Mensen vormen van nature coöperatieve netwerken: een collectief brein. Ict kan dat brein ondersteunen, vergroten en efficiënter maken, door ons te helpen bij het vergaren van informatie, snel en vaak te communiceren, en onze acties te coördineren. Maar dan moeten we af van de standaardisatie die ict vaak met zich meebrengt.
In academische kringen wordt al zo’n dertig jaar gefilosofeerd over de relatie tussen het internet en het ‘global brain’. Wiskundige en informaticus Peter Russell beschreef in 1983 in 'The Global Brain hoe íct onze maatschappij heeft omgevormd tot een soort samenwerkend superorganisme.
Schrijver en wetenschapper Howard Bloom is het niet helemaal met Russell eens, en beschrijft in zijn 'Global Brain' (2001) hoe allerlei simpele organismen al miljoenen jaren geleden intelligente coöperatieve netwerken, oftewel ‘collectieve breinen’ vormden. Deze organismen hebben geen computers, smartphones of internet nodig om samen te werken; toch zorgen zij samen voor voedsel, maken ze enorme bouwwerken en beschermen ze zich samen tegen gevaar. Ook wij mensen werken én denken al duizenden jaren samen.
Toch is het zeker zo dat ict ons ‘collectieve brein’ in hoge mate ondersteunt en uitbreidt. Ons ‘global brain’ bestaat bij de gratie van een gedetailleerd wereldbeeld, frequentie en snelheid van communicatie en onderlinge coördinatie. En dit zijn nu precies de gebieden waar ict de mens kan helpen.
Door uitvindingen als het schrift en de drukpers kunnen we communiceren met meerdere mensen tegelijk, over grote afstanden en zelfs tussen generaties. In de 19e en 20e eeuw werd ons ‘collectieve brein’ alleen maar efficiënter en groter, door de trein, de telegraaf, de radio en de telefoon. Het internet bracht ons nog een stap verder. Het faciliteert razendsnelle en vrijwel continue communicatie en helpt ons bij het verzamelen van kennis over onze wereld (situational awareness).
Wie echter kritisch kijkt naar de manier waarop ict traditioneel wordt ingezet, ziet dat computers vooral worden gebruikt als geautomatiseerde archiefkast en niet als zenuwstelsel voor ons collectieve brein. Ict is in professionele situaties vaak een Fordistisch keurslijf voor controle en administratie. Daar waar mogelijk worden repetitieve taken overgenomen en mensen weggeautomatiseerd.
Dergelijke systemen werken prima voor simpele procedures. Echter in situaties waar wordt gewerkt met dynamiek, incidenten en menselijk handelen – logistiek, gezondheidszorg, onderwijs – wordt ict nog niet optimaal ingezet. Eindgebruikers ervaren vaak meer hinder dan hulp van bureaucratische automatisering als tijdsregistratiesystemen en enterprise resource planning.
De volgende stap in de evolutie van ict moet dan ook worden gezet richting pro-actieve, zelflerende systemen die mensen ondersteunen in het vormen van een collectief brein.
Met smartphones en mobiel internet kunnen we al heel veel data verzamelen en zo onze situational awareness vergroten. Zo’n gedetailleerd wereldbeeld komt in verschillende domeinen van pas. Brandweermannen willen weten waar slachtoffers in een brandend flatgebouw zijn. Verzorgers van dementerende bejaarden willen weten waar hun patiënten uithangen. Nóg beter: laat de computer interpreteren of oma gezellig aan het wandelen is met haar dochter, of dat ze verdwaald is. Om dit soort nuances te herkennen, moet het systeem eerst een ontzettend fijnmazig idee van de wereld ontwikkelen. Dergelijke registratie kunnen we gerust aan de techniek (een smartphone met gps bijvoorbeeld) overlaten.
Ook bij communicatie en coördinatie kan ict een belangrijke, ondersteunende functie vervullen. Ik denk hier met name aan agenttechnologie. Planning is in essentie een communicatieprobleem. Bedenk maar waarom je weken van tevoren met een vriend afspreekt om elkaar op donderdagavond om acht uur in café De Grote Slok te ontmoeten: omdat je niet weet dat jullie morgen allebei vrij hebben en in het centrum van Utrecht zijn.
Wanneer jouw software-agent continu communiceert met de agenten van je vrienden, hoef je geen planningen en afspraken te maken, maar kun je je activiteiten ad hoc indelen. Dergelijke software-agenten, die razendsnel en veelvuldig communiceren met andere agenten om individuele belangen te behartigen, kunnen uitkomst bieden in bijvoorbeeld flexibel workflow management of de logistiek.
Ict kan dus een hoop processen in ons leven vergemakkelijken. Maar dan moeten we af van systemen die proberen mensen te standaardiseren. Liever gebruiken we ict om individueel handelen te ondersteunen en ons collectieve brein te vergroten.
Ha Hans,
Leuk artikel, misschien is het een idee om eens met Roland Hameeteman van gedachten te wisselen.
Zijn idee-en over “corporate brain” komen binnenkort uit in boekformaat.