Wereldwijd securityonderzoek relativeert het 'veilige' gevoel in Nederland ten opzichte van wat elders in Europa plaatsvindt.
Kortgeleden werd er een wereldwijd security onderzoek gepubliceerd waarbij meer dan 8500 consumenten is gevraagd naar hun mening over nationale, persoonlijke, internet en financiële security. Naast de gebruikelijke trenddata, hoe kan het ook anders, is in maart duidelijk geworden dat Europeanen steeds meer bezorgd zijn over financiële fraude ten tijde van deze recessie.
Niets nieuws onder de zon, temeer omdat de scheidslijn tussen wat acceptabel en frauduleus gekenmerkt kan worden, niet meer zo vast omlijnd is als we voorheen wel dachten. Zo ook het verschil tussen beloning en bonus, tussen spaarproduct en hypotheekafgeleide, tussen afspraak en interpretatie.
Maar hoe denken we in Nederland hierover in vergelijking met ons omringende landen? Het lijkt relevant, omdat fraude de neiging heeft zich in snel tempo te verplaatsen over de grenzen. Het consumenteninzicht helpt ons allemaal om na te denken over security policies, cultuur en maatregelen over landgrenzen heen.
Het onderzoek omvatte vijf Europese landen: België, Spanje, Duitsland, Nederland en de UK. Overige landen waren Australië, Nieuw Zeeland, Brazilië en de VS. Er werd een schaal gehanteerd van 0 tot 300, waar er bij 300 sprake is van traumatische angst.
Europese consumenten denken dat de recessie hen meer fraude brengt. Zo'n 61 procent denkt aan identiteits- of creditkaartfraude en dat de crisis dit substantieel versterkt. Zonder in detail te gaan een paar uitersten: 83 procent van de Spaanse consumenten en 72 procent van de Britse consumenten denken dit. In Nederland is dit ongeveer een derde. Daarbij is de indexscore in Nederland 86, zelfs nog lager dan een half jaar geleden. Blijkbaar maken we ons minder druk en slapen beter dan de rest van Europa.
Welterusten, Nederland.