemeentelijke identiteit en beleidsuitgangspunten kunnen hierbij behouden blijven.
Opzetten frontoffice
‘Het is goed om te zien dat veel gemeenten zich al aan het voorbereiden zijn om samen te werken als het om de decentralisatie van taken binnen het sociale domein gaat’, zegt SIMgroep-directeur Frank de Goede. ‘Vooral het inrichten van een frontoffice biedt veel mogelijkheden tot samenwerking. Ik merk dat veel gemeenten als een berg opzien tegen het opzetten van een frontoffice voor deze ontwikkelingen.’
De Goede meent echter dat door een slimme en praktische invulling en uitbreiding van de huidige informatievoorziening en e-dienstverlening dit een stap is die erg mee kan vallen voor gemeenten. ‘De basis die de meeste gemeenten hierbij al gelegd hebben, vormt namelijk een goed begin voor het opzetten van de frontoffice rondom de toptaken die uit de decentralisatie voortvloeien. Begin dus niet vanaf punt nul, maar breng goed in kaart wat er al is, voordat er nieuwe zaken opgestart gaan worden.’
Uit ervaring en beleving met gemeenten zal er nog heel veel ellende naar boven komen eer men tot een gezonde status quo zal komen om een aanvang met stappen te kunnen maken.
Sander stelt hier een aantal zaken aan de kaak die nog een ‘understatement’ zal blijken. Veel gemeenten worstelen nog steeds met een duidelijke structurering van de interne IT, laat staan dat er sprake zal zijn dat men op tijd klaar is voor de volgende ‘gtote stap’.
Men krijgt er taken bij en momenteel zijn er vele leveranciers die graag in willen stappen met een uurtje factuurtje verhaal. Onder de gemeenten zelf bestaat er nog steeds geen eenduidige consensus op het vlak van IT, inrichting en gehanteerde modellen of methodieken.
Hoe dat moet gebeuren? Dat zal van gemeente tot gemeente verschillen. Ik ken de verschillen tussen de ambtelijke diensten en IT van Amsterdam en Rotterdam alleen al en beiden hebben hun eigen dynamiek, persoonlijkheden en historie IT wise.
We kunnen uiteraard met elkaar wielen gaan bedenken, hoe groot die moeten zijn, hoeveel spaken die zouden moeten hebben en hoe groot de assen moeten zijn. Hebben we het nog steeds niet over schijf of trommelrem of lucht of massieve bandjes.
In andere woorden …..