In de mediawereld is het gezegde: Content is King. Hoe mooi je je tijdschrift ook vormgeeft of op glossy papier drukt, je verdient er alleen wat mee als het inhoud heeft. Maar in de ICT is er meer.
Content is in de mediawereld een verzamelnaam voor dingen als tekst en plaatjes. Het is het spul dat op je harde schijf staat of op een statische website. Applicaties daarentegen zijn traditioneel de databases waar je met allerlei formulieren gegevens in stopt, en rapporten uit haalt.
In het interactieve tijdperk vervagen de grenzen. Is een spreadsheet content of een applicatie? Voor hyvers is Hyves geen applicatie, maar de toegang tot wat je vrienden te zeggen hebben, en de vrienden van je vrienden. Dat netwerk, het koppelen van die vrienden, en de manier waarop de hyver zelf vormgeeft aan de eigen pagina is een vorm van ‘content'. SAP is ook een sociaal netwerk, het dient om interactie met je collega's te hebben.
Ook technisch vervagen de grenzen. We kennen al een contentdistributienetwerk (cdn), die plaatjes en tekst leveren vanuit de server die het dichtste bij de lezer staat. Maar een relatie van mij heeft van haar website niet alleen de plaatjes in het CDN gezet, maar ook hele brokken van de applicatiecode. Die draait dan op een server in de cloud, of juist in de browser van de gebruiker. Op haar eigen website staat dan alleen nog maar de (privacygevoelige) afhandeling van formuliergegevens. Het CDN is dan geluidloos opgewaardeerd tot applicatiedistributienetwerk.
Marshall McLuhan zei al in de jaren zestig: 'the medium is the message'. De manier waarop de boodschap wordt gebracht maakt deel uit van de boodschap. De moderne variant is: de applicatie is de content. Voor de ontwikkeling van it kunnen we dus maar beter uitgaan van de interactie tussen de gebruikers, in plaats van de interactie van de gebruiker met de applicatie.
Peter van Eijk is onafhankelijk adviseur (www.digitalinfrastructures.nl).
…en die CDN is er ook met IPv6 ondersteuning …