Veelal is ict geneigd om nieuwe technologieën te gebruiken als aanvulling op bestaande architecturen. Het gevaar hiervan is dat de organisatie niet optimaal profiteert van de mogelijkheden. Dit artikel beschrijft een dergelijk voorbeeld rondom virtualisatie en de enterprise cloud.
Bij iedere vernieuwingcyclus van de ict-infrastructuur oriënteren organisaties zich op innovatieve concepten en technologieën. Dit om de ict-infrastructuur optimaal aan te laten sluiten bij de veranderende organisatiedoelstellingen. In de laatste zeven vette jaren werd hierbij veelal rekening gehouden met groeiscenario's. Meer functionaliteit en groei van het aantal gebruikers stelden hogere eisen aan de schaalbaarheid van het ict-platform.
De laatste jaren blonken de meest succesvolle producten en technologieën dan ook uit in schaalbaarheid. Zo beschikken bijvoorbeeld terminal server-infrastructuren en virtuele infrastructuren over deze kenmerken. Bij een overname of fusie werd de bestaande terminal server-omgeving uitgebreid. Het uitrollen van nieuwe functionaliteit was niet meer dan het toevoegen van de applicatie aan een applicatiepool en activeren van een virtuele server op basis van standaard templates.
Maar wat doe je in geval van krimp en hoe voorkom je des-investeringen?
Terecht stelt Sander Hulsman in zijn artikel van 22 april jl , dat infrastructuren flexibeler moeten worden. Vervolgens stellen meerdere van de geciteerde topicexperts dat dit ten behoeve van de business is. In hetzelfde artikel wordt ook verwezen naar ontwikkelingen, zoals virtualisatie, cloud computing en SOA. Al deze ontwikkelingen hebben een technische oorsprong, maar bieden ook nieuwe ontwerpkansen.
Een goed voorbeeld hiervan is virtualisatie. Deze technologie wordt in de praktijk vaak toegepast om de investeringen en kosten voor hardware, koeling en energieverbruik te reduceren. Echter biedt de volgende generatie virtualisatietechnologie ook kansen voor nieuwe architecturen, met de mogelijkheid om on-demand ict-infrastructuurcapaciteit (CPU, geheugen, opslag) op en af te schakelen. Met bijvoorbeeld outtasking van delen van infrastructuren worden oplossingen nog flexibeler en kunnen extra besparingen worden gerealiseerd.
Met virtualisatie worden servers en werkplekken niet meer dan bestanden en die bieden veel meer flexibiliteit. Door het kopiëren van een virtuele server hebben we een systeem dat we vervolgens op een willekeurige plaats weer kunnen starten. Het kopiëren van de data en de images (virtuele systeembestanden) is de basis voor online uitwijk naar een extern datacenter. Organisaties kunnen er in dit geval dus voor kiezen om een deel van hun infrastructuur te outtasken. Dus in plaats van te investeren in een tweede datacenter ontstaat er nu een alternatief tegen lagere kosten en misschien zelfs een hogere kwaliteit.
Eenzelfde scenario kan worden geschetst voor andere vormen van tijdelijke capaciteit. Bijvoorbeeld voor het testen van applicaties of infrastructuurwijzigingen. Deze ontwikkeling wordt onder andere aangeduid met de termen IaaS en enterprise cloud. Zeker in tijden van krimpende budgetten is creativiteit een vereiste om te kunnen voldoen aan de businessvraag.
Ook fabrikanten van virtualisatieoplossingen spelen in op enterprise cloud-ontwikkeling. Een goed voorbeeld hiervan is de introductie van vSphere 4. VMware duidt vSphere 4 zelf aan als het eerste cloud operating system. Zonder in te gaan op de details kunnen we stellen dat VMware de functionaliteit die men in de voorgaande versies bood binnen een datacenter, nu ook wordt aangeboden over datacenters heen.
Ik ben van mening dat door de technologische vooruitgang en de veranderende vraag van de business de ontwikkelingen van de enterprise cloud onstuitbaar zijn. Zeker als we daar ook de ontwikkelingen op het gebied van beveiliging in meenemen.
Bertus Doppenberg
Managing partner
Inframotion