IBM introduceert het zEnterprise EC12-mainframe. Het ontwikkelen van deze superserver heeft drie jaar en één miljard dollar aan r&d gekost met als resultaat nieuwe technologie waardoor het System z nu betere mogelijkheden biedt op het gebied van security en analytics, het analyseren van grote hoeveelheden data om tot nieuwe inzichten te komen.
Mainframes vormen al 48 jaar de basis voor het verwerken van, vaak grote hoeveelheden, bedrijfskritische data. De explosieve groei van informatie zorgt ervoor dat bedrijven nieuwe manieren zoeken om cruciale informatie, zoals financiële informatie, klantinformatie en bedrijfsinformatie, te beveiligen en er tevens nieuwe inzichten uit halen. Met de nieuwe zEC12 kan efficiënt door grote hoeveelheden ruwe data worden gespit en de uitkomst wordt vertaald naar acties. Zo krijgt een gebruiker/leverancier die online zijn transacties beheert met behulp van zEC12 meer inzicht in klantinformatie en kan daarmee zijn klanten een persoonlijkere winkelervaring bieden.
IBM Poughkeepsie-lab
Bij het ontwikkelen van het nieuwe mainframe is IBM niet over een nacht ijs gegaan. Het systeem is heeft één miljard dollar aan research en ontwikkeling gekost en is in een tijdsbestek van drie jaar gebouwd in het IBM Poughkeepsie-lab in New York. Daarbij hebben zeventien andere IBM-lab's ondersteuning geboden en is een aantal topklanten om advies gevraagd.
De nieuwe zEnterprise EC12 biedt 25 procent meer vermogen per core en 50 procent meer totale capaciteit terwijl er dezelfde hoeveelheid energie wordt verbruikt als bij zijn voorganger, de zEnterprise 196. Een belangrijk kenmerk van de machine is volgens IBM de geautomatiseerde it-analytics, voor het analyseren en leren van interne systeemberichten om een actueel beeld te geven van het functioneren van het systeem.
Blue Gene/Q-based ‘Sequoia’-systeem
De virtualisatiemogelijkheden van de zEC12 maken het systeem geschikt voor de ondersteuning van private cloud-omgevingen. Klanten kunnen duizenden gedistribueerde Linux-systemen consolideren op de zEC12, waarmee operationele it-kosten worden verlaagd zoals energieverbruik, vloeroppervlak en softwarelicenties.
De vernieuwde interne solid state-technologie biedt verbeterde beschikbaarheid op momenten dat systeemactiviteit piekt, zoals tijdens de opening van financiële markten of voor het zware online verkeer van transacties in de retail tijdens vakantieperioden. De gebruikte geheugentechnologie is afkomstig van het Blue Gene/Q-based 'Sequoia'-systeem, de supercomputer die bij het Lawrence Livermore National Lab draait.