De webrichtlijnen leven volop bij gemeenten, zo bleek onlangs tijdens een Terugkomdag Webrichtlijnen waarbij onder meer het Waarmerk drempelvrij.nl centraal stond. Dat mag ook wel, want de met het Nationaal Uitvoerings Programma dienstverlening en e-overheid vastgestelde deadline voor het voldoen aan de webrichtlijnen staat op 1 januari 2011. Welke problemen worden door het voldoen aan de eisen voor het Waarmerk drempelvrij.nl opgelost? En welke problemen blijven er zoal bestaan?
Het voldoen aan de webrichtlijnen is een steeds breder gedragen norm, wat simpelweg een goede zaak is. Het zorgt er bijvoorbeeld voor dat websites op elk apparaat bekeken kunnen worden, of het nu een smartphone, tablet of reguliere computer is. Bovendien kunnen ook mensen met een handicap gebruik maken van de websites door bijvoorbeeld de teksten eenvoudig te kunnen vergroten zonder dat opmaak de website compleet overhoop gehaald wordt of door de teksten op de website te laten oplezen. Waar de webrichtlijnen en het Waarmerk drempelvrij.nl echter niet voor zorgen is de juridische juistheid van een website.
En juist daar gaat op regelmatige basis van alles mis bij (overheids)websites. Kijk naar de Vereniging van Nederlandse Gemeenten die door het College Bescherming Persoonsgegevens op de vingers werd getikt wegens het zonder toestemming publiceren van persoonsgegevens. Op de websites van de partijen die het Waarmerk drempelvrij.nl al hebben ontvangen schort er ook regelmatig wat op juridisch vlak.
Bijvoorbeeld algemene voorwaarden die niet eenvoudig op te slaan en/of te printen zijn (en daardoor vernietigbaar: website Worldwide Vision ), privacyverklaringen die niks zeggen over het verzamelen van gebruikersstatistieken met Webtrends Analytics (website Tweede Kamer ), een vinkbox voor het inschrijven voor een nieuwsbrief die al standaard aangevinkt staat zodat er geen expliciete opt-in ontstaat (website gemeente Den Haag ) of het niet bieden van de mogelijkheid waarbij minimaal vijftig procent van het bedrag van de bestelling achteraf kan worden betaald.
Voor webwinkels kennen we al het Thuiswinkel Waarborg, waarbinnen ook een juridische toetsing van de aangesloten websites is inbegrepen. Is het niet hoog tijd om voor overheidswebsites een juridische toetsing op regelmatige basis verplicht te stellen? Want juist van de overheid mogen we verwachten dat er geen persoonsgegevens zonder toestemming gepubliceerd worden, ongeldige dis-/proclaimers worden gehanteerd of onbeveiligde verbindingen worden gebruikt die niet voldoen aan de Wet bescherming persoonsgegevens.
Het doelgebied van de webrichtlijnen is nauwkeurig beschreven: het borgen dat informatie en dienstverlening op websites voor iedereen toegankelijk en bruikbaar is.
Onderzoek naar de juridische aspecten van websites die een rol vervullen bij de publieke informatievoorziening en dienstverlening is zeker belangrijk. In elk geval te belangrijk om het maar bij de webrichtlijnen te frommelen.
Wellicht is zo’n juridische toets, in elk geval voor overheidswebsites, beter op zijn plaats in de Overheid.nl Monitor, zie ook http://monitor.overheid.nl/
De huidige hoofdstukken zijn:
A. Standaarden
B. Transparantie: Openbaarheid van overheidsinformatie
C. Dienstverlening
D. De burger centraal
E. Interactieve verwijzingen
F. Toegankelijkheid
In onderdeel F komen de webrichtlijnen aan de orde. ‘Juridisch’ past niet echt op dieplaats. Wellicht is een nieuw hoofdstuk ‘G. Juridisch’ een betere optie.
Even de 20-80 regel toepassen. Hoewel ik het uiteraard eens ben met Michael waar hij zegt dat overheidswebsites moeten voldoen aan de wet- en regelgeving, vraag ik me wel af of het probleem zo groot is dat we daarvoor een periodieke toets nodig hebben. Het is toch (hopelijk) zo dat de meeste overheidswebsites al wel voldoen aan bijvoorbeeld de wbp. Dan is het misschien productiever om de aandacht te richten op die door Michael genoemde incidentele gevallen waarbij dat niet het geval is.
my 2 cents
Dank voor de reacties en het meedenken.
@Raph de Rooij: Toegankelijkheid is inderdaad niet hetzelfde als voldoen aan wet- en regelgeving. Dat laatste is natuurlijk wel een verplichting, net zozeer als het voldoen aan de afspraken in het Nationaal uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (NUP)dat is geworden door het akkoord daarover. Vandaar dat ik denk dat het nuttig is de juridische toetsing een plek te geven. Of dat nu als hoofdstuk van de Overheid.nl Monitor is of als aanvullende module bij een ander bestaand keurmerk.
Overigens zie ik dat bij de Overheid.nl Monitor bonuspunten verdiend kunnen worden met de nog nader in te vullen categorie G. (zie http://monitor.overheid.nl/bonuspunten ).
@Mathieu Paapst: Zo nu en dan voer ik een steekproef uit en het is opvallend hoe vaak er niet aan bijvoorbeeld de Wet bescherming persoonsgegevens voldaan wordt. Het is bovendien de vraag of het ondernemen van actie op incidentele gevallen voldoende is. In het geval van de Wbp liggen de gegevens dan al op straat. Moet dit niet meer gestructureerd worden aangepakt?