De frequentieveiling die het ministerie van Economische Zaken vanaf 20 april 2010 organiseert, kan doorgaan. Het kort geding waarin telecomaanbieders KPN en Vodafone elk uitstel van de 2,6 GHz-veiling eisten, is door de voorzieningenrechter in Rotterdam van tafel geveegd. Dat bevestigen KPN en Vodafone. De rechtbank was niet bereikbaar voor commentaar. De definitieve uitspraak volgt uiterlijk dinsdag 20 april, de dag dat de veiling begint.
Vodafone is teleurgesteld over de uitspraak van de voorzieningenrechter, meldt het bedrijf in een communiqué. De aanbieder blijft van oordeel dat er te veel onduidelijkheden zijn om het spectrum goed te kunnen waarderen. Bovendien zouden de beperkte kavels waarop het bedrijf kan bieden een gelijkwaardige veiling met eerlijke kansen in de weg staan.
KPN wil inhoudelijk nog niet reageren op de uitspraak en wacht de inhoudelijke argumentatie van de rechter af. Het bedrijf houdt in zijn frequentieplanning rekening met de voorwaarden van de veiling en gaat door met zijn voorbereidingen, meldt de aanbieder.
Uitstel
Onafhankelijk van elkaar spanden KPN en Vodafone een kort geding aan tegen het ministerie van Economische Zaken. De twee zijn niet te spreken over de voorwaarden die EZ aan de veiling stelt en eisten uitstel van de veiling van de 2,6 GHz-frequentie waarmee het ministerie op 20 april 2010 van start gaat. Bovendien vindt Vodafone dat de overheid eerst duidelijkheid moet scheppen over het te voeren spectrumbeleid in Nederland.
Bij de veiling kunnen de drie grote mobiele aanbieders KPN, Vodafone en T-Mobile gezamenlijk maximaal 30 procent van de geveilde frequentieband bemachtigen. 70 procent reserveert het ministerie voor nieuwkomers op de telecommarkt om de concurrentie te bevorderen.