Adviesbureau PriceWaterhouseCoopers (PWC) heeft een kort geding tegen het ministerie van Defensie verloren. PWC vond dat zijn offerte voor het perceel veranderingsmanagement in het kader van het SAP-project Speer niet goed is beoordeeld. De organisatie eiste dat de overeenkomst die Defensie is aangegaan met concurrent PA zou worden verboden. De Haagse rechtbank stelt PWC in het ongelijk.
PWC was in de race voor de opdracht ‘Migratie project Speer eerste tranche Organisatieverandering’. Defensie gunde de opdracht echter aan concurrent PA Consulting Services. Het adviesbureau besloot daarop protest aan te tekenen, omdat het de waardering voor zijn offerte te laag vond. Bovendien meende PWC dat het ministerie in de beoordeling nieuwe criteria en andere wegingsfactoren heeft gebruikt. Het bedrijf trachtte via een kort geding bij de voorzieningenrechter in Den Haag de gunning van de order aan PA te blokkeren.
De Haagse rechtbank heeft echter alle bezwaren van PWC van tafel geveegd. Volgens de rechter is het conceptplan van PWC afdoende onafhankelijk beoordeeld. Er zou bovendien niets mis zijn met de puntenwaardering die Defensie aan de afzonderlijke onderdelen (de optimalisatievoorstellen) heeft gegeven en aan het plan in zijn totaliteit. Volgens de rechtbank verwart PWC toelichtingen van de kant van het ministerie op gegeven scores met nieuwe criteria.
Ook heeft Defensie de einduitslag voldoende gemotiveerd. ‘Aan eiseres is immers een overzicht verstrekt van haar eigen scores en die van PA op de diverse onderdelen’, stelt de rechtbank in de uitspraak. Verder bood het departement PWC voldoende inzicht in de wijze waarop de beoordeling tot stand is gekomen. Het eindoordeel van de rechter luidt dat Defensie tijdens de aanbestedingsprocedure niet onrechtmatig heeft gehandeld.