Van Kooten en De Bie onderscheiden het verschil in welvaart als volgt: 'Je hebt onderontwikkelde landen, ontwikkelde landen en ingewikkelde landen'. De vraag is natuurlijk wanneer je precies ontwikkeld bent.
Ben je dat wanneer je inwoners het meest van alle Europeanen twitteren, zoals in Nederland? Ik weet het niet, maar te veel zenden maakt communicatie vaak nodeloos ingewikkeld. Ik denk dat je meer kunt bereiken met de dialoog. En je kunt natuurlijk ook stellen dat twitterende mensen te veel tijd over hebben.
Of ben je een ontwikkeld land als de temperatuur onder nul daalt en iedereen het alleen maar over de Elfstedentocht kan hebben?
Het woord ‘ontwikkeld' heeft voor mij in ieder geval een andere lading gekregen. Uit recent onderzoek van Eurostat blijkt namelijk dat 45 procent van de Grieken nog nooit op internet heeft gezeten, 40 procent van de Portugezen en 30 procent van de Spanjaarden. Ter vergelijking; in Nederland is dat percentage slechts 7 procent en in Finland 5 procent.
Het is duidelijk dat de grootste groep digibeten in het zuiden van Europa bivakkeren, waar de welvaart lager is. Gek genoeg zijn dit ook de landen waar wij graag op vakantie gaan omdat ze authentiek en historisch zijn, in combinatie met het prettige klimaat.
Blijkbaar gaan lage welvaart en beperkt gebruik van internet gelijk op. Zo heeft maar liefst 94 procent van de Nederlandse huishoudens een internetaansluiting. Dit is het hoogste percentage in de Europese Unie. Dat heeft te maken met het aantal internetaansluitingen en het toepassen van breedband.
De koppeling tussen de mate van internetgebruik de omvang van de welvaart zegt ook iets over de mate van adoptie van nieuwe toepassingen door inwoners. Het zijn juist de mobiele telefoon en het internet die de afgelopen decennia veel versnelling en innovatie hebben gebracht. Mis je die boot, dan zit je niet meer in de kopgroep.
Op vakantie heb ik me ook vaak genoeg afgevraagd waar ik dat internetcafé nu kon vinden of waarom er geen wifi beschikbaar was. Ben ik dan ontwikkeld of maak ik het voor mezelf nodeloos ingewikkeld?
Dat landen achter blijven in ontwikkeling heeft te maken met corruptie en monopolies. Ook nederland zuchtte een tiental jaar geleden onder de terreur van het monopolie KPN. Internetgebruik werd pas echt populair nadat het goedkoop bereikbaar was door kablebderijven, zoals CAI westland die onbeperkt toegnag gaven voor een beperkte prijs.
Om die monopolie te illustreren: vroeger betaalde ik 260 gulden per 2 maanden telefoongebruik, nu via de kabel 20 euro per maand voor onbeperkt bellen door heel nederland.
Nog pas enkele jaren geleden kon ik op wintersport mijn e-mail checken voor 1 euro per 10 minuten, waar dus nauwelijks gebruik van werd gemaakt. datzelfde jaar kon ik in amerika in hotels gratis gebruik maken van internet.
Natuurlijk is er dus een relatie tussen internetgebruik en mate van ontwikkeling in landen. Net zoals deze relatie er ook is met corruptie monopolieposities, ziekte, inkomen en allerlei andere tekenen van welvaart c.q. ontwikkeling
Echte ontwikkeling is de ontwikkeling van dat wat ingewikkeld is. In die zin is het zogenaamd ontwikkelde Nederland nog lang niet ontwikkeld, eerder ingewikkeld en daardoor onderontwikkeld. Dit merk je onder andere aan de politieke verwikkelingen, de ingewikkelde regelgeving en een onderontwikkeld openbaar vervoer. Echt ontwikkelde landen kennen geen voedselbanken en geen graaicultuur. En welvaart wordt niet afgemeten aan het internetgebruik maar aan de mate waarin opbrengsten ten goede komen aan het collectief en niet aan het individu. Zolang daar ingewikkeld over wordt gedaan zijn we zo onderontwikkeld als wat.
Beste Robert,
Om puntsgewijs te reageren: Nee, veel twitteren is geen graadmeter voor ontwikkeld zijn of niet, wel geeft het aan hoe ontwikkeld de infrastructuur van je “digitale landschap” is en of deze voldoet aan de op dat moment geldende eisen van de gebruikers én of je de technologie in huis hebt om dit te verwezelijken. Dit laatste is wel een graadmeter van je technologische ontwikkeling.
Voor wat betreft de elfstedentocht geldt eigenlijk hetzelfde. Niet de tocht zelf maar de mogelijkheden om dit wereldwijd(!) door te geven geeft een ontwikkelingspeil aan.
Digibeet zijn is geen absolute graadmeter voor ontwikkeling, de oude grieken romeinen en egyptenaren hadden geen computer toch golden zij als ontwikkeld. De aard en “vorm” van een maatschappij is een betere graadmeter dan het gebruik van een pc. Zoals wel een gesteld wordt “hoe men omgaat met de sociaal zwakkeren bepaald hoe beschaafd/ontwikkeld een maatschappij is”.
Het intrappen van een open deur doet geen goed aan de toch al zwakke redenering van je “stukje”, natuurlijk bepaald de welvaart binnen een samenleving het gebruik van secundaire levensbehoeften. Als men niet veel heeft dan gaat men zeker niets besteden aan dit soort zaken. Overigens is de kreet “het zuiden” niet geheel op zijn plaats zo zijn er onder de eskimo’s ook weinig twitteraars (goed, die vallen dan weer niet onder de EU). Natuurlijk is het één een logisch gevolg van het ander, als “iedereen” op het net aangesloten is dan worden nieuwe toepassingen sneller opgenomen en gebruikt, maar zoals met vele “hypes” ook weer snel afgeschreven.
Op vakantie kan ik overigens prima zonder WIFI of zelfs een mobiele telefoon, ja het kan echt…! Probeer eens een krant (je weet wel zo’n papieren ding waarin nieuws vermeld staat) of probeer eens een openbare telefoon. Ik ben zelfs in staat om zonder gps/routeplanner mijn weg te vinden (wegenkaart hé). Het al dan niet kunnen gebruiken van draadloos internet geeft niet aan of een land ontwikkeld is, het missen van een dergelijk “gemak” geeft wel of iemand zo ontwikkeld is dat hij of zij zonder kan 🙂
Een beetje de kip en het ei discussie waarbij het onzin is om te stellen dat we zonder Internet geen welvaart hadden gekend. Jaren ’70 waren misschien niet zo gekleurd maar meeste hadden wel een televisie. Die bracht niet alleen het nieuws uit de hele wereld in de huiskamer maar ook gezelligheid en amusement. Eerst nog via een antenne op het dak en later vooral via de kabel. Diezelfde kabel wordt nu niet alleen gebruikt voor meer zenders maar ook nog eens bi-directioneel.
Het zijn dus vooral de infrastructurele investeringen uit het verleden die ons massaal en tegen lage kosten toegang geven tot Internet. Net als dat we een betrouwbare stroomvoorziening nodig hebben om al deze digitalisering levend te houden. Want in onze mobiliteit vergeten we nog weleens het belang van infrastuctuur, tot dat natuurlijk één van de vele kabels in de grond kapot gegraven wordt. Dan vallen we plots weer terug naar de donkere eeuw waar kaarslicht onze boeken verlicht.
Een correlatie is iets wezenlijk anders als een implicatie evanals welzijn en welvaart.