Een groot aantal beslissers in de ICT (41 procent) verwacht op korte termijn een tekort aan software-ontwikkelaars. Deze onderzoeksuitkomst sluit aan bij de ervaringen van Brunel IT, dat onder meer via detacheringsoplossingen tegemoetkomt aan deze vraag. “We zien een kentering van onderhoudsmarkt naar vernieuwingsmarkt.”
Op de vraag op welke IT-expertisegebieden er naar verwachting een tekort ontstaat binnen de eigen organisatie, antwoordde 41 procent van de deelnemers aan het Computable-onderzoek Trends in ICT & Personeel ‘software-ontwikkelaars’. Daarmee is het verwachte tekort aan applicatieontwikkelaars groter dan die aan netwerkspecialisten (36 procent), applicatiebeheerders en databasespecialisten (beide 33 procent). De behoefte aan softwaretesters (30 procent), systeembeheerders (25 procent) en supportmedewerkers (21 procent) is zelfs aanzienlijk kleiner.
Veel vertrouwen
De onderzoeksresultaten sluiten aan bij de beleving van Brunel IT dat er in toenemende mate vraag is naar nieuwe functionaliteit. “Er straalt heel veel vertrouwen van uit als het gaat om economisch herstel. Men is zich dus erg bewust van het feit wat dit betekent voor de inzet van applicatieontwikkelaars”, vertelt Ian Ramsey, manager bij Brunel IT. “Als de economie aantrekt en de vraag naar producten en diensten neemt toe, dan betekent dit ook iets voor de bedrijfsvoering van organisaties die dit aangaat. Je kunt uit je jasje groeien, waardoor je nieuwe systemen nodig hebt. Dus ook applicatieontwikkelaars.”
“Er is veel veranderd de laatste jaren”, zegt Bart Posthumus, managing consultant bij Brunel IT. “Organisaties zijn gekrompen of hebben hun focus verlegd. Andere werkwijzen vragen om andere systemen, zodra daar de ruimte voor ontstaat. Opverende bedrijven krijgen ook behoefte aan goed aansluitende systemen. We bevinden ons momenteel in een zeer dynamisch speelveld. Heel interessant.”
Vernieuwingsmarkt
Tot voor kort hebben bedrijven echter weinig geïnvesteerd in applicatieontwikkeling. De afgelopen jaren hebben volgens Ramsey veel projecten in de ijskast gestaan, vanwege de onzekere toekomstverwachtingen of financiële krapte. “Je zag het op alle fronten terug.” Veel bedrijven hebben voor langere tijd de bestaande systemen in de lucht gehouden. “Zo’n anderhalf jaar geleden is de ontwikkelingsmarkt veranderd in een onderhoudsmarkt”, zegt Posthumus. “We zagen onze omzet op het gebied van onderhoud sterk toenemen. Inmiddels zijn veel systemen echter aan het einde van hun economische levensduur geraakt, dus hebben veel organisaties extra capaciteit nodig om alsnog hun systemen te vernieuwen. We zien dus weer een kentering: van onderhoudsmarkt naar vernieuwingsmarkt.” Dat heeft overigens ook te maken met het feit dat bedrijven weer meer en meer een positieve verwachting hebben als het gaat om de groei en ontwikkeling van hun organisatie. “En als bedrijven groeien zijn zij weer bereid te investeren in systemen”, aldus Posthumus.