De Vrije Universiteit in Amsterdam centraliseert zijn ict-omgeving. Nu hebben alle twaalf faculteiten nog een eigen ict-beleid en medewerkers. Vanaf januari migreren de faculteiten naar de centrale omgeving die inmiddels is aangelegd.
‘Vanaf oudsher heeft iedere faculteit zijn eigen ict’, vertelt operationeel directeur Chris Slijkhuis van Universitair Centrum IT. De universiteit had wel een centrale ict-afdeling die verantwoordelijk was voor het netwerk, de software licenties en een SAP-systeem, maar verder waren de ict-afdelingen van de twaalf faculteiten zelfstandig. ‘Er waren ook geen afspraken over standaarden gemaakt’, zegt Slijkhuis.
In 2007 ontstond het idee om de ict van de universiteit te centraliseren. ‘We hebben eerst aan een shared service center gedacht, maar we wilden meer zijn dan dat, namelijk ook een partner.’
De universiteit bouwde vanaf de grond op een nieuwe infrastructuur. ‘Er zijn andere universiteiten geweest die ervoor kozen de gedecentraliseerde afdelingen aan elkaar te koppelen. Het duurde lang om daarna te consolideren’, merkt Slijkhuis. De VU koos daarom een nieuwe infrastructuur en besloot alle faculteiten daarna gefaseerd naar deze infrastructuur te laten migreren.
Storage Area Network
Inmiddels heeft de universiteit een nieuw storage area network (san) staan. Dat deed het samen met HP, Scholten Awater en Proact. Deze omgeving is inmiddels klaar, maar moet alleen nog gedeeltelijk naar een andere lokatie worden verplaatst.
Daarna vindt de migratie van de mailomgeving naar Exchange 2010 plaats. De mailomgeving wordt nu getest, 150 mailboxen werken nu met Exchange. De overige mailboxen gaan nog voor het einde van het jaar naar de nieuwe omgeving over.
De VU heeft meer dan twintigduizend studenten en vierduizend medewerkers.