Virtualisatie was in 2009 hét onderwerp van gesprek. Verwacht wordt dat in 2010 deze trend zal verder gezet worden en dat vooral het midden- en kleinbedrijf deze technologie gaat omarmen. Bedrijven houden zich echter teveel bezig met het zoeken naar een geschikt virtualisatieplatform, en besteden te weinig tijd aan het beschermen van hun gevirtualiseerde gegevens en het maken van back-ups binnen de virtualisatieomgeving wanneer het selectietraject eenmaal is voltooid.
Het is belangrijk om rekening te houden met het feit dat virtuele servers aan net zoveel downtimescenario´s worden blootgesteld als hun traditionele fysieke tegenhangers, of het nu gaat om natuurrampen, computervirussen of beschadiging van vaste schijven. Daarnaast bestaat de kans op andere calamiteiten die verband houden met de aard van virtualisatietechnologie.
Cruciaal
Voor bedrijven is het dan ook van cruciaal belang om hun virtuele back-up- en disaster recovery-strategie serieus ten uitvoer te brengen. Ze moeten vaststellen van welke gegevens een back-up moet worden gemaakt, en met welke regelmaat. Verder dienen ze ervoor te zorgen dat back-ups op vooraf geplande tijdstippen worden uitgevoerd, zodat de ict-bronnen niet onnodig worden belast. Dit zijn stuk voor stuk aspecten die in de praktijk moeilijker kunnen blijken dan verwacht.
Een cruciale vraag waarop ict-managers een antwoord moeten bieden, is of er een back-up moet worden gemaakt van de volledige server of slechts van individuele virtuele machines. Er zijn twee manieren waarop je de gegevens op virtuele servers kunt beschermen. De eerste methode is om ´van buitenaf´ een back-up van de bestanden te maken, ofwel vanaf het host-besturingssysteem. Dit is een eenvoudige, maar niet al te betrouwbare aanpak die vaak zeer omvangrijke back-up bestanden oplevert.
De tweede manier is om ´van binnenuit´ back-ups te maken. Hierbij wordt elke virtuele machine behandeld als een individuele fysieke server waarvan een afzonderlijke back-up moet worden gemaakt. Deze methode is fijnmaziger en schaalbaarder dan het maken van back-ups vanaf het host-besturingssysteem. Het is echter een moeilijke opgave om back-ups te plannen zonder gebruik te maken van een speciaal voor dit doel ontwikkelde oplossing die de nodige beheermogelijkheden biedt.
Niet simpel
Binnen een zakelijke omgeving volstaat het niet om simpelweg een back-up van de hostserver te maken. Het is op deze manier namelijk niet mogelijk om op deze manier de volledige staat van de uitgevoerde virtuele machines vast te leggen. Hoewel het mogelijk is om een back-up van de virtuele machines te maken wanneer deze niet worden uitgevoerd, zal het nodig zijn om de virtuele machines uit te schakelen als je niet beschikt over een speciale back-up- en recovery-oplossing. Binnen de meeste bedrijfsomgevingen is dit echter geen haalbare kaart.
Binnen testomgevingen is het maken van back-ups ‘van buitenaf´ een levensvatbaarder methode. De reden hiervoor is dat de virtuele machines geen gebruikersgegevens bevatten, en naar alle waarschijnlijkheid niet non-stop zullen draaien. Aangezien het mogelijk is om de virtuele machines zonder ingrijpende gevolgen voor de bedrijfsvoering stop te zetten, is het maken van back-ups van deze virtuele machines ‘van buitenaf' de meest bruikbare aanpak.
Gemoedsrust
Het is van essentieel belang dat je over een krachtige back-up- en recovery-oplossing beschikt voor je de wereld van virtualisatie betreedt. Voor je aan het virtualiseren slaat, moet je je leverancier vragen of de back-up- en recovery-producten die je op het oog hebt geschikt en gelicenseerd zijn voor het gebruikte serverbesturingssysteem (bijvoorbeeld Microsoft Windows Server 2003). De verplaatsbaarheid is eveneens een belangrijk punt van aandacht. Het is niet altijd even eenvoudig om een back-up van een virtuele server naar een fysieke omgeving te herstellen of omgekeerd. Dit kan betekenen dat je slechts over een beperkt aantal herstelopties beschikt.
Er zijn speciale technologische oplossingen op de markt die gebruikers in staat stellen om gegevens van fysieke naar virtuele omgevingen en omgekeerd te verplaatsen. Managers van ict-organisaties en datacenters die het gevoel hebben dat ze een groot risico nemen door naar een virtuele omgeving over te stappen, krijgen op deze manier meer gemoedsrust en vertrouwen in de nieuwe technologie.
David Blackman, general manager Northern Europe Acronis
De titel van het artikel is nogal misleidend. Het suggereert dat in virtuele omgevingen er minder aandacht is voor backup. Echter is het zo dat de backup problematiek niet een probleem is van de virtuele omgeving, maar van de totale IT infrastructuur.
Als het in de fysieke omgeving niet goed is ingeregeld, dan kun je er vanuit gaan dat dat ook zo zal zijn in de virtuele omgeving.
Moraal is dus dat backup problematiek hetzelfde is in de fysieke omgeving als in de virtuele omgeving. De technologie is misschien anders, maar als punt bij paaltje komt dienen ze hetzelfde te leveren : het veiligstellen van data.
Daarbij komt nog een keer dat de backup van een virtuele omgeving meestal vele malen simpeler is dan een fysieke omgeving. Doordat virtuele machines in files worden opgeslagen kan men op elk moment(ook een draaiende server d.m.v. snapshot technologie) een backup maken en daarmee de bedrijfsdata veilig stellen.
Hiervoor zijn diverse producten tegen een betaalbare prijs op de markt voorhanden. Allen gericht om de gemoedsrust van de IT managers gerust te stellen. Punt daarbij blijft natuurlijk wel dat deze en goede backupstrategie voorhanden hebben,die zowel de fysieke als de virtuele omgeving in oogschouw neemt.
Onduidelijke of geen backup strategieen zie ik bij erg veel bedrijven. Klanten moeten zich meer gaan realiseren wat voor hun belangrijk is om te backuppen en wat zeker niet uit het oog verloren moet worden is de restore tijden.
Het backuppen lukt meestal nog wel binnen het backup window. Maar restore tijden kunnen vaak niet meer gehaald worden binnen de (eventuele) SLA.
Voor de rest ben het niet eens dat de traditionele manier van backuppen (agent in os) een onbetrouwbare methode is van backupppen. Deze methode kan voor veel mkb klanten best een goede oplossing zijn.
Ook hoeven servers niet gestopt te worden om gebackupt te worden. Dit is afhankelijk van de applicatie en backup software.
Belangrijkste is dat zeker met virtualisatie er een goede backup strategie aanwezig moet zijn. Met virtualisatie staat er steeds meer op het SAN. En vanuit de overheid dient data steeds langer bewaard te worden.
Backups van virtuele omgevingen maken het mogelijk om juist een een eenvoudiger oplossing voor de backup windows te realiseren. Doordat je nu eerder moet nadenken over een centrale dataopslag voor zowel OS (de Virtuele servers) als data (userdata, archief, databases), is ook de backup te splitsen in verschillende regimes. Een standaard OS kan wel 1 keer per maand worden weggezet, terwijl de userdata buvoorbeeld elke 3 uur wordt gesnapshot. Restore van een virtuele server kan op elk moment worden gestart. Afhankelijk van de grootte gaat dat snel of niet. Soms is een SLA sneller te halen door een nieuwe machine te clonen en deze van de juiste applicatie te voorzien. De data hadden we toch al gescheiden? Restoren van een virtuele backup naar een fysieke machine komt al helemaal niet meer voor. Weg schrijven naar een gededupte datastore op een andere lokatie geeft een enorme winst in retentie tijden. De verschillende servers zijn immers vrijwel hetzelfde (OS).
De backup strategie moet aanwezig zijn, maar deze is met virtualisatie ook eenvoudig in te voeren en de restores zijn ook snel te testen. Met bijv. Vizioncores vRanger wordt elke server die in een serverpool wordt bij geplaatst automatisch in de backup meegenoemen, zonder dat daar een configuratie aan te pas komt.
Piet Kiekebos
Getronics Consulting