Toenemende zorgen over het milieu en bewustzijn van klimaatveranderingen hebben ervoor gezorgd dat verschillende industrieën in de belangstelling staan en hun milieubeleid tegen het licht moeten houden. De wereldwijde ict-sector als voorbeeld, is verantwoordelijk voor 2 tot 3 procent van de wereldwijde kooldioxide-uitstoot, waarvan weer een kwart door datacenters.
Het terugdringen van energieverbruik is nog nooit zo actueel geweest, inefficiënt energiegebruik staat in toenemende mate op de directieagenda. Dit samen met de recente economische teruggang en de prijs van ruwe olie zorgt er voor dat ict-managers onder druk staan om kosten te besparen. De ‘groene' agenda staat hoog op de prioriteitenlijst. Het datacenter is voor bedrijven die kijken naar groene mogelijkheden een logische plaats om te beginnen. Europese bedrijven besteden meer aandacht aan groene ict vanwege mogelijke kostenbesparingen en toenemende regelgeving.
Emissiehandel
In 2005 heeft de Europese Unie (EU) het concept van een emissiehandelssysteem (EU ETS) geïntroduceerd. Het is een grote pijler van het EU-klimaatbeleid en het grootste multinational emissiehandelssysteem van de wereld. Als deel van het EU ETS moeten grote kooldioxide uitstoters binnen de EU hun uitstoot monitoren en jaarlijks rapporteren. Bedrijven moeten vervolgens vergunningen kopen voor iedere ton aan kooldioxide die ze uitstoten, waarbij de hoeveelheid kooldioxide ieder jaar vastgesteld en verlaagd wordt.
Het emissiehandelssysteem is in essentie ontworpen om investeringen die CO²-uitstoot terugdringen te bevorderen. Ondanks dat dit het grootste CO²-handelssysteem ter wereld is, is het primair gericht op energie-intensieve sectoren zoals de metaalsector en olieraffinaderijen. Dit slaat een kloof richting sectoren waar het energiegebruik minder is, maar overall nog steeds veel energie verbruiken.
Terwijl de EU ETS een echte beloning heeft gecreëerd om energie-intensieve bedrijven hun energieverbruikpatroon aan te laten passen, blijven minder energieverslindende industrieën hierdoor ongemoeid. Omdat veel van deze ondernemingen nog steeds veel energie verbruiken zijn hiervoor vergelijkbare beloningen geïntroduceerd.
Klimaatdoelstellingen
In Nederland hebben de doelstellingen geleid tot het overheidsproject ‘schoon en zuinig: nieuwe energie voor het klimaat'. Het project loopt van 2008 tot 2011 met een oplopend jaarlijks budget van 1,5 miljard euro in 2008 naar 1,9 miljard euro in 2011. De doelen van het programma zijn het terugdringen van broeikasgassen met 30 procent in 2020 ten opzichte van 1990, de landelijke energiebesparing naar 2 procent per jaar brengen en het aandeel duurzame energie verhogen tot 20 procent van het totale energieverbruik in 2020.
Hoe kunnen ict-afdelingen en datacentermanagers zich voorbereiden op naleving van de klimaatdoelstellingen? Volgens het onderzoeksbureau Quocirca ziet 55 procent van de datacentermanagers de energierekening niet. Zonder inzicht in de energie die het datacenter verbruikt is het moeilijk om de juiste middelen in te zetten om het energieverbruik te optimaliseren.
In staat zijn om de lopende kosten van dataopslag te reduceren is een voor de hand liggend bedrijfsvoordeel, en toch wordt het niet gedaan. Senior ict-managers erkennen volgens onderzoek dat energieverspilling een key issue is binnen hun organisaties en geloven dat hun bedrijven een aanzienlijk deel van hun totale operationele kosten besteden aan energie. Alles bij elkaar geven meer dan de helft van de Europese technologieleiders aan dat ze voelen onder druk te staan om in de kosten te snijden en energieverbruik terug te dringen. Hoewel 50 procent aangeeft niet in staat te zijn om besparingen door te voeren, omdat energiebudgetten niet binnen hun verantwoordelijkheid valt.
In datacenters zijn lopende kosten en CO²-uitstoot afhankelijk van meerdere factoren, de architectuur, de serverconfiguratie, bekabeling, generatorondersteuning, airconditioning, etc. Een efficiënte stroomvoorziening en koeling van het datacenter zijn de grootste uitdagingen voor cio's en cfo's, en hier komen de klimaatdoelstellingen om de hoek kijken.
Lange termijn impact
De uitdaging voor bedrijven is dat de klimaatdoelstellingen meer betekenen dan een simpel CO²-beperkinginitiatief. De wet dwingt bedrijven effectief om zich voortdurend te verbeteren, anders komen ze steeds lager op de lijst van CO²-uitstoters en moeten ze steeds meer betalen. De nadruk komt te liggen op het continue en meetbaar verbeteren, waarbij wordt gezocht naar de nieuwste mogelijkheden. Ict-managers zouden hun ervaringen en kennis met elkaar moeten delen.
Er bestaat geen twijfel over dat de invoering van regelgeving zoals de EU ETS en andere klimaatdoelstellingen om CO²-uitstoot terug te dringen kansen en uitdagingen creëren voor energie-intensieve industrieën en grote energieverbruikers in minder energie-intensieve sectoren. Organisaties die niet in staat zijn om te laten zien dat ze grip hebben op hun huidige en toekomstige energieverbruik, zullen hiervoor zwaar gestraft worden, maar de bedrijven die dit op een proactieve en meetbare manier aanpakken kunnen profiteren van aanzienlijke beloningen.
Omdat ict verantwoordelijk is voor een groot deel van het energieverbruik bij veel organisaties, zou dit de eerste prioriteit moeten hebben bij het profiteren van de mogelijke regelgeving rondom het EU ETS en de klimaatdoelstellingen. De uitdaging aangaan met de nieuwe regelgeving bespaart niet alleen kosten, maar zorgt ook voor een beter geoptimaliseerd datacenter in lijn met de snel veranderende behoeften en beschikbare middelen.
Maar ICT kan ook een grote bijdrage bieden aan het terugdringen van CO2. Indien het thuis/locatie-werken veel meer wordt gepropageerd (en vertrouwd door het management) worden veel minder auto- en filekilometers gemaakt.
Volgens mij moeten we allemaal eens nadenken over wat er nu precies in deze datacentre zit. 80% van de data is overbodig, niet meer relevant en verouderd, en wordt nog maar een enkele keer geraadpleegd. Dit kan natuurlijk prima vanuit een gecomprimeerd archief.
Een goed ILM en Archiveringsbeleid zal een grote ondersteuning zijn in de Kooldioxide-uitdaging.