Consumenten producten, zoals de smartphone en de tablet computer, zijn niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven, en heeft de manier waarop we onze tijd verdelen over werk en vrije tijd in korte tijd drastisch veranderd. Wie kan er nog zonder smartphone? Het apparaat is onderdeel geworden van onze identiteit en verstrekt toegang tot de digitale wereld, met alle mogelijkheden en bedreigingen die daarbij horen.
Tevens is de smartphone onderdeel geworden van de identiteit en heeft het invloed op de sociale status. Immers, de smartphone vormt de toegang tot de sociale media, zoals Twitter en Facebook en biedt de mogelijkheid om volop deel te nemen aan zowel de gewone als de digitale samenleving. Zo kun je bijvoorbeeld tijdens een vergadering via je smartphone of tablet in contact blijven met je collega’s en vrienden en bovendien, hoe moderner de apparatuur is, hoe meer indruk dat maakt.
De hedendaagse pas afgestudeerden, zijn opgegroeid in de digitale wereld, waarin sociale media en cloud computing de norm zijn. De smartphone en/of tablet zijn onmisbare middelen in hun werk en dagelijks leven en ook hun gedrag wordt mede bepaald door deze gadgets. De grens tussen vrije tijd en werk of studie vervaagt omdat het mogelijk is om altijd en overal te werken, maar het omgekeerde geldt ook, bijvoorbeeld het onderhouden van contacten via sociale media tijdens het werk of de studie. Als deze talenten eenmaal in het bedrijfsleven of in de publieke sector aan de slag gaan blijkt dat ze in een andere werkelijkheid terecht zijn gekomen. Deze werkelijkheid is in het verleden gecreëerd op basis van beproefde processen en technologie. Bij veel bedrijven is de it-infrastructuur ontworpen door mensen die de eerste pc’s op de markt hebben zien komen en die hebben ingepast in een rigide ict-omgeving. De productiviteit ging hiermee omhoog, zonder de werkwijze echt te veranderen. Voor de nieuwe medewerkers, die dezelfde dynamiek verwachten binnen een bedrijf, is het een kwestie van aanpassen aan de bestaande werkwijze.
Steeds vaker zien we medewerkers die hun eigen gadgets (smartphones, tablets, cloud en social media) gebruiken voor hun werk, wat de creativiteit en productiviteit ten goede komt. Echter, de it-infrastructuur in bedrijven is vaak niet voorbereid op het gebruik van persoonlijke gadgets, omdat het beheer van de gadgets buiten het bereik van de it-afdeling ligt. Dit betekent onder andere dat er maatregelen moeten worden getroffen om de bedrijfsinformatie te beveiligen en er oplossingen moeten worden gevonden om de voorgeschreven standaard applicaties te kunnen gebruiken
Voor moderne werknemers is hierdoor het onderscheid tussen vrije tijd en werk minder scherp geworden. Het is heel verleidelijk om overdag tijdens het werk even een tweet te sturen of via Facebook of Linkedin contacten te onderhouden, gebruik makend van de smart phone of de PC van de werkgever. Tegelijkertijd is het ook eenvoudig geworden om thuis, voor of na het werk, nog even een paar e-mails te verwerken of wat ideeën op te schrijven.
Deze trend zal zich verder ontwikkelen en biedt de mogelijkheid om de productiviteit van de moderne medewerker, door het gebruik van consumentenproducten op het werk, met een sprong te vergroten. Hiervoor zijn meerdere redenen voor, zoals de mogelijkheid om altijd te kunnen werken en de mogelijkheid om bekende software en tools te gebruiken.
Wel is het noodzakelijk dat de bedrijven het gebruik van consumentenproducten toestaan en zelfs aansporen en tegelijkertijd de nieuwe uitdagingen op het gebied van informatiebeveiliging oppakken en oplossen. Te denken valt aan het veilig ontsluiten van e-mail en andere toegang tot bedrijfsinformatie voor smart phone en tablets, bijvoorbeeld door het aanbieden van de benodigde (veilige) apps. Daarnaast zal de werkwijze van organisaties door deze nieuwe methode van werken moeten wijzigen.
Mijn werkgever heeft samen met IDC onderzoek gedaan, waaruit onder andere blijkt dat bedrijven deze ontwikkelingen wel degelijk zien gebeuren, maar moeite hebben om de ontwikkelingen bij te houden. Met name op het gebied van beveiliging is er nog een heleboel te doen.
‘Wie kan er nog zonder smartphone?’ Iedereen natuurlijk. Wat een flauwekul stuk. Jammer van zo’n leuk onderwerp. Er wordt hierboven veel overbekende zaken aan ons medegedeeld maar eigenlijk wordt er niets onderbouwd. Neem de veronderstelde productiviteitsgroei door de mogelijkheid om altijd te kunnen werken. Maar je kunt ook stellen dat er een produktiviteitsafname dreigt door de mogelijkheid niet meer maar minder te werken. Onderbouwing graag!! Wat die andere redenen om de produktiviteit van mensen met een sprong te vergroten, zou ik graag willen horen, maar helaas, hier stokt het.
Computable expert… Bladvulling zeg ik.
Dit is inderdaad weer zo’n BYOD flauwekul stuk waarin weer eens zonder blikken of blozen beweert wordt dat de productiviteit verbetert. Uiteraard weer niet onderbouwd. Je zou trouwens net zo goed kunnen stellen dat de produktiviteit van systeembeheer afneemt, omdat zij maar te zorgen hebben dat alle gebruiker configuraties draaien… heb ik het nog maar niet over de extra inspanningen die op het gebied van beveiliging moeten worden gedaan.
Goh, wellicht begin ik een oude — te worden, maar wat ben ik er trots op dat mijn identiteit en sociale status niet (mede-) gevormd wordt door mijn smartphone. Klinkt haast alsof mijn moeder (die een gewone gsm heeft) geen identiteit of sociale status meer zou hebben.
Ik zou het zelfs omgekeerd durven stellen: door de smartphones zijn we verworden tot niet-sociale individuen. Waar we vroeger nog gezellig een uur aan de telefoon hingen met elkaar, worden er tegenwoordig talloze tweets, whatapps of pings overgestuurd.
Hoe vaak kom ik ze tegen, 2 vrienden of vriendinnen gezellig op een terrasje, beiden zo druk met berichten de wereld in te sturen via hun smartphone dat ze nauwelijks tijd hebben voor elkaar.
Ook geweldig zijn de concerten vandaag de dag, men is alleen maar foto’s en filmpjes te maken om op internet te zetten, en ze vergeten te luisteren en kijken naar de show.
Dit zie je overigens, zoals in het artikel wordt genoemd, helaas ook terug in vergaderingen. Twitterende (of wat dan ook) deelnemers aan vergaderingen, die daardoor niet opletten, staat met stip op één daar waar het gaat om ergernissen tijdens een vergadering.
En sorry, in het aanmoedigen van consumentenproducten op de werkvloer geloof ik niet zo. In de tijd dat ik begon met werken had iedere afdeling zijn eigen koffiezetapparaat, en soms ook koelkast; meegenomen door iemand van huis. Hier zijn de bedrijven ondertussen al lang van terug gekomen. Zo af en toe vergat iemand het apparaat uit te zetten, en was er weer een brandje in één van de kantoren. Door dit te reguleren (standaard koffieautomaten, 1 koelkast per afdeling) is het probleem van de brandjes de kop in gedrukt.
Vergelijk dit met de beveiligingsdiscussies rondom BYOD. Doordat je iedereen zijn/haar eigen ding mee laat nemen, heb je hier een grote uitdaging. Een oplossing kan zijn om toch maar e.e.a. te centraliseren.
Wil dit alles zeggen dat ik niet in de moderne techniek geloof?
Nee, alles behalve dat. Maar ik geloof wel dat techniek je moet ondersteunen in je werk, en niet dat je techniek in moet zetten om je sociale netwerk te kunnen onderhouden tijdens kantooruren; laat staan om indruk te maken met je nieuwste gadgets of apps op je collega’s.
Overigens kan ik me niet voorstellen dat het lekker werkt als je de hele dag met zo’n smartphone of tablet moet werken. Ik heb weliswaar een laptop, maar als ik de hele dag moet werken, heb ik toch nog steeds het liefst een degelijk toetsenbord, muis en 2 grote schermen tot m’n beschikking.
We kunnen discusseren over de zin of onzin van smartphones maar laten we vooral niet doen alsof dit allemaal nieuw is. Argumenten als afleiding en beveiliging klinken hetzelfde als de discussie over Internet op de desktop waar we voor onze informatie nu bijna niet meer zonder kunnen. Of we naar deze digitale wereld gaan via een tradionele desktop of via een tablet maakt niet zoveel uit, net als het netwerk. Het gaat om de informatie en hoe deze aan ons gepresenteerd wordt die bepalend zijn voor de productiviteit, waarbij we met smartphones andere manieren van invoer hebben gekregen. De kunst is dan ook niet het hebben van de mooiste nieuwste gadgets maar het krijgen van de meerwaarde hiermee door handige applicaties. Onbesproken blijven eventuele problemen met licenties omdat consumenten devices en applicaties niet altijd zakelijk gebruikt mogen worden.
Andere keerzijde hiervan blijft in dit artikel ook onbelicht, want werknemers die gestimuleerd worden om eigen apparaten mee te nemen en te netwerken geven daarmee steeds meer privacy op. Een werkgever die geen geld uit wil geven aan de gereedschappen maar er wel controle over wil hebben krijgt indirect toegang tot privegegevens. Datzelfde geldt voor de informatie die geplaatst wordt op allerlei sociale netwerken waarbij eventueel ook nog gevolgd kan worden waar werknemers zich bevinden via locatie diensten en de GPS module in de telefoon. Uiteindelijk blijft het een keus of we eigen middelen willen gebruiken voor ons zakelijke leven, net als gebruik van sociale media. Het is dus een beetje een kip en het ei verhaal welke nu een mooie marketing term heeft gekregen met Consumerization of IT. Maar hoe meer beperkingen opgelegd worden hoe minder aantrekkelijk de ruil wordt tussen verlies van privacy en winst aan vrijheid.