De Zweedse Axiell Group heeft Adlib Information Systems uit Maarssen overgenomen. Dit is net als Axiell een leverancier van software voor musea, archieven en bibliotheken. De nieuwe combinatie beweert de grootste leverancier van software op dit terrein in Europa te zijn geworden. Naast een vestiging in Maarssen houdt Adlib kantoor in Berlijn en Swindon. In totaal werken er 35 mensen bij Adlib, waarvan een man of 25 in Nederland. Axiell telt ruim tweehonderd werknemers.
Axiell peilde op een goed moment of er bij Adlib belangstelling bestond voor een eventuele overname. ‘We waren al geruime tijd op zoek naar een geschikte partner om onze marktpositie en toekomst zeker te stellen: door de snelle technologische ontwikkelingen is schaalvergroting een noodzaak geworden om ook in de toekomst succesvol te kunnen blijven functioneren’, zegt Adlib-directeur Bert Degenhart Drenth. Met de directie van het Axiell klikte het bovendien: de Scandinavische en Nederlandse bedrijfsculturen zijn mensgericht en lijken op elkaar. ‘Dat was voor ons een belangrijk punt, zegt hij.
Rustig integreren
Volgens Degenhart Drenth verandert er voor de Adlib-klanten voorlopig weinig: de software is up-to-date en blijft in Maarssen ontwikkeld worden. Ook de klantenondersteuning blijft vanuit Maarssen functioneren. De directieleden van Adlib, naast Degenhart Drenth is dat Marijke van der Kwartel, blijven hun functies behouden en worden bovendien lid van het managementteam van de Zweedse groep. In 2014 zal Adlib Information Systems worden geïntegreerd met Axiell CALM, een onderdeel van de Axiell Group dat software en ict-diensten levert aan archieven en musea. Tegen die tijd zullen er ook gemeenschappelijke technische ontwikkelingen gaan plaatsvinden.
1600 nieuwe klanten
‘Het doel van onze acquisitie is schaalvergroting en groei’, zegt Joel Sommerfeldt, directeur van Axiell uit het Zweedse Lund. ‘Adlib Information Systems past daar precies in: we opereren in vergelijkbare markten, maar in andere geografische gebieden.’ Over de verkoopprijs zijn geen mededelingen gedaan. Wel stelt Sommerfeldt dat er met de overname van Adlib 1600 nieuwe klanten in dertig landen bij zijn gekomen.
Het bedrijf uit Maarssen, dat al ruim 25 jaar bestaat, is met name actief in Nederland, België, Duitsland, Verenigd Koninkrijk en Ierland. Adlib bedient klanten als het Rijksmuseum, Van Gogh Museum, Cern-instituut en British Film Institute. Degenhart Drenth: ‘Voor een relatief klein bedrijf opereren wij zeer internationaal. Dat zijn wij eigenlijk van begin af aan geweest. Anders hadden we geen bestaansrecht. Alleen voor een lokale markt werken is te beperkt. Wij zijn al vroeg begonnen met meertalige oplossingen en zijn bijvoorbeeld nu aan het kijken in de Arabische wereld.’
Geen interesse in niche
Adlib is in Nederland sinds 1986 actief. Toen maakte het deel uit van een Brits softwarebedrijf. De directie (Degenhart Drenth en Van der Kwartel) deed in 1990 een management buy-out, nadat de Britse moeder in handen was gekomen van Carlton Communications. Dat mediabedrijf had geen interesse in deze niche, vertelt Degenhart Drenth.
Hij schat in dat inmiddels 80 procent van de Nederlandse musea de software van Adlib voor collectiebeheer gebruikt. Daarnaast levert het bedrijf oplossingen aan archieven en speciale bibliotheken, zoals bij advocatenkantoren of gevangenissen. Opvallend genoeg levert Adlib nauwelijks software aan universitaire en openbare bibliotheken, waar softwarepartijen als OCLC (Pica) en Infor (Geac) actief zijn. ‘Dat zijn altijd gescheiden markten gebleven.’
‘Wij hebben sinds het begin alle technologische vernieuwingen overleefd: gestart met Prime-computers, daarna kwam Novell, vervolgens Windows en nu is onze software webgebaseerd. Ik geloof dat we wel vier keer opnieuw zijn begonnen. Door de aansluiting bij Axiell kunnen we weer een stap groter worden en de snelle technologische veranderingen opnieuw opvangen’, aldus Degenhart Drenth.