Het is voor opdrachtgevers verre van eenvoudig om juridische actie te ondernemen wanneer een ict-dienstverlener faalt bij de uitvoering van een ict-project. Om tussentijds een ict-project te kunnen ontbinden en bijvoorbeeld schadevergoeding te ontvangen voor geleden schade, moet aan ‘behoorlijk wat’ voorwaarden worden voldaan. Dat schrijft ict-jurist Polo van der Putt in een artikel op de website IT en Recht.
‘Veel ict-projecten lopen uit, kosten meer dan begroot of leveren niet de gevraagde functionaliteit’, schrijft van der Putt. ‘Vaak vertoont een project al tijdens de rit de eerste tekenen van mislukking. De wet biedt de afnemer dan soms de mogelijkheid om er tussentijds uit te stappen.’ Aan deze ‘voortijdige ontbinding zijn echter behoorlijk wat voorwaarden ontbonden, zo legt de ict-jurist uit. Dat geldt overigens ook wanneer de afnemer de opleverdatum wel afwacht.
Dit alles komt doordat rechters volgens de ict-jurist ‘in het geval van ict-overeenkomsten een eigen invulling hebben gegeven aan het wettelijke systeem voor nakoming en tekortkoming.’ Daardoor kunnen juristen volgens Van der Putt hun cliënten pas goed verdedigen wanneer ze op de hoogte zijn van de ‘relevante jurisprudentie’. ‘Anders kan plotsklaps blijken dat fatale termijnen toch niet fataal zijn, ingebrekestellingen geen rechtsvervolg hebben of dat een nakomingsbevestiging soms niet volstaat.’
Verzuim aantonen is lastig
De ict-jurist geeft in zijn artikel een aantal waarschuwingen aan medejuristen en afnemers. Ten eerste moet een opdrachtgever tijdig actie ondernemen. ‘Als een afnemer niets doet wanneer de leverancier te kort schiet, kan hij het recht verliezen om zich later nog op tekortkoming te beroepen.’
Ten tweede moet dit op de juiste manier gebeuren. De opdrachtgever moet ‘verzuim’ aantonen, wil hij in zijn recht staan. Maar: ‘Hoofdregel is dat verzuim pas intreedt nadat de schuldenaar een herkansingspoging heeft gehad en opnieuw heeft gefaald.’
Belangrijk is bovendien dat bij die herkaningspoging een termijn wordt gesteld. Van der Putt haalt een uitspraak aan van een rechter uit 2009 in een geschil tussen Fortis en ict-dienstverlener Raindrop, waarbij de rechter twee door Fortis gestuurde brieven niet wil aanmerken als ingebrekestellingen, omdat er geen termijn in wordt gesteld.
SAP
Daarnaast moet de ingebrekestelling ‘de verweten gebreken met voldoende detail te beschrijven.’ Van der Putt verwijst daarbij naar een rechtszaak van Waterdrinker tegen SAP. Omdat de kamer- en tuinplantenleverancier in een brief niet specifieert wat exact het probleem is, weigert de rechter ‘ingebrekestelling’ vast te stellen.
De opdrachtgever schrijft volgens Van der Putt namelijk aan SAP dat ‘de geconstateerde tekortkomingen mogelijk nog te verhelpen zijn, maar dat Waterdrinker wegens een gebrek aan vertrouwen kiest voor beëindiging van het project.’ De rechter ziet daarom geen aanleiding om te constateren dat er sprake is van ‘een blijvende onmogelijkheid van nakoming’.