Ik vroeg me laatst af of, indien ik nu van school zou komen, weer ambtenaar zou worden. Destijds, we praten over oktober 1981, begon mijn werkzame carrière bij de overheid. Dat was nog in een tijd dat de radio op kantoor verboden was, maar je er wel volop sigaren mocht roken. Pc’s op bureaus waren er nog niet, maar wel terminals voor een hele afdeling.
Referendaris Hobo sprak nog gewoon op autoritaire toon tegen een jonge ambtenaar als-ie met z'n handen in de zakken op de directievleugel liep. Mijn oudere collega Henk reageerde gelaten op de ene na het andere cultuurveranderingstraject en bleef onverstoorbaar hetzelfde werk op dezelfde wijze uitvoeren. Tegelijkertijd eindigden we steevast met de hele afdeling op vrijdagmiddag in de kroeg nadat we hadden afgesproken om na de borrel uit te klokken.
Om met dat laatste te beginnen, van dat biertje op de vrijdagmiddag is niets meer van over omdat we met al die parttimers geen vaste dag meer kunnen vinden voor 'n borrel. Dat lossen we nu op door in veel ‘communities' deel te nemen en elkaar via twitter te informeren.
Als ik nu zou gaan werken zou ik geen ‘groentje' zijn, maar een young potential. Dan zou ik me bezighouden met Het Nieuwe Werken en voeg ik aan al mijn plannen de aanduiding 2.0 toe. Ik heb geen vast bureau meer met de foto's van de kinderen erop, maar een flexplek en een 'lokker' waar mijn paperassen liggen. Ik ben trots op mijn werkgever omdat die gecertificeerd is.(!)
De vraag is of het echt allemaal zoveel beter is geworden of gaat worden. Leuk die ambtenaar 2.0- ambities, maar ondanks dat we een 'clean desk' nastreven en een digitaal archief hebben we nog nooit zoveel papier geprint. Managers sturen nog steeds op presentie in plaats van op resultaat, waardoor thuiswerken niet serieus van de grond komt. Daardoor moet ik nog steeds tijdens de spits naar en van kantoor. Met de kilometerheffing in voorbereiding geen aanlokkelijk perspectief.
Alle virtuele netwerken ten spijt, de verkokering is er nog steeds, evenals alle bestuurslagen.
Ik ben er nog niet uit, het wordt tijd voor een biertje met Henk.