Er zijn onvoldoende en te dure modems op de markt om bedrijven en consumenten over te laten stappen naar het internetprotocol versie 6. Dat stelt onderzoeksbureau TNO. 'In Europa en Amerika is er relatief weinig keus in IPv6-modems. Daarnaast zijn die modems relatief duur', zegt onderzoeker Silvain de Munck. De overgang van IPv4 naar een nieuwer protocol verloopt nog steeds langzaam.
In Nederland is het verschil in gebruik tussen IPv4 en IPv6 erg groot, stelt het onderzoeksbureau. Er zijn enkele internetserviceproviders die een verbinding die native over IPv6 werken. Een native verbinding is een IPv6-verbinding die werkt zonder IPv4. Er zijn ook internetserviceproviders die een IPv6-verbinding opzetten over een bestaande IPv4-verbinding.
Nederland behoort tot drie Europese landen waar relatief al veel IPv6-blokken zijn aangevraagd bij RIPE NCC, dat de blokken uitdeelt. Het aantal uitgegeven blokken zegt echter niets over het gebruik van het protocol. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk hebben meer blokken aangevraagd. In Frankrijk, Denemarken en Finland is er minder animo voor IPv6. Toch wil het niet zeggen dat Nederland het goed doet. 'Nederland is een van de betere in de categorie slecht', zegt De Munck.
Langzame overgang
Het onderzoeksbureau maakt zich zorgen over de trage overstap op IPv6. Een snelle overgang is gewenst, omdat het aantal internetadressen in 2012 anders op is. Er kunnen dan geen nieuwe apparaten meer op internet worden aangesloten. Daarom is IPv6 ontwikkeld. Inmiddels zijn al een aantal apparaten voorzien van een IPv6-adres. Maar een apparaat met uitsluitend een IPv4-adres kan niet communiceren met apparaten met uitsluitend een IPv6-adres.
De overgang naar IPv6 verloopt langzaam omdat er extra investeringen nodig zijn om het netwerk klaar te maken voor het nieuwe internetprotocol. Deze investeringen leveren niet meteen nieuwe mogelijkheden of opbrengsten op, zegt het onderzoeksbureau.
Waarom IPv6?
Een internetadres bestaat uit een aantal cijfers. Bij het internetprotocol versie vier (IPv4) zijn er vier miljard combinaties mogelijk. Dat zijn er niet genoeg om alle apparaten ter wereld van een ip-nummer te voorzien. Daarom is een nieuw internetprotocol ontwikkeld: IPv6. De voorspellingen lopen uiteen, maar verwacht wordt dat er in 2010 geen IPv4-adressen meer zijn. Voor die tijd moet worden overgestapt op IPv6. Als dat niet gebeurt, zullen delen van het internet alleen IPv6 ondersteunen, omdat er geen IPv4-adressen meer zijn. Wie de overstap naar IPv6 nog niet heeft gemaakt, kan dan niet meer communiceren met het "IPv6-only" deel van het internet.
Er worden in bovenstaande tekst enkele juiste constateringen gedaan, maar er staan ook een paar opmerkingen in waar kanttekeningen bijgemaakt moeten worden.
Zo is een modem een instrument dat een stroom bits moduleert zodat het over een WAN verstuurd kan worden. Een modem heeft geen weet van IPv4 of IPv6. Het apparaat dat op basis van IP-adressen beslissingen neemt, heet een router. Nu wordt door consumenten zeer slordig met de termen modem en router omgegaan, maar dat is geen reden voor een onderzoeksbureau als TNO om dat ook te doen. Daarom is de uitspraak dat ?dure modems? een probleem zijn, gewoon onnauwkeurig taalgebruik.
Vervolgens is er maar ??n reden waarom IPv6 ooit IPv4 zal gaan verdringen: IPv6 lost het probleem op dat er een tekort aan IPv4-adressen komt. Dit tekort zal de consument een zorg zijn. Die krijgt zijn IPv4-adres van zijn provider. Gezien alle providers op dit moment nog IPv4-adressen hebben, is er voor de thuisgebruiker geen enkele reden om nu naar IPv6 over te stappen.
Ten slotte: voor bedrijven zal er ooit een datum komen dat ze van IPv4 naar IPv6 over moeten. Dat zal niet in 2012 zijn. Dan kunnen ? mogelijk ? geen nieuwe IPv4-adressen meer uitgedeeld worden. Echter, al bestaande IPv4-netwerken blijven gewoon werken en het kan nog jaren duren voor een bedrijf op een punt komt, dat het moet migreren.
Het echte probleem voor een bedrijf is niet de eventuele aanpassingen om de enterprise-routers geschikt te maken voor IPv6. Wat de organisatie wel op kosten zal jagen, is het feit dat alle applicaties getest of gecontroleerd moeten worden om te zien of ze probleemloos op IPv6 zullen werken. In feite moet precies dezelfde exercitie gedaan worden als 10 jaar geleden gedaan is om te kijken of alle applicaties millenniumproof waren.
Nu wist iedereen dat 31 december ?99 de datum was waarop alles millenniumproof moest zijn, maar het tijdstip dat een organisatie echt over moet naar IPv6 is niet zo duidelijk. Voor alle bedrijven zal dit moment ergens tussen 2012 en 2020 liggen. Samengevat: vrijwel geen bedrijf weet wanneer ze er voor moeten budgetteren, maar er komt gewoon een nieuw ?millennium? probleem op hen af.
@Ed van der Salm
Ik ben het met u eens dat je eenvoudigweg niet wilt dat ieder device continu traceerbaar met het internet verbonden is.
Uw stelling dat het MAC-adres van de PC altijd een onderdeel vormt van het IPv6 adress is echter niet juist.
U kunt uw IPv6 adresruimte indelen zoals het u uitkomt, zonder daarbij gebruik te maken van het MAC-adres.
In dat geval zult u echter wel uw DHCP-server goed moeten inrichten, en dat is voor veel particulieren en kleine bedrijven best moeilijk.
Ook de firewall server zal veel belangrijker worden dan in het verleden het geval was, NAT zorgde in het verleden voor een ingebouwde extra veilgheidslaag die nu vervalt.
Volgens mij zijn er ook NAT implementaties voor IPv6 mogelijk.
En mogelijk is dat ook de oplossing voor alle thuisgebruikers en bedrijven, intern gewoon IPv4 blijven gebruiken, en naar de externe communicatie (in routers en firewalls) de vertaling naar IPv6 doen. Zo kun je dan zelfs een website hosten intern op een IPv4 adres en de vertaling op je firewall laten plaatsvinden naar een IPv6 adres geleverd door je provider.
Verder kun je IPv6 enorm op weg helpen door software updates vrij te geven voor al bestaande hardware. Neem bijvoorbeeld de Linksys routers die veel mensen thuis hebben, daar is van DD-WRT software voor dat IPv6 aankan, Cisco zou dat ook als update in hun eigen software kunnen aanbieden, alleen moeten de leveranciers wel gestimuleerd worden door de overheid via wetgeving of subsidie. En hetzelfde kan voor de zakelijke routers, al dan niet met een geheugenuitbreiding om de software te kunnen laden.