Nederland is twee plaatsen gedaald op de ranglijst van de ict-concurrentiepositie van landen. Die lijst wordt jaarlijks samengesteld door de Economist Intelligence Unit en IBM. Nederland zakte van de derde naar de vijfde plaats. In vergelijking met hoger geplaatste landen speelt automatisering een kleinere rol bij overheden, zorginstellingen en het onderwijs. Daarnaast blijft Nederland achter op het gebied van glasvezelverbindingen en mobiele netwerken.
De daling van Nederland komt doordat voor het eerst de kwaliteit en snelheid van de verbindingen is meegenomen. Daardoor zijn de criteria aangepast. Aanvankelijk kwam Nederland vorig jaar uit op een vijfde plaats, maar die uitslag is aan de hand van de nieuwe uitkomsten herzien. Bovendien scoort ons land matig als het gaat om innovatie.
In de top van de ranglijst zijn de Scandinavische landen prominent aanwezig. Zweden staat op de eerste plaats, gevolgd door Denemarken. Finland behoort tot de grootste stijgers van de lijst. Het land klom van de tiende plaats naar de vierde. Noorwegen eindigde op de zesde plaats.
De Verenigde Staten eindigt als derde. Verder valt op dat Aziatische landen als Taiwan, Zuid-Korea en Japan snel klimmen op de ranglijst.
Stijgende lijn
De ict-concurrentiepositie is gemeten aan de hand van bijna honderd criteria. Er is onder andere gekeken naar technologische infrastructuur, bedrijfsomgeving, overheidsbeleid, en naar de sociale, culturele en juridische omgeving.
Nederland liet sinds 2001 een stijgende lijn zien in de ranglijst. In 2004 bezette Nederland een achtste plaats in de ranglijst. In 2008 stond ons land op de zevende plek.