De machtspositie van ict-dienstverleners bij faillissementen wordt beperkt. Rechters kunnen leveranciers dwingen om door te leveren aan een failliete klant. Ict-leveranciers proberen bij het toenemende aantal faillissementen voor te dringen op andere schuldeisers. Dat doen ze bijvoorbeeld door de dienstverlening te staken in de cruciale fase van een doorstart van de klant. Ook gebruiken ze het stopzetten van ict als dwangmiddel om in gesprek te komen met de curator.
Door de zware economische omstandigheden gaan steeds meer bedrijven bankroet. Ict-leveranciers gebruiken het dreigement om de dienstverlening te staken als dwangmiddel om openstaande rekeningen betaald te krijgen. Door het dreigement proberen de ict-bedrijven zich boven andere schuldeisers te plaatsen. Ze hebben een monopoliepositie doordat ict steeds vaker een hoofdrol in de bedrijfsvoering vervult.
Afkoelingsperiode
Nieuwe wet- en regelgeving moet die machtspositie inperken. Zo kan een curator een leverancier verplichten om ict-diensten te blijven leveren aan een failliete klant. Dat staat in een wijzigingsvoorstel van de Faillissementswet. Daarin staat dat een betalingsachterstand uit het verleden geen grond is waarop de leverancier zijn diensten mag staken. Het voorstel bepleit een periode van drie maanden die automatisch ingaat nadat een bedrijf is verklaard, de zogenoemde afkoelingsperiode. In die tijd mag een leverancier niet zomaar zijn ict-diensten stopzetten.
In de afkoelingsperiode maakt een curator de balans op van de schuldeisers. Een insolventiejurist onderzoekt vaak de mogelijkheden van een doorstart. De failliete klant moet wel voor de voortgezette dienstverlening betalen. De voorgestelde wijziging geldt alleen voor leveranciers van goederen of diensten die voor voortzetting van het failliete bedrijf noodzakelijk zijn. Het staken van bijvoorbeeld boekhouding als webdienst kan een definitieve nekslag voor een bedrijf betekenen. Bovendien kan het boekenonderzoek van de curator niet plaatsvinden als de ict-leverancier in een cruciale fase de stekker eruit trekt.
Rechtszaak
De Tweede Kamer moet het wijzigingsvoorstel van de Faillisementswet nog goedkeuren, maar het voorstel dient al als leidraad bij rechtszaken.
Begin 2009 wilde ict-leverancier Siennax de stekker uit de ict-infrastructuur van het failliete kledingbedrijf Oilily trekken. Het modebedrijf had rekeningen bij de ict-leverancier openstaan. Een rechter verplichtte de leverancier om de dienstverlening tegen betaling van de klant met een maand voort te zetten. De rechter woog bij die uitspraak mee dat gebruik van ict cruciaal was voor een doorstart van het modebedrijf.
Afsluiten
Dat het afsluiten van ict-diensten een doorbraak kan opleveren in onderhandelingen over openstaande rekeningen, bewees leverancier e-PrivateOffice. Om een curator tot onderhandelen te dwingen, staakte het bedrijf in augustus 2009 de ict-dienstverlening aan onderdelen van energiebedrijf Eneco. Het ging om bedrijfsonderdelen van het grotendeels failliet verklaarde energiebedrijf Econcern. Die bedrijfsonderdelen maakte een doorstart bij Eneco. Volgens e-PrivateOffice directeur Reinier Muller probeerde zijn bedrijf al twee maanden tevergeefs met de curator in gesprek te komen over een nog openstaande bedrag van 1,3 miljoen euro.
De leverancier staakte de ict-diensten, waardoor medewerkers van het energiebedrijf geen toegang tot e-mail, internet, vpn-verbindingen en gehoste applicaties hadden. Nadat de curator de betaling voor de voortgezette dienstverlening aan de doorgestarte bedrijfsonderdelen verzekerde en de 1,3 miljoen euro werd opgenomen in de lijst van schuldeisers, werd de dienstverlening hervat.
Recordaantal faillissementen
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) noteerde in de eerste helft van 2009 een recordaantal faillissementen. Het totaal aantal bedrijven dat over de kop ging is meer dan verdubbeld ten opzichte van het eerste halfjaar van 2008. Het aantal bankroete particulieren is 16 procent hoger dan een jaar eerder. In totaal is van 1800 particulieren en 3500 bedrijven en instellingen het faillissement uitgesproken. Sinds het begin van de jaren tachtig , toen het CBS begon met de faillissementenstatistiek, zijn er nog nooit in een halfjaar zo veel faillissementen geweest.
Je kunt als leverancier natuurlijk lering trekken uit deze lessen en in al je contracten clausules op laten nemen op dit voor te zijn. Het zou een beetje maf zijn als “de rechtspraak” (voor wie eigenlijk?) je als leverancier kan gaan verplichten om je diensten gratis te moeten blijven aanbieden. Of als leverancier ga je grondiger aan de slag VOORDAT je een nieuwe klant aanneemt. Zonder leverantie aan een dubieuze klant heb je ook geen gez*** achteraf 😉
Dit was in veel gevallen voorheen ook al zo, in geval van een surseance.
Ik ben wel benieuwd wat de toekomst gaat brengen met steeds meer toepassingen die aangeboden worden in een SAAS model.
Hoe lang moet je als leverancier respijt geven bij uitgebleven betaling (voor surseance/faillissement) en in hoeverre zou je aansprakelijk gesteld kunnen worden als je dienstverlening stopt waardoor het omvallen versnelt (het is ver gezocht maar het blijft Nederland ;)).