Cybercriminelen richten hun aanvallen steeds vaker op zorgvuldig uitgekozen individuele werknemers. Traditionele netwerkbeveiliging biedt daartegen geen bescherming. Grote bedrijven moeten daarom nieuwe beveiligingsstrategieën gaan gebruiken, zoals het formeren van eigen misdaadeenheden. Dat zegt directeur nieuwe technologie Uri Rivner van beveiligingsbedrijf RSA.
'Ik doe nu zo'n tien jaar onderzoek naar cyberfraude en dit is de beste tijd ooit om cybercrimineel te zijn. Nog niet eens vanwege de geavanceerde tools die in omloop zijn, maar vooral vanwege de nieuwe mogelijkheden', zegt Rivner tijdens de beveiligingsconferentie die zijn bedrijf van 14 tot en met 18 januari in San Francisco houdt.
'Vroeger deden cybercriminelen port scans op het netwerk, om te kijken welke applicaties ze konden aanvallen. Nu is het netwerk niet langer hun toegangspunt. Hele specifieke werknemers zijn dat geworden.' Dat maakt netwerksites zoals LinkedIn volgens Rivner dan ook tot 'de ideale tool voor cybercriminelen'. Trojans zijn tegenwoordig 'zo gericht als een laser', aldus Rivner.
Europese emissiehandel stilgelegd
Aanvallen bevinden zich volgens de directeur nieuwe technologie in toenemende mate onder de radar. 'Ze zijn low en slow. Het duurt daardoor heel lang voordat ze worden ontdekt.' Daarnaast worden cybercriminelen steeds creatiever in het uitkiezen van hun doelen. Ze concentreren zich daarbij niet meer alleen op financiële instellingen.
Zo zorgde de Nimkey-trojan er op 19 januari 2011 voor dat de emissiehandelssystemen in alle landen van de Europese Unie uit de lucht werd gehaald. De reden: cybercriminelen verkochten stiekem emissieaandelen uit naam van Europese bedrijven en sluisden de inkomsten hieruit aan zichzelf door. Een internationaal cementbedrijf liep hierdoor een schadepost van 23 miljoen dollar op.
De cybercriminelen achter de Nimkey-trojan gingen zeer zorgvuldig te werk bij het uitkiezen van hun slachtoffers. Zo infecteerden ze via gerichte mails juist die werknemers van een Roemeense onderafdeling van het cementbedrijf, die zich bezighielden met de handel in emissies.
Financiële instellingen
Omdat netwerkbeveiliging niet meer voldoet, maar mensen echter moeilijk gepatcht kunnen worden, moeten bedrijven naar nieuwe beveiligingsmethoden zoeken. Die moeten niet alleen rekening houden met de slordigheden van eigen werknemers, maar ook met die van partners, adviseurs en leveranciers.
Financiële instellingen, die al langer geplaagd worden door aanvallen door cybercriminelen, kunnen daarbij als voorbeeld dienen. Ondernemingen in deze sector hebben al tijden eigen, gespecialiseerde misdaadeenheden, die onder meer tot 'reverse engineering' (het achterhalen van de werking) van trojans in staat zijn. Daarnaast delen ze onderling razendsnel aanvalsinformatie. Ook maken ze gebruik van geavanceerde business intelligence.
Virtualisatie
Tot slot wordt virtualisatie volgens Rivner 'heel belangrijk' bij het voorkomen van gerichte aanvallen. 'Mensen gebruiken hun apparaten in toenemende mate zowel voor privé- als werkdoeleinden. Virtualisatie kan ervoor zorgen dat de bijbehorende applicaties geïsoleerd draaien. Deze technologie kan bovendien processen binnen de hele toevoerketen van elkaar gescheiden houden.'
Bij Social Enginering is de mens wederom de zwakke schakel. Alleen goede bewustwording en afspraken (protocollen) kunnen hier enig soelaas bieden. Dit natuurlijk naast de “standaard” beveiliging, die voor velen al een hele uitdaging en discipline met zich mee brengt.