Het implementeren van een basisregistratie wordt vaak gezien als einddoel, het is echter het begin.
01-01-10, een mooie datum om te onthouden. Vanaf die datum moeten overheden met een publieke taak gegevens uit de GBA afnemen en gebruiken en zullen ruimtelijke plannen die ter visie worden gelegd voldoen aan de wettelijk verplicht gestelde digitale standaarden in het kader van de Wro. Dit zijn slechts twee voorbeelden uit een stelsel basisregistraties en stimuleringsprogramma's die tot doel hebben het creëren van een andere overheid die bij haar taakvervulling gebruik maakt van de essentiële en betrouwbare gegevens uit deze bronnen. Het tijdig geïmplementeerd hebben van de technische oplossing tezamen met een handboek wordt vaak gezien als het eindpunt, dit in tegenstelling tot wat de doelstelling beoogt. Hier start de mogelijkheid om de taakvervulling in te richten.
Aan een lege huls wordt geen waarde toegedicht. Pas als er kruit in zit en een richting wordt bepaald, kan de kogel door de kerk. Het doel bereiken kan niet zonder kruit. De gegevensbronnen dienen gevuld en onderhouden te worden. De terugmeldplicht draagt hier een steentje aan bij, al blijkt in de praktijk dat eind 2009 slechts 36 gemeenten aan de terugmeldvoorziening (TMV) van de GBA zijn gekoppeld. Zodra de gegevensbronnen zijn gevuld en het beheer van de data op orde is, komt het richten van het apparaat. Ofwel, hoe wordt invulling gegeven aan de manier hoe de overheid deze gegevensbronnen efficiënt inzet zodat zowel burger als overheid hiermee geholpen zijn? Wanneer de gemeenten beseffen dat dit efficiënt inzetten van gegevensbronnen een continu proces is, zal de bereidheid hopelijk groeien om dit ook jaarlijks op de begroting te laten terugkeren. Dit geld is nodig om de veranderende behoefte, de technische mogelijkheden en de nieuwe wettelijke eisen te inventariseren zodat met gebruik van de bronbestanden een effectieve oplossing geboden kan worden.