Nederland zakt van de vijfde naar de tiende plaats op de wereldranglijst van meest concurrerende it-landen. De oorzaak hiervan is de verminderde aandacht voor innovatie en onderzoek in Nederland. Dit blijkt uit de IT Industry Competitiveness Index 2011 van de Economist Intelligence Unit, gepubliceerd door de Business Software Alliance (BSA). Uit de index blijkt dat investeren in fundamentele technologie-innovatie op de lange termijn een enorm rendement oplevert.
De BSA publiceert de IT Industry Competitiveness Index voor de vierde keer sinds 2007. De index vergelijkt 66 landen op een aantal indicatoren die bijdragen aan een gezond it-klimaat: algeheel zakelijk klimaat, it-infrastructuur, aanbod van geschoold personeel, research & development (r&d), juridisch klimaat en ondersteuning van de regering voor ontwikkelingen in de it-industrie.
Substantiële verbetering
De Verenigde Staten voeren in 2011 de ranglijst aan, gevolgd door Finland, Singapore, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. Nederland zakt dit jaar vijf plaatsen op de ranglijst. ‘Dit heeft te maken met de score op it-infrastructuur, r&d en ondersteuning van de regering voor it-ontwikkelingen', zegt Jacco Brand, voorzitter van de Benelux BSA Committee. ‘In de komende jaren ligt de bal bij politici en bedrijven om de prestaties van Nederland op deze gebieden te verbeteren en erin te investeren. Alleen dan is een substantiële verbetering van de it-concurrentiekracht mogelijk.'
De ‘index' uit 2011 signaleert dat landen die traditioneel sterk zijn in it, hun leidende positie deels behouden doordat ze voordeel uit hun voorsprong halen. Deze landen hebben na jaren van investeren een solide fundament opgebouwd voor technologie-innovatie. Hier profiteren ze nog steeds van. Wereldwijd neemt de concurrentie echter toe met nieuwe uitdagers, vooral de zich ontwikkelende economieën proberen te voldoen aan de standaarden van deze traditionele leiders.
Meerdere it-machtscentra
‘Uit de IT Industry Competitiveness Index van dit jaar blijkt overduidelijk dat investeren in fundamentele technologie-innovatie op de lange termijn een enorm rendement oplevert', zegt Robert Holleyman, president en ceo van de BSA. ‘Het is eveneens duidelijk dat geen enkel land een monopolie heeft in informatietechnologie. Er is een bewezen formule voor succes en het staat iedereen vrij daar gebruik van te maken. Daarom evolueren we naar een wereld met meerdere it-machtscentra.'
Een eerder onderzoek gepubliceerd in Augustus van dit jaar, de Global Entrepreneurship Monitor 2010, trekt soortgelijke conclusies. Ook in dat onderzoek komt het relatief matige niveau van product en bedrijfsinnovatie aan het licht. Dat terwijl uit dat onderzoek blijkt dat Nederland een van de meest ondernemende landen in Europa is, wat tot uitdrukking komt in het feit dat Nederland het hoogste aantal start-up business in Europa heeft. Maar mede door het gebrek aan innoverend vermogen in Nederland, scoort Nederland hooguit gemiddeld in termen van snelgroeiende bedrijven, gemeten aan de Europese standaard.
In een blogpost die ik naar aanleiding van dit onderzoek heb geschreven (http://www.accenture-blogpodium.nl/innovation/entrepreneurship-innovative/), betoog ik dat met name grote bedrijven veel moeite hebben om innovatie effectief te embedden in hun organisatie, in tegenstelling tot kleine, wendbare organisaties die hier veel effectiever in zijn. Grote bedrijven investeren veel geld, resources en mensen in hun huidige bedrijfsvoering. Ze spenderen veel budget aan bestaande fabrieken, bedrijfspanden, afschrijvingen en een groot personeelsbestand dat onderhouden moet worden. Deze last hebben kleine bedrijfjes of strat-ups niet.
Daabij komat dat, ationeel of niet, het voor deze bedrijven vaak gemakkelijker en veiliger is om te focussen op hetgeen ze al kennen en waar ze al goed in zijn (en dus op ingericht zijn) dan te innoveren in nieuwe modellen die veel onzekerheid met zich meebrengen en waarvan de uiteindelijke opbrengsten niet gegarandeerd kunnen worden.
Zoals ook uit de IT Industry Competitiveness Index naar voren komt, levert investeren in innovatie op de lange termijn een groot rendement op. Zoals ik in mijn post aanmerk, is echte innovatie echter ook risicovol. Daarom adviseren wij onze klanten bij Accenture ook om nauwgezet hun innovatie-investeringen te balanceren over de volgende innovatietypen: incremental, platform en breakthrough. Elke van deze innovatietypen kent zijn een ander niveau van opbrengsten en risico’s. Incremental innovaties helpen om de huidige business op korte termijn te waarborgen, terwijl platform innovaties werkelijk waarde toevoegen en marges kunnen vergroten. Risicovolle breakthrough innovaties kunnen geheel nieuwe markten aanboren en market-changing producten of business modellen creëren. Platform en breakthrough innovaties zijn cruciaal voor grote bedrijven die organisch willen groeien.
Vanuit dat opzicht sta ik dus ook helemaal achter de opmerking van Robert Holleyman dat innovatie op de lange termijn een hoog rendement oplevert, de nuancering die ik erin wil aanbrengen is dat de balans tussen de verschillende typen innovaties daarbij cruciaal is om daadwerkelijk dit resultaat te bereiken. Hiernaast is het zaak om naast ‘doing the right things’, ook ‘doing the things right’ te realiseren. Elk bedrijf dient binnen de context van hun huidige business te bepalen wat de beste wijze is om innovatie binnen hun bedrijf te laten werken.