Efficiëntie en kostenbesparingen zijn in de huidige economische crisis steeds belangrijker. Toch zijn veel medewerkers die in remote kantoren (vestigingen buiten het hoofdkantoor) werken niet in staat om hun werktijd effectief te benutten. Dit blijkt uit onderzoek van Riverbed Technology* onder 362 medewerkers van internationale bedrijven in Europa, de VS en Australië. Eén van de belangrijkste oorzaken hiervan is dat ze trage toegang hebben tot de centrale applicaties en data via Wide Area Networks (WAN).
Veel bedrijven hebben tegenwoordig vestigingen die honderden en soms zelfs duizenden kilometers van het hoofdkantoor zijn gevestigd. Tegelijkertijd centraliseren deze organisaties hun IT om kosten te besparen en data veiliger te beheren. Door deze centralisatie ontstaat een grotere afstand tussen de medewerkers op de verschillende locaties en daarmee ook tussen de applicaties en data waar ze dagelijks mee werken. Deze afstand zorgt ervoor dat er langzame performance is over het WAN, wat weer effect heeft op de productiviteit. Hierdoor worden doelstellingen voor besparingen bij gecentraliseerde projecten niet behaald.
In het onderzoek werd medewerkers van deze organisaties gevraagd wat voor effect een langzame performance op hun werkzaamheden heeft. Hieruit kwam naar voren dan bijna 30 procent van de gebruikers buiten het hoofdkantoor zo’n twee tot drie uur per week bezig is met toegang krijgen tot documenten en applicaties op het bedrijfsnetwerk. Twintig procent van de ondervraagden verliest één tot twee uur per week door dataproblemen en bijna een derde van de medewerkers wacht 30 minuten tot een uur om bij bestanden te komen. Slechts 14 procent van de medewerkers in een remote kantoor is volledig tevreden met de applicatieperformance en is minder dan 30 minuten per week kwijt aan lange wachttijden.
De opties: wachten of niet?
Lange wachttijden vertragen het individuele werk. Daarnaast worden de workflows van de meerderheid van de medewerkers op een remote locatie constant verstoord. De helft van de ondervraagden moet gemiddeld één tot twee keer per week stoppen met een taak vanwege de trage responstijd. Voor ruim een kwart van de medewerkers is het nog erger; zij moeten drie tot vijf keer stoppen met waar ze mee bezig zijn. Bijna 20 procent geeft aan dat zij meer dan vijf keer per week een taak moeten staken, omdat ze niet langer kunnen wachten op de data die ze nodig hebben. Slechts vijf procent van de ondervraagden zegt dat ze hun taken altijd kunnen afronden zonder storingen.
Wat doen medewerkers terwijl ze wachten?
Medewerkers gaan tijdens lange wachttijden meestal surfen op het internet (32%) of nemen koffiepauze (29%). Anderen bezoeken tijdens deze ‘verplichte’ pauzes sociale netwerken (ruim 12%) of lezen hun privémail (8%). Ruim vijf procent van de ondervraagden gaat een sigaret roken en een magere 14 procent zegt dat ze deze tijd gebruiken om met andere werkgerelateerde taken aan de slag te gaan.
Overwin slechte performance met WAN-optimalisatie
De oorzaken van dataproblemen en slechte toegang tot applicaties over het WAN kunnen worden onderverdeeld in drie gebieden:
1. Geen toereikende bandwijdte vanwege teveel verkeer of onvoldoende bandwijdte
2. Traagheid veroorzaakt door inefficiënt transport of netwerkprotocollen over het WAN
3. Inefficiëntie van ‘communicatie’ van de applicatie over het WAN
Organisaties die kosten willen besparen met IT-consolidatie zonder de productiviteit van de medewerkers te beïnvloeden hebben een oplossing nodig die deze drie problemen aanpakt.
Riverbed WAN-optimalisatie pakt deze probleemgebieden aan. De applicatieperformance tussen het centrale systeem en de remote locaties wordt gemiddeld vijf tot 50 keer en soms zelfs 100 keer sneller. Wereldwijd zetten ruim 6.000 organisaties Riverbed-producten in, zodat remote medewerkers bijna real-time toegang hebben tot applicaties en data. Veel van deze organisaties vertrouwen op Riverbed om de performance van hun gehele IT-infrastructuur te verbeteren.
* Voor dit onderzoek werden 362 medewerkers van internationale bedrijven in de leeftijd van 20-55 jaar ondervraagd. De medewerkers zijn werkzaam in Europa, de VS en Australië.