Nederlandse CIO’s en IT-managers zijn tot op heden nog niet vooruitstrevend met groen ondernemen. Schneider Electric is dan ook van mening dat bedrijven meer gestimuleerd moeten worden. De organisatie ziet hierbij een hoofdrol voor het nieuwe kabinet weggelegd. Niet in de vorm van subsidies, maar in de vorm van politieke dwang.
In Nederland staat milieuverantwoord ondernemen op een laag pitje. Volgens recent onderzoek van Regus is het bedrijfsleven van mening dat zij meer gestimuleerd moeten worden door nieuwe belastingvoordelen. Schneider Electric is echter van mening dat deze maatregelen niet afdoende zullen zijn. Stimuleren is niet afdoende gebleken, voor succesvol groen ondernemen is verplichting nodig. Het stimuleren van het bewustwordingsproces is wel een belangrijke drijfveer.
Geen verantwoordelijkheden
Volgens Marcel van ‘t Hof, Business Manager Energy Efficiency van Schneider Electric, is het onbegrijpelijk dat vele organisaties tot op heden nog geen medewerkers verantwoordelijk hebben gesteld voor het energiegebruik. Zolang niemand actief is gericht op het terugdringen van de energiekosten, zal niemand zich verantwoordelijk voelen voor het doorvoeren van energie-efficiency maatregelen. Reden hiervoor is dat de grootste verbruikers zelden weten welke kosten gepaard gaan met hun opereren. ‘Door een eindverantwoordelijke zoals een Chief Energy Officer te verplichten bij grootverbruikers, worden organisaties door het geven van inzage gestimuleerd om energiebesparende veranderingen door te voeren.’
Outsourcen
Het uitbesteden van taken aan externe partijen vormt ook een probleem. Steeds meer bedrijven besteden bijvoorbeeld hun IT uit aan hostingbedrijven. Organisaties krijgen van deze outsourcingspartijen maandelijks een factuur, waarop de energiekosten niet zichtbaar zijn. De hostingbedrijven zelf hebben ook nog te weinig baat bij het verbeteren van de energie-efficiency, aangezien het geen groot verschil uitmaakt in de factuur die zij maandelijks naar hun afnemers sturen. Het gaat dikwijls over ‘slechts’ tientallen euros per maand, hetgeen geen grote concurrerende voordelen gaat opleveren.
Te nemen maatregelen
Volgens Marcel van ‘t Hof moet de overheid het bewustwordingsproces beter stimuleren en outsourcingsbedrijven zoals serviceproviders verplichten om eindklanten te informeren over hun energieverbruik. Hierbij moet het verbruik goed worden uitgesplitst. ‘Hoe meer je als gebruiker wordt geconfronteerd met je energiegebruik, hoe hoger de drang wordt om verbeteringen aan te brengen. Het verbruik moet hierbij inzichtelijk worden gemaakt. Het zegt gebruikers weinig als je in kilowatturen gaat uitrekenen wat bepaalde productieprocessen of informatiesystemen aan energie kosten. Als je weet hoeveel auto’s je ervan kunt laten rijden, zet dat eerder aan tot actie.’
Grootverbruikers
Volgens het onderzoek ‘EERE Building Energy Data book 2006 & EERE Manufacturing Systems Footprint’ van Schneider Electric is de sector industrie & infra verantwoordelijk voor 31 procent van het wereldwijde energieverbruik, gebouwen achttien procent, woningen 21 procent en datacenters en netwerken twee procent. In 2050 zal het energiegebruik verdubbelen. ‘We weten nu al dat het gebruik van elektriciteit voor veertig procent bijdraagt aan het broeikaseffect. We kunnen de ogen dus niet sluiten voor de drastische gevolgen van het gebruik van elektriciteit en moeten vooral in de genoemde branches streng aansturen op energie-efficiëntie’, zegt Marcel van ‘t Hof.
De genoemde sectoren zijn verantwoordelijk voor 72 procent van het wereldwijde energieverbruik. Zij belasten het milieu fors. Bedrijven krijgen hierdoor ook met steeds hogere kosten te maken. Wil Nederland concurrerend opereren, dan zijn volgens Van ‘t Hof drastische maatregelen in de toekomst essentieel: een rigoureuze aanpak is noodzakelijk.