De meeste grote organisaties hebben al met succes een zekere mate van servervirtualisatie gerealiseerd. De voordelen zijn duidelijk en direct merkbaar, met name voor wat betreft de totale eigendomskosten als gevolg van consolidatie en verbeterde inzet. Organisaties moeten redelijke middelen blijven inzetten op het gebied van servervirtualisatie.
Naar schatting is 20 tot 25 procent van de geïnstalleerde servers in 2010 gevirtualiseerd. Dat betekent dat er nog een aanzienlijke ruimte voor aanvullende efficiëntiewinst bestaat.
Hoewel er voldoende mogelijkheden bestaan voor besparingen binnen de servervirtualisatie, is het natuurlijk een goede zaak dat organisaties andere manieren onderzoeken om de efficiëntie op it-gebied te verbeteren. Een van de gebieden die steeds meer belangstelling krijgt, is desktopvirtualisatie, waarbij de hardware en software aan de kant van de eindgebruiker wordt losgekoppeld. Het gaat hier met name om pc's en laptops, maar het kan ook betrekking hebben op netbooks, tablet-pc's, smartphones en andere mobiele computerapparatuur.
Desktopvirtualisatie biedt aanzienlijke efficiëntievoordelen bij het beheer van apparatuur van eindgebruikers, vooral op grotere locaties waar duizenden deskstops centraal beheerd kunnen worden, plus verbeterde beveiliging en meer subtiele voordelen zoals het verlengen van de levensduur van oudere pc's en ondersteuning voor nieuwe manieren van werken – denk aan thuiswerken, waardoor de vraag naar kantoorruimte op het bedrijf wordt verminderd.
Net als bij servervirtualisatie is de efficiëntie bij desktopvirtualisatie grotendeels te danken aan een gecentraliseerd beheer. Maar een geslaagde desktopvirtualisatie vraagt om andere en vooral veel bredere technologieën. Wat in eerste instantie minder duidelijk is – maar ook belangrijker -, is dat desktopvirtualisatie om een geheel andere strategische benadering vraagt.
Voorkom #FAIL
Veel organisaties die al een aantal successen hebben geboekt op het gebied van servervirtualisatie, worden vaak enthousiast aangemoedigd door hun leverancier om ook op desktopvirtualisatie over te stappen. Op zich geeft deze insteek al de denkfout aan die tot een mislukte desktopvirtualisatie kan leiden.
De aanname dat desktopvirtualisatie in grote lijnen een herhaling is van de stappen van servervirtualisatie is een misvatting. Om te beginnen kan het, anders dan servervirtualisatie, niet via een unilaterale beslissing of centraal worden geïmplementeerd zonder dat iemand buiten de it-afdeling er iets van merkt of er problemen mee heeft.
De it-afdeling en de eindgebruikers hebben andere motieven. Eindgebruikers willen toegang tot video- en audiostreams. De it-afdeling wil het budget en de netwerkbandbreedte beperken. Het gevaar bestaat dat als de benadering van servervirtualisatie wordt overgenomen, de it-afdeling alleen ziet dat het beheer van honderd pc's wordt beperkt tot het beheer van drie servers. Hierbij zien it-managers over het hoofd wat dat betekent voor de eindgebruiker voor wat betreft de kwaliteit van de gebruikservaring en de zorgen over een veranderde computeromgeving.
Het interne team dat verantwoordelijk was voor de servervirtualisatie, met name voor eindverantwoording en steun vanuit het bedrijf, bestaat mogelijk niet uit de juiste mensen om leiding te geven aan een project dat vraagt om een grote mate van interactie met de eindgebruikers. En omdat het bij desktopvirtualisatie om een geheel andere combinatie van technologieën gaat, is de bestaande leverancier van servervirtualisatie en/of de bijbehorende diensten niet automatisch de aangewezen partner voor desktopvirtualisatie. Een organisatie moet desktopvirtualisatie zien als een nieuwe uitdaging, en hierbij de referenties en beproefde expertise van elke voorgestelde vendor en servicemaatschappij aan een grondige beoordeling onderwerpen.
Kort samengevat bestaan er weinig overeenkomsten tussen server- en desktopvirtualisatie. Een geslaagd initiatief op het ene gebied – of het nu gaat om een 'proof of concept' of bedrijfsbrede implementatie – zegt niets over de eventuele uitkomsten op het andere gebied.
Servervirtualisatie, hoofdzakelijk beperkt tot datacentra, is een initiatief met duidelijke voordelen die direct voor het grijpen liggen. Het domein van de it-afdeling en de strategieën en technologieën die binnen het datacentrum worden ingezet, staan grotendeels los van de eindgebruiker. Het overgrote merendeel van de servers kan direct op een uniforme manier worden beheerd en onderhouden, waarbij de enige zichtbare opbrengst bestaat uit intern verzorgde efficiëntiewinst. Als deze nagenoeg militaire virtualisatiebenadering wordt toegepast op het beheer van pc's van werknemers, is dit gedoemd te mislukken.
De servervirtualisatiebenadering legt een uniforme oplossing op – voor desktopvirtualisatie die doorgaans bestaat uit VDI (Virtual Desktop Infrastructure) – waarbij die oplossing op zo veel mogelijk pc's wordt doorgevoerd. Door stug vast te houden aan VDI voor desktopvirtualisatie zet de rigide wereld van de servervirtualisatie de aanzienlijke verschillen in werkwijzen die mensen erop na houden onder druk, door gebruik te maken van één enkele technologie.
Realiseer #WINNING
Servervirtualisatie gaat over consolidatie en begint in het datacentrum; desktopvirtualisatie gaat over efficiënter desktopbeheer en begint bij de eindgebruiker. De computerbehoeften van een kantoormedewerker, een veldtechnicus en een senior manager die veel reist, verschillen sterk van elkaar. Een daadwerkelijke desktopvirtualisatiebenadering moet derhalve een scala aan technologieën omvatten, van bewerkingen op de server (zoals VDI), waar het datacentrum de computeromgeving levert, tot clientcomputers die ondersteuning bieden voor offline werken in een gevirtualiseerde omgeving.
Op deskstopniveau is het de gebruikerservaring die telt. Elk project dat geen behoud of verbetering van de huidige gebruikerservaring oplevert, zal op heftige tegenstand kunnen rekenen. In deze context is het niet zozeer de meest geavanceerde technologie die men wil, als wel de juiste informatie, op de snelste manier.
Wat de veronderstelde kostenbesparing ook is vanuit het perspectief van de it-afdeling, een desktopvirtualisatieproject dat tekortkomingen vertoont en ertoe leidt dat de werknemers minder productief zijn, zal de organisatie op de lange termijn altijd alleen maar geld kosten. Alleen al het gebruik van randapparatuur – voor de meeste bedrijven zijn dat met name scanners, printers, beveiligingstokens en usb-sticks – kan tijdens een desktopvirtualisatieproject aanzienlijke verstoringen opleveren als hiermee niet al direct vanaf het begin rekening wordt gehouden.
Net als bij servervirtualisatie bestaan de belangrijkste voordelen van desktopvirtualisatie uit de centralisatie van de it. Maar hoewel servervirtualisatie moet worden gepland en geïmplementeerd vanuit het hart van het it-systeem (primair datacentra), moet desktopvirtualisatie een benadering van buiten naar binnen hebben. Met 'buiten' wordt hier verwezen naar de individuele werknemers, hun computerbehoeften en de apparatuur die zij gebruiken. De achterliggende gedachte is dat het primair de eindgebruiker is die met desktopvirtualisatie moet instemmen.
Zodra de zaak van buiten naar binnen wordt bekeken, worden de strategie, de planning en de implementatie van een desktopvirtualisatieproject een stuk logischer. Met een goed begrip van de behoeften op het niveau van de eindgebruiker, kunnen de voordelen van een gecentraliseerd beheer al snel gerealiseerd worden.
Goed artikel.
Daarom is het voor mij als onafhankelijke consultant en freelancer onbegrijpelijk dat vdi steeds meer als doel op zich gezien wordt omdat het sexy is ? Als je kijkt naar de device cases en user cases dan is vdi veeal geen oplossing. Zeker niet als one size fits all oplossing. Als er dan ook nog eens naar de kosten gekeken wordt en de backend infrastructuur die je hier voor neer moet zetten. Ik heb 1 klant gevonden waar vdi goed toepasbaar zou zijn omdat ze simpelweg nog geen sbc of applicatievirtualisatie hebben maar anders zou je heel makkelijk met de huidige tools net zoveel dan wel niet meer kunnen bereiken. Zeker als het Bring Your Own concept meer gaat leven in organisatie.
Wat ook vaak door organisatie wordt onderschat is het afschermen van usb gebruik enzovoorts. Gebruikers gaan dan vaak een omweg zoeken om toch hetgeen gedaan te krijgen wat eigenlijk alleen maar schadelijker is voor het bedrijf.
Ik vind dit helemaal niet zo’n goed artikel. De schrijver ziet nogal wat beren op de weg als het gaat om VDI. Hij stelt dat de benadering vaak dezelfde is als bij servervirtualisatie. Wie dat op die manier aan zijn klanten wil verkopen is inderdaad niet goed bezig. VDI biedt echter veel meer dan verdergaande standaardisatie. Zeker, het concept is aanvankelijk op die manier ingestoken, maar daar is nauwelijks belangstelling voor. Dus is het flexibel geworden, want wat je wilt is een combinatie van vereenvoudigd beheer en de mogelijkheid voor persoonlijke VM’s. De bandbreedtebesparing is daarmee op de helling, ook voor VDI is het handig uit te gaan van rond de 100 Kbps per werkplek. Video en USB werken dan wel zo makkelijk, als dat is toegelaten (met VDI beheeroplossingen is dit heel makkelijk op afstand per gebruiker of device, tijdelijk in te stellen).
De keuze voor VDI ligt bij de eindgebruiker en de keuze voor servervirtualisatie ligt bij de ICT afdeling. Ik snap niet waarom de schrijver dat zo stelt, want dit is appels met peren vergelijken. Als het gaat om wat de gebruiker (de klant) wil moet ICT natuurlijk altijd luisteren en voor de overeengekomen eisen en wensen de meest geschikte oplossing zoeken of ontwikkelen die bovendien past binnen het budget. Dat kan, als het om een werkplekconcept gaat, heel goed een VDI oplossing zijn. VDI biedt uitstekende mogelijkheden voor efficiënt inrichten en beheer van VM’s, het beschikbaar maken van (gevirtualiseerde) applicaties en het autoriseren van individuele gebruikers. Het stelt op haar beurt wel eisen aan de omgeving, vraagt ook om een behoorlijke investering, maar verdient zichzelf, afhankelijk van het aantal VM’s relatief snel (soms binnen een jaar) terug.
VDI is nog jong, barst van de potentie en zal in haar ontwikkeling ombuigen van een oplossing vanuit de techniek naar een oplossing die in de toepassing van die techniek uitgaat van gebruikerseisen en beheervraagstukken. Want het blijft van belang te benadrukken dat de basis voor een effectieve toepassing, van welke oplossing dan ook, bij de business ligt.
Andreas, mooie artikel. Goed opgebouwd, onderbouwd en afgerond (alleen maar een beetje lang :-p ) met de juiste management en technische benadering. Zeer aangenaam om te zien dat iemand van Citrix zo eerlijk voor- en nadelen van VDI benoemd heeft.
Helemaal eens met hk. De associatie met servervirtualisatie is behoorlijk willekeurig. Het ligt veel meer voor de hand het te vergelijken met conventioneel remote-desktop/remote-apps en applicatie-virtualisatie. Na nu zo’n beetje 15 jaar RDP neemt desktop-virtualisatie de belangrijkste bezwaren ervan weg. Een ontwikkeling die qua importantie inderdaad wel vergelijkbaar is met servervirtualisatie. Er is een stuk makkelijker winst mee te behalen dan met sec applicatie-virtualisatie en het is goedkoper. Het is geen alternatief voor applicatievirtualisatie. Het komt er gewoon tussendoor fietsen. Er is helaas maar weinig synergie met applicatie-virtualisatie, maar doet er ook zeker niets aan af. Aan de centrale kant heb je ‘new and improved’ terminal server en een rol voor het tot nu toe nutteloze Windows-7 aan die kant.
Fraai gedaan door bestaande technologiën een nieuwe rol te geven en door DirectX erin te trekken. Ik weet niet wat de rol van Citrix, VmWare en Microsoft hierin is geweest, maar het zit prachtig in elkaar. Sowieso een no-brainer voor alle organisaties die in het verleden volledig hebben ingezet voor conventioneel RDP. Rich-client bedrijven staan voor de afweging naar full-VDI of erbovenop. Ik denk dat veel grotendeels kunnen volstaan met full-VDI.
Onder de verzamelnaam ‘desktopvirtualisatie’ vallen meerdere technieken, VDI is daar één van. Waar vaak verwarring ontstaat, is dat veel mensen automatisch denken dat het over VDI gaat als het over desktopvirtualisatie gaat. VDI mag dan wel een vorm van desktopvirtualisatie zijn; desktopvirtualisatie is niet automatisch VDI. Wanneer het gaat over desktops die worden aangeboden vanuit het datacenter is VDI– vanuit een applicatiecompatibiliteits perspectief – misschien wel de makkelijkste, maar niet per definitie de meest kosteneffectieve oplossing.
Daarnaast blijft het feit dat VDI, net als alle eerder ontwikkelde technieken die een desktop laten draaien in het datacenter, een netwerkverbinding nodig heeft. Om te voorkomen dat er daardoor voor elk afzonderlijk geval achteraf een oplossing gezocht moet worden adviseer ik dit reeds in een vroeg stadium te doen. Als de focus op de desktop ligt zou het daarnaast goed zijn om de discussie te voeren waar je als organisatie op termijn naar toe wilt; wil je het “Bring Your Own”-concept omarmen, wat gaat je doen op het gebied van applicaties, hoe kijkt de organisatie naar cloud? Een overzicht van de verschillende vormen van dekstopvirtualisatie is overigens hier te vinden:http://flexcast.citrix.com/
The Destination is not Important. It’s the Journey that Counts.