Na ruim twee jaar speurwerk hebben onderzoeks-ict'ers 22 miljoen e-mailberichten van de regering-Bush teruggevonden. De correspondentie was zoekgeraakt nadat het oude elektronische opslagsysteem in 2002 aan de straat werd gezet. Het gaat om berichten die tussen maart 2003 en oktober 2005 door het Witte Huis werden verstuurd of ontvangen. Ze waren voorzien van een verkeerd label en daardoor onvindbaar geraakt.
Enkele Amerikaanse organisaties, die eerder van het Witte Huis geen inzage kregen in de documentatie over de verloren e-mails, spanden in 2007 een proces aan tegen de regering-Bush om de informatie alsnog boven water te krijgen. 'Het Witte Huis weet al jaren van de verloren e-mailberichten, maar weigert er iets aan te doen', zei een van de aanklagers destijds. Toen werd vermoed dat het om vijf miljoen berichten ging.
Van Irak tot Katrina
Kort na zijn aantreden in januari 2001 besloot president George W. Bush het oude e-mailopslagsysteem van het Witte Huis te vervangen. Het systeem was opgezet onder zijn voorganger Clinton. De Amerikaanse wetgeving gebiedt dat alle e-mailberichten verstuurd en ontvangen door het Witte Huis, worden opgeslagen. De periode waarover de e-mailwisselingen misten, startte bij de invasie in Irak en liep door tot na Orkaan Katrina.
Een oud-woordvoerder van de regering-Bush beweert overigens dat de miljoenen e-mails nog voor de inauguratie van Barack Obama waren teruggevonden en dat het slechts om een lastercampagne gaat. De achterhaalde correspondentie is inmiddels ondergebracht in het nationale archief van de Verenigde Staten. De stukken worden pas in 2014 openbaargemaakt.