Nederlandse organisaties houden zich slechts in beperkte mate bezig de komst van het nieuwe internetprotocol IPv6. IPv6 is de opvolger van het huidige IPv4 en lost het tekort aan beschikbare ip-adressen in het huidige protocol op. 'Hoewel de laatste IP-adressen volgens IPv4 vorig jaar vergeven zijn en de overstap naar IPv6 onvermijdelijk is, zijn Nederlandse organisaties in zeer beperkte mate bezig met het nieuwe internetprotocol', zegt senior manager Sander Klous bij KPMG Advisory.
Uit onderzoek van KPMG en TNO onder Nederlandse bedrijven en overheidsinstellingen blijkt dat minder dan de helft van de onderzochte organisaties op dit moment voorbereidingen treft voor de invoering van het nieuwe internetprotocol. Slechts 15 procent geeft aan dat IPv6 zich op dit moment in een test- en acceptatiefase bevindt en niet meer dan 5 procent heeft het personeel inmiddels getraind op de komst van het nieuwe internet. Slechts 20 procent heeft inmiddels IPv6-adressen aangevraagd en de verbinding naar het internet geschikt gemaakt voor IPv6. Minder dan 5 procent blijkt de webpagina's van de organisatie al geschikt te hebben gemaakt voor het nieuwe internetprotocol.
Moment van invoeren
'Organisaties en eindgebruikers zullen in toenemende mate worden geconfronteerd met de schaarste aan IPv4-adressen', zegt Klous. 'Hoewel er door verschillende belanghebbenden proactief wordt gewerkt aan de uitrol van IPv6, wordt de urgentie van de invoering van het nieuwe internetprotocol bij de onderzochte organisaties nog onvoldoende onderkend. De organisaties blijken de noodzaak van de invoering van IPv6 weliswaar in te zien, maar denken in het algemeen zeer verschillend over het moment van invoeren.'
De organisaties voeren hier volgens Klous een aantal redenen voor aan. Zo voorziet 70 procent geen bedrijfsrisico's als gevolg van het niet langer beschikbaar zijn van IPv4-adressen. 60 procent geeft aan dat business-georiënteerde initiatieven op dit moment een hogere prioriteit hebben dan IPv6. Bij één op vier organisaties is IPv6 vooral een probleem omdat de concurrentie er mee bezig is.
Buiten het gezichtsveld
'Toch kan de gebrekkige aandacht voor IPv6 op termijn een gevaar betekenen voor de concurrentiepositie van veel organisaties', vervolgt Klous. 'De ontwikkeling voltrekt zich op dit moment nog grotendeels buiten het gezichtsveld van de organisatie. Het IPv4-netwerk blijft immers gewoon functioneren en IPv6 only-delen van het internet ontstaan vooral in gebieden waar relatief weinig contact mee is, zoals Azië.'
Het probleem ontstaat volgens Klous echter op het moment dat Europa ook overgaat op IPv6. 'Nederlandse organisaties zullen dan plotseling te maken krijgen met massale concurrentie van bedrijven die al geruime tijd actief zijn met het nieuwe internetprotocol. Ze worden dan met recht geconfronteerd met een remmende voorsprong van formaat. Naarmate de IPv6 only-gebieden van het internet groter worden, wordt het voor Nederlandse organisaties essentieel om zowel IPv4 als IPv6 (dual stack) te ondersteunen. Het is voor de bedrijven en instellingen dan ook essentieel om proactief om te gaan met de komst van IPv6.'
Bij elke verandering in de ict moet een organisatie zich volgens Klous afvragen of er de mogelijkheid is voor dual-stack ondersteuning. 'Dit geldt niet alleen voor netwerkbeheer, maar ook bij de vervanging van applicaties of het afsluiten van nieuwe contracten met isp's of andere ict-partners, zoals bijvoorbeeld cloud-serviceproviders.'
Ik ben benieuwd hoeveel IT’ers daadwerkelijk ervaring hebben met IPv6.
De IPv4 voorraad van UPC zou aan het einde van het jaar op zijn.