Een snelweg voor pakketten! Zo oogt het afhandelingssysteem van Siemens in de twee vrachthallen van UPS op het vliegveld Keulen/Bonn. Een wirwar van grote en kleine pakjes, rond, plat of rechthoekig, verspreiden zich na het uitladen over de sorteerlijnen. Tussen elf uur 's avonds en vijf uur 's ochtends moeten honderdduizenden verzendingen worden verwerkt.
Het is avond op het vliegveld Keulen/Bonn. Er heerst een serene rust, maar dat is stilte voor de storm. Bij UPS, dat zijn centrale Europese airhub op dit vliegveld heeft, zijn ze al aan het aftellen. Nog even, en om 23.00 uur start de 'inbound'-periode. Dan kunnen de volgepakte UPS-vliegtuigen invliegen en rijden de UPS-bestelwagens af en aan. Vanaf dat moment draaien de bagageafhandelingsmachines van Siemens in de twee vrachthallen op volle toeren. Om half drie moet het sorteerproces zijn afgerond; daarna mogen de vliegtuigen volgeladen weer weg. Tot vijf uur 's ochtends! Daarna zijn de landings- en vertrekbanen weer het domein van de passagiersvluchten.
110.000 pakjes
In 1996 liet UPS op het vliegveld Keulen/Bonn een nieuw complex (30.000 m2) aanleggen met een geavanceerd automatisch afhandelingssysteem om de binnenkomende pakjes te sorteren en weer uit te voeren naar de vele bestemmingen verspreid over de wereld. Dit tweede, nieuwe sorteercentrum bevat drie sorteersystemen voor respectievelijk gangbare, kleine en ongewone pakketten. De investering bedroeg 135 miljoen dollar. Het systeem van Siemens kan 110.000 pakjes per uur aan; over een paar jaar is de capaciteit gegroeid naar 165.000 items. Vooral de expressgoederen dienen snel te worden verscheept. Keulen/Bonn is de spil voor het intercontinentale vervoer tussen Europa, de Verenigde Staten en Azië. Daarnaast is het de centrale Europese hub: van overal ter wereld komen vliegtuigen van UPS aangevlogen met pakketten bestemd voor Europa. Ze lossen hun lading en gaan gevuld met nieuwe pakjes retour. Voor bestemmingen die in een cirkel van 500 kilometer rond de Duitse luchthaven liggen, worden UPS-vrachtwagens ingezet.
De hub in Keulen is bijzonder omdat het sorteren van pakketten is verdeeld over twee gebouwen. Twee bruggen, één van 126 meter en één van 152 meter lang, verbinden de vrachthallen. Elke brug heeft acht transportbanden om het vrachtvolume tussen de twee gebouwen te reguleren. Rondom de twee gebouwen kunnen vliegtuigen taxiën naar de 225 laad- en lospunten. De vrachthallen beslaan in totaal zo'n 15 voetbalvelden groot en zijn 90 meter hoog. Elke nacht landen er 38 toestellen en rijden zo'n 200 vracht- en bestelwagens in en uit.
In totaal ligt er dertig kilometer transportband, verspreid over drie verdiepingen. Elke band kent aftakkingen ('afslagen') die de pakjes uiteindelijk met behulp van kiepbakken naar het juiste laadpunt brengt.
Stalen roosters
Leesbaar is sorteerbaar, luidt het uitgangspunt van UPS. Alle pakjes hebben een barcode. Niet alleen kan UPS aan de hand van die code de status van de bestelling via het computernetwerk en www.ups.com volgen, ook is die code noodzakelijk voor het sorteersysteem. De pakjes worden bij het begin van de lopende band ingescand, waarbij de bestemmingsgegevens worden opgevraagd. Via een ingenieus systeem van camera's, scanners, sensoren en slimme lussen in de transportband die de pakjes van richting laten veranderen, vindt het pakje zijn weg op de 'rijwegen'. De Duitse leverancier Vitronic is verantwoordelijk voor dit pakketidentificatiesysteem.
De installatie ligt op vuurbestendige stalen roosters waar je over heen kunt lopen. Rode lampen geven de scanningzones aan. Met rood licht valt beter te scannen dan met wit licht. Bij een pakket is een barcode van vijf kanten te lezen, behalve de onderkant. Pakjes die op z'n kop liggen, worden tijdens het traject omgedraaid. Er lopen proeven met rfid, maar barcode blijft vooralsnog de bewezen technologie.
De computer leest steeds de gegevens uit. Eerst is er bulksortering – bijvoorbeeld alle intercontinenale verzendingen – maar in de loop van het proces wordt er steeds fijner gesorteerd.
Medewerkers houden in het commandocentrum de pakketstroom via een redundante camera-opstelling voortdurend in de gaten. De it-afdeling van UPS heeft de interfaces van het sorteertoepassing naar de backend-systemen (UPS Open Systems) zelf ontwikkeld. Vanaf 12 uur 's avonds gaan er 30 pakjes per seconde over de banden. Er zijn drie bewakingsniveau's: de werking van de installatie, de sorteergegevens van de pakketten en de logistieke voortgang: hoeveel pakjes zijn er uit- en ingeladen, waar bevinden de containers zich, welke pakjes zijn niet leesbaar en wat is de snelste manier om uit- en in te laden?
Snuffelhond
De sorteerinstallatie van Siemens is overigens niet 100 procent volautomatisch. UPS heeft nog wel handjes nodig bij het in- en uitladen van de pakketjes en de uitzonderingsgevallen, zoals het ontbreken van de barcode. Dan wordt het item naar een aparte afdeling gedirigeerd. Daar wordt achterhaald om wat voor bestelling het gaat, vindt een herlabeling plaats en een aanpassing van de gegevens in het computersysteem.
Verder is er de douanecontrole. Het complex kent daarvoor een afgesloten, beveiligd lopende banddeel. Een paar uur van te voren inventariseert UPS al welke pakketten sowieso langs de douane moeten en die items worden na het uitladen middels de barcode automatisch naar het afgesloten douane-deel vervoerd. De douaniers hebben toegang tot de computersystemen om de herkomst van verdachte pakketjes na te gaan. Zij kunnen ook aan de hand van documentatie in het computersysteem pakjes van te voren al autoriseren. Die hoeven dan niet meer langs de douane. Verder loopt er een snuffelhond rond voor het opsporen van bijvoorbeeld drugs en vinden er manuele inspecties plaats.
Foutloos?
Uiteindelijk komen de pakjes via de lopende band uit bij het inlaadcentrum. Medewerkers, vooral dames, zien op hun overzichtsscherm welke zendingen eraan komen. Zij scannen de barcode van het pakje of document en leggen, als er geen alarm klinkt, het item in de juiste containerwagen die uiteindelijk in een vliegtuig wordt geladen.
Hoewel UPS claimt foutloos te werken, blijft het mensenwerk: een medewerker zou theoretisch een pakketje in een verkeerde container kunnen leggen, als ze bijvoorbeeld afgeleid is of te veel onder druk staat. De vliegtuigen moeten namelijk binnen 40-75 minuten bevoorraad kunnen worden.
1907 opgericht
De 19-jarige Jim Casey richtte op 28-8-1907 in Seattle, Washington de American Messenger Company op, in 1919 herdoopt in United Parcel Service (UPS). Begonnen als koeriersbedrijf voor consumenten groeide het bedrijf uit tot grootste pakjesverscheper (15,8 miljoen pakketjes per dag) ter wereld. De omzet in 2008 bedroeg 51,5 miljard dollar en een operationele winst van 5,4 miljard dollar. Er werken zo'n 425.000 medewerkers. Het hoofdkwartier staat in Atlanta, Georgia.
De high tech-sector is een van de belangrijkste markten. UPS vervoert grote partijen apparatuur voor onder andere computerbedrijven, zoals Acer en Toshiba.
UPS beschikt over een wagenpark van 93.500 bestelwagens en 26.100 vrachtwagens en een
een vloot van 268 vliegtuigen. Op het vliegveld van Keulen/Bonn landen de volgende typen: Boeing 757-200 PF (korte afstand, 1 container), Airbus A300F-622R (korte/middellange afstand, 29 containers), Boeing 767-300ER (lange afstand, 31 aircontainers) en de MD-11 (lange afstand, 39 containers).
In het boek 'Driving Change: The UPS Approach to Business' trachten Mike Brewster en Frederick Dalzell het succes van UPS te verklaren naar aanleiding van het honderjarig bestaan.