Peter Jager (49) is directeur van VCD Infra Solutions, een zelfstandige divisie van de VCD IT Groep. Hij woont in het noorden en werkt één dag in de week in de vestiging in Eindhoven. De autorit daarheen vindt hij een ideaal moment om telefoongesprekken te voeren.
1 Je hebt Semitische taal- en letterkunde gestudeerd. Hoe kom je van daaruit in de ict terecht?
Toen ik klaar was met mijn studie waren er veel ict’ers nodig en heb ik meegedaan aan een omscholingsproject. Ik heb van alles gedaan, maar kwam snel in de managementfuncties terecht. Waarschijnlijk omdat ik tijdens mijn studie geleerd heb te analyseren en vervolgens een koers uit te zetten.
2 Wat is de grootste fout die je in je carrière gemaakt hebt?
Als software test manager ben ik eens vergeten een testgrapje te verwijderen. Op de eerste dag dat het programma draaide, kreeg iemand bij mijn klant een vraag voor zijn neus als: "Zit je nu nog te slapen, sufferd?" Dat viel op de vroege maandagmorgen niet in goede aarde.
3 Waar zou je nooit kunnen werken?
In een omgeving waar geen aandacht is voor mensen. Veel ict-bedrijven realiseren zich te weinig wat het belang van mensen is binnen hun organisatie. Op papier kan een afdeling misschien wegbezuinigd worden, terwijl de mensen die daar zitten vaardigheden kunnen hebben die je elders juist heel goed kunt gebruiken.
4 Waarom staat De Denker van Rodin op je bureau naast een brandweerauto?
Ze staan symbool voor de combinatie van denken en doen. Technische mensen hebben de neiging om heel hard te gaan rennen als er iets mis is. Ze willen het technische probleem opsporen en oplossen. Natuurlijk is dat belangrijk, maar we moeten er eerst voor zorgen dat de klant verder kan.
5 Is de ict volwassen?
Nee, om meerdere redenen. De sector is nog te veel productgedreven in plaats van klantgedreven en slecht gestandaardiseerd en het is methodologisch te ingewikkeld dat er steeds nieuwe producten bijkomen.
6 Wat is je grootste kracht?
Ik heb respect voor mensen, kan goed met ze praten en naar ze kijken. Het maakt niet uit of het leveranciers, klanten of medewerkers zijn.
7 Heb je tijd voor hobby’s?
Zeker, dat is een kwestie van goede afspraken maken met jezelf. Ik doe al tien jaar aan salsadansen. Mijn wekelijkse lesavond is een goed moment om afstand te nemen van zakelijke beslommeringen. Daarnaast besteed ik tijd aan mijn hond, mijn tuin, lezen en golven. Dat laatste is ook zakelijk handig.
8 Heb je er in je werk iets aan dat je soepele heupen hebt?
Ik zie wel een parallel tussen het dansen en mijn werk. Als man moet je de pasjes eerst uit je hoofd leren, dan vanuit je hart uitvoeren en vervolgens leiding geven aan je dame. Mijn werk voer ik ook in drie stappen uit, alleen leid ik daarin een hele groep mensen.
9 Denk je dat je op je zeventigste nog aan het werk bent?
Ik ben nu nog niet aan het plannen wanneer ik zal stoppen met werken, maar ik zie wel gebeuren dat de balans verschuift: van directeur naar adviseur. Als directeur heb ik vooral een sturende rol, terwijl ik het ook leuk vind om na te denken over het hoe en waarom. Daar heb ik nu te weinig tijd voor.
10 Kun je taken goed loslaten?
Dat denk ik wel. Ik geef mensen veel vertrouwen. Ik wil achteraf wel weten wat ze gedaan hebben, maar schrijf niet voor. Ik kan iedereen wel een spoorboekje geven om te voorkomen dat ze fouten maken, maar dan weet ik zeker dat ik tot mijn zeventigste veel moet werken.