Virtuele desktop infrastructuur, waar staan we?
In ruim drie jaar tijd is servervirtualisatie een bekend fenomeen geworden. Nagenoeg elke ict'er heeft de afgelopen drie jaar te maken gehad met deze vorm van virtualiseren. Alle voordelen (maar ook nadelen) zijn voor iedereen wel bekend.
Nu zijn we op zoek naar de antwoorden rondom vrtuele desktop infrastructuur. Is dit toepasbaar voor iedereen en elke organisatie? Moet ik product X of product Y inzetten? Wat levert het me op, wat gaat het me kosten? Moet ik nu investeren in deze technologie of nog een half jaar wachten op versie +1? Hoe kan ik het beheren?
Net als bij de adoptiefase bij servervirtualisatie zie ik momenteel dat VDI nog (te) kleinschalig wordt ingezet. Bij servervirtualisatie werd vaak eerst een test- of acceptatie-omgeving geplaatst op een virtuele serverinfrastructuur. Pas na bewezen stabiliteit werd bijvoorbeeld ook de productie-omgeving gevirtualiseerd. Deze methodiek is natuurlijk ook deels parallel door te trekken naar desktopvirtualisatie. De technologie is volwassen. De ontbrekende puzzelstukjes in de techniek worden momenteel erg snel ingevuld, dus daar zie ik geen directe showstoppers.
Belangrijk is dus te gaan kijken naar alle zaken rondom VDI. Denk hierbij niet alleen aan welk product het beste past in de organisatie, maar ook aan hoe technisch een applicatie aan een gebruiker aangeboden gaat worden. Wat heeft de inzet van VDI voor gevolgen voor de licentiestructuur? Want VDI is zeker niet 'one size fits all'. Het begrip wordt vaak als containerbegrip geplaatst, maar zoals iedereen weet, wordt juist op de 'werkplek' het onderscheid gemaakt. Hoe medewerkers gebruik maken van tools of van welke tools, zijn juist hier onderscheidend.
Tenslotte is bij een goede voorbereiding het ook belangrijk het element beheer mee te nemen. Voor deze afdeling kan immers veel veranderen. Maak het inzichtelijk, bespreekbaar en kijk naar de realiteit. Wat gebeurt er met de rol van de werkplekbeheerder?
Zoals ik zei zijn veel VDI-omgevingen nu nog (te) kleinschalig. Want bijvoorbeeld de uitrol van een nieuw besturingssysteem als bijvoorbeeld Windows 7, kan een ideaal moment zijn voor toepassen van VDI. Maar ook de ontwikkeling en vraagstelling zoals 'bring your own device' komt steeds vaker om de hoek kijken. Ik zie deze vraag letterlijk regelmatig voorbij komen. Als organisatie wil je dat iedereen wel dezelfde basissystemen gebruikt en de eindgebruiker wil dit bijvoorbeeld benaderen via een Apple. Technologie als VDI maakt dit mogelijk, beheersbaar en geeft invulling aan beide zijdes van de medaille. En eenzelfde vrije invulling willen medewerkers over hun tijd of locatie van werkzaamheden. VDI is een mede-enabler van het nieuwe werken.
Mijn mening: VDI is adolescent. Geef VDI nog één tot twee jaar en de adoptiefase is overgegaan naar een mate van volwassenheid als servervirtualisatie. Deze tijd kan mooi gebruikt worden door producenten om echt de puntjes op de i te zetten en voor organisaties om zich te oriënteren. Daarom adviseer ik bij huidige 'werkplekvervangingen' VDI al mee te nemen in de besluitvorming. Maar ook als jouw onderneming het nieuwe werken wilt adopteren of bijvoorbeeld duurzamer wilt gaan ondernemen. Soms past het namelijk naadloos in de ontwikkeling van jouw organisatie en/of naast nieuwe applicatievirtualisatie. En dan is het toch zonde om de voordelen te laten liggen.