Tijdens de warme zomerdagen kan een datacenter snel oververhit raken. In de meeste gevallen is dat te wijten aan een slecht functionerende koeloplossing. Het probleem kan bij de koeloplossing zelf liggen, maar vaak spelen er ook andere factoren mee. Een op volle toeren draaiende bedrijfsairconditioning verbruikt bijvoorbeeld op piekmomenten zoveel stroom dat de koelsystemen in het datacenter een groot deel van hun koelkracht kunnen verliezen, wat tot grote problemen met de servers leidt.
Een goede back-up- en recovery-strategie is dan geen overbodige luxe. Er zijn verschillende mogelijkheden die in veel gevallen afhangen van de Recovery Point Objective (RPO) en Recovery Time Objective (RTO). De RPO is het punt in de tijd voorafgaand aan de ramp vanaf wanneer de data hersteld moeten worden. De RTO is de tijd waarin de data na de ramp hersteld moeten zijn.
Double-Take Software heeft op basis hiervan een overzicht opgesteld van de meest gebruikte standaarden voor back-up en recovery.
– High availability: zorgt ervoor dat een real-time kopie van de data, zowel host-gebaseerd (asynchroon) als disk-gebaseerd (synchroon), zo snel mogelijk beschikbaar is. De RPO schommelt rond nul, de RTO rond de paar minuten;
– CDP of Continuous Data Protection: met deze technologie is het mogelijk naar ieder punt in de tijd terug te gaan, wat erg handig is om eerdere herzieningen van specifieke bestanden terug te halen. CDP is in sommige gevallen vereist om te voldoen aan wettelijke regelgevingen zoals Sarbanes Oxley. Hierbij is de controle en bewaring van verschillende documentversies verplicht. CDP is een granulair recovery-proces waarmee volledige servers worden hersteld, maar ook één enkele e-mail;
– System State of Server Image Recovery: deze oplossing levert images van een bepaalde server, inclusief de system state, applicaties en data. De images zijn up-to-date door real-time replicatie. De RPO ligt dicht bij nul maar de RTO schommelt tussen twee en vier uur. Dit komt omdat het recovery-proces gebaseerd is op de hoeveelheid data. De oplossing is geschikt voor tier 2 en tier 3 servers waarbij een onmiddellijke beschikbaarheid niet nodig is;
– Snapshots: worden gewoonlijk iedere zes uur genomen. De RPO is het interval tussen twee series snapshots, de RTO bedraagt minder dan één uur;
– Tape back-up: wordt per server elke 24 uur uitgevoerd. De tape back-up heeft daarom een RTO en RPO van 24 uur.
"Enkele jaren geleden heeft Double-Take Software een recovery uitgevoerd bij een bedrijf waar het in het datacenter zo warm was geworden dat enkele batterijvoorzieningen ontploften. Double-Take Software heeft de kritieke servers meteen overgebracht naar een disaster recovery center en daar de data laten draaien tot de situatie in het datacenter opgelost was", zegt Peter Doens, Sales Manager Benelux bij Double-Take Software. "De RPO lag evenals de RTO in dit geval dicht bij nul. Hierdoor hebben alle medewerkers, op een paar minuten na, zonder problemen verder kunnen werken."