De top van het failliete spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie zijn schuldig bevonden aan boekhoudfraude. Vier van hen, waaronder Jo Lernout en Pol Hauspie, krijgen een deels voorwaardelijke gevangenisstraf van 5 jaar en een boete.
Het hof van beroep van Gent heeft grotendeel de vorderingen van het openbaar ministerie gevolgd bij de bepaling van de strafmaat. Het hof maakte geen verschil tussen de oprichters Jo Lernout en Pol Hauspie. De laatste bekende schuld, terwijl Lernout het systeem met de nevenbedrijven bleef verdedigen.
Beiden werden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar, waarvan 2 jaar met uitstel, en een geldboete van 24.789 euro. Diezelfde straf was er ook voor Nico Willaert. Gaston Bastiaens kreeg een celstraf van vijf jaar, waarvan drie jaar voorwaardelijk, en een geldboete van 4958 euro.
Thomas Denys, die deel uitmaakte van de raad van bestuur van L&H Investment Company, kreeg twee jaar cel, waarvan één jaar met uitstel en een boete van 2478,93 euro. Eenzelfde straf werd uitgesproken voor Tony Snauwaert, die verantwoordelijk was voor de uitbouw en financiering van een reeks LDC’s.
Voormalig CFO Carl Dammekens kreeg zes maanden met uitstel en een boete van 2478,93 euro.
‘Hauspie het brein’
Het Gentse hof van beroep was ongekend hard voor de vier toplui. "Ze speelden elk een sleutelrol op hun manier en deinsden niet terug voor malversaties", luidde de motivering. Pol Hauspie wordt beschouwd als het brein van de vier. Lernout nam niet persoonlijk het voortouw maar werd wel door Willaert en Hauspie actief op de hoogte gehouden en verleende zijn medewerking.
Willaert werkte op het terrein voor Snauwaert om zoveel mogelijk ongeloofwaardige omzet te creëren. Hij onderhandelde met geldschieters (onder meer Artesia) en wist die door loze beloftes over te halen om fondsen voor te schieten. "Ze wekten de indruk dat de licentienemers strategische partners waren."
Bastiaens schrok er volgens het hof niet voor terug om de beursinstanties en de bedrijfsrevisoren te misleiden met tendentieuze en foutieve informatie. "Vanuit zijn ruime ervaring kon hij de valsheid beseffen. Hij blijkt diegene te zijn die in Korea constructies opzette waardoor de omzet explodeerde, hij was zich bewust van misdrijven en schrok er niet voor terug beursinstanties voor te liegen."
Dexia en KPMG vrijuit
De strafvordering tegen huisbankier Dexia is onontvankelijk of niet bewezen. De verbeurdverklaring van 29 miljoen euro is onontvankelijk. Dexia heeft dus geen ‘noodzakelijke hulp’ verleend aan de totstandkoming van valse omzet.
Ook voor KPMG, dat als revisor de boeken van LHSP controleerde, is er een ontslag van rechtsvervolging. Het is dus niet bewezen dat het revisorenkantoor noodzakelijke hulp verleende bij het boeken van omstreden omzet. Een verbeurdverklaring van 8 miljoen euro is onontvankelijk en het hof beval de vrijgave van de borgsom van 455.381 euro.
Onschuld
Jo Lernout, één van de stichters van het spraaktechnologiebedrijf L&H, was voor het arrest van de strafzaak nog steeds overtuigd van zijn onschuld. "Het gaat om een boekhoudkundige discussie en geen doortrapte fraude", zei hij voor het weekend in Terzake en op de regionale zender WTV-focus. Geld moeten de burgerlijke partijen van hem niet meer verwachten, al hoopt rechtsbijstandvereniging Deminor op een minnelijke schikking. "Wij maakten fouten, maar anderen hebben de doodsteek gegeven," meent Lernout. In een interview met de krant De Tijd wijst hij met een beschuldigende vinger naar Philippe Bodson, de laatste topman van L&H. "Hij heeft een ‘koekenbakdeal’ gesloten met de Amerikanen en met de Belgische banken die nog miljoenen euro’s hebben verdiend aan de ondergang van L&H. Maar dat aspect heb ik niet mogen uitleggen op het proces. Een gemiste kans."
Na de flop met de speelgoedcavia en de chocoladefabriek op de Filippijnen, beseft Lernout dat hij geen zakensucces meer kan boeken. "Telkens als ik groei en meer kapitaal nodig heb, dan gaan geen deuren meer open. Ik moet beseffen dat ik geen zaak meer uit de grond kan stampen."
Lernout maakt de gedupeerden duidelijk dat ze van hem geen geld moeten verwachten. "Ik bezit niets meer en zal van een pensioen moeten leven, mijn vriendin doet de afwas in de keuken. Wat we verdienen gaat naar eten. Ik ben geen fraudeur en er is geen geld meer. Het gerecht en de belangenverenigingen pakken de verkeerde personen", klaagt hij. Op Deminor en de andere rechtsbijstandverenigingen heeft Lernout het niet begrepen. "Ze scheppen veel te hoge verwachtingen."
Schikking
Bernard Thuysbaert van Deminor zei in Terzake te hopen op een minnelijke schikking en geen jarenlange burgerlijke procedures. "KPMG en Dexia konden het in Amerika wel, waarom niet in België?" Hij wijst erop dat het arrest een mogelijk precedent wordt. "De knipperlichten werkten niet", waarmee hij op KPMG doelde. "En wat als een bank in de toekomst niet meer mag geloven in een bedrijf dat niet alle resultaten kan voorleggen?"
Over Lernout is Thuysbaert formeel. "Hij vergist zich over de aantijgingen. Iedereen erkent dat er technologie was, maar tachtig procent van de omzet begin 2000 was fictief. Lernout ging een schuld van 700 miljoen euro bij de banken aan, die hij nooit kon terugbetalen.